Paragrafen

Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Doel van deze paragraaf is weergeven hoe solide de positie van de gemeente is en in hoeverre financiële tegenvallers kunnen worden opgevangen. Door weerstandsvermogen en risicobeheersing te schetsen, alsmede kengetallen over financiële weerbaarheid en wendbaarheid gepresenteerd.


De coronapandemie en de oorlog in Oekraïne hebben de afgelopen jaren laten zien dat er snel ernstige verstoringen kunnen optreden, op grote schaal en met een forse impact, voor vrijwel iedereen. De gevolgen ervan hebben we gezien we in de sterk opgelopen  inflatie en die hebben we ook ervaren als gemeente.   
Ook de nabije toekomst is onzeker. De oorlog, de opgaven vanuit het Rijk, het ‘ravijnjaar 2026’, gebrek aan menskracht en materialen, de opgelopen rente en de voortdurende problematiek bij jeugd vormen risico’s op korte / middellange termijn. Dit vraagt om continue bewustwording, om monitoren en acteren en dat is wat we doen. 

 

Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Risicobeheersing is het expliciet en systematisch omgaan met en beheersen van risico’s. Een risico is een onzekere gebeurtenis met – beleidsmatige en/of financiële  – gevolgen.  Bij het weerstandsvermogen ligt de focus op de financiële gevolgen van risico’s. Het geeft aan in hoeverre de gemeente in staat is om de gevolgen van risico’s op te vangen zonder dat beleid en uitvoering in gevaar komen. Weerstandsvermogen is de beschikbare gedeeld door de benodigde weerstandscapaciteit.
De beschikbare weerstandscapaciteit is samengevat in de volgende tabel. Ultimo 2023 bedraagt de geraamde weerstandscapaciteit € 17.577.772.

Tabel weerstandscapaciteit:

Omschrijving Stand 31-12-2022 rekening Stand 31-12-2023 begroot Stand 31-12-2023 rekening
Algemene risico reserve € 9.069.846 € 7.240.149 € 9.647.608
Reserve minimabeleid € 67.272 € 59.113 € 146.103
Reserve sociaal domein € 6.169.199 € 3.541.372 € 6.940.836
Reserve risico's grondbedrijf € 749.535 € 677.718 € 843.225
Totaal € 16.055.852 € 11.518.352 € 17.577.772

De benodigde weerstandscapaciteit is afhankelijk van de risico’s die worden gelopen. Daarvoor doen we aan  risicomanagement. Doelen hiervan zijn het bevorderen van risicobewustzijn en het expliciet maken en beheersen van risico’s. Het  is een continu proces gericht op:
• Het identificeren van risico’s: waar lopen we welke risico’s?
• Het classificeren van risico’s: hoe groot is de kans, de impact en het financiële effect?
• Het treffen van beheersmaatregelen

We doen dit door  tweemaal per jaar risicosessies te houden met inhoudelijk en financieel betrokkenen. Daarbij worden risico’s benoemd en per risico de kans op optreden en de gevolgen (impact) ervan bepaald. Gevolgen in financiële zin – incidenteel of structureel (i/s in de onderstaande tabel) - en voor doelstelling en imago (in de vorm van een rapportcijfer, waarbij een hoger cijfer staat voor een groter gevolg). Zo actualiseren we het overzicht van risico’s, als basis voor beheersmaatregelen, gericht op verminderen van kans op optreden en/of op beperken van gevolgen. Hierbij wordt opgemerkt dat het soms lastig is om de risico’s te kwantificeren.

De belangrijkste risico’s zijn samengevat in de tabel Risico’s en worden toegelicht. Daarmee zijn niet alle risico’s benoemd. 
Zo zit de gemeente sterk in de Twenterandse samenleving en heeft veel relaties met bijv. sportverenigingen en culturele organisaties. Het kan dan gaan om private/maatschappelijke organisaties met een grote betekenis voor de Twenterandse samenleving. Deze kan zo groot zijn dat, wanneer zich bijv. bedrijfsvoering risico’s voordoen bij die organisaties, de gemeente als vangnet kan optreden, bestuurlijk dan wel financieel, afhankelijk van bestuurlijke afweging. Deze scenario’s zijn slecht op voorhand te bepalen omdat de gemeente veelal geen statutaire verantwoordelijkheid draagt. Ook benoemen we dat verenigingen soms een beroep doen op garantstellingen door onze gemeente, ook dat is een risico. De relatie met genoemde organisaties brengt ook met zich mee dat er risico’s zijn van een incident van grensoverschrijdend gedrag en dat kan uitstralen op de gemeente. 
Ook zijn er ontwikkelingen van uiteenlopende aard die invloed kunnen hebben. We volstaan met enkele voorbeelden. Energieschaarste kan gevolgen hebben voor de groei ambities van onze gemeente, uitstel van aanpassing N36 kan het vestigingsklimaat beïnvloeden en klimaatver-andering kan zich manifesteren in wateroverlast, droogte en/of hitte. Dit zijn ook risico’s.
Specifiek noemen we nog een aantal risico's: de omgang met systemen, inkoop, contractbeheer, Kanaal Almelo de Haandrik, grenzen op gebied van nutsvoorzieningen, actiever grondbeleid, terugbetaling Coronasteun, bouw van het nieuwe zwembad en verbouwing en herhuisvesting van gemeentehuis. 

De toenemende digitalisering biedt veel voordelen, maar vraagt ook de nodige aanpassingen en inspanningen van medewerkers en burgers. Dit kan leiden tot onjuist gebruik van systemen met mogelijk fouten en/of verspilling als gevolg. En dat kan resulteren in foutieve analyses of informatieverstrekking aan de burger. Daarom werken we voortdurend aan digivaardigheden onder andere t.b.v. informatiebeveiliging en zaakgericht werken. Ook is de werking van koppelingen cruciaal voor de overdracht van data. Waar voorheen keuzes per losse applicatie werden gemaakt (qua systeem, leverancier, kosten) is nu de koers om meer vanuit procesmatig werken en gebruikersgemak te focussen en daarbij op het gebied van architectuur het gehele applicatielandschap te onderzoeken bij vervangingen, waarbij de cloud het nieuwe uitgangspunt is.

Bij inkoop bestaat de kans dat niet alle inkoopbehoeften in beeld zijn dan wel dat hierbij niet de juiste procedure is gevolgd. Risico hiervan kan bijv. zijn  dat een marktpartij ontbinding van de overeenkomst vordert op straffe van een dwangsom. Daarnaast is er het risico van onrechtmatig handelen, met als gevolg een jaarrekening zonder goedkeurende verklaring.   Het proces inkoop en aanbesteding is met het oog hierop in 2023 onder handen genomen gericht op verbetering en borging. 

Als  contracten niet goed beheerd en gemanaged worden bestaat het risico dat rechtmatig afgesloten contracten onrechtmatig worden. Goed contractbeheer en -management met ondersteuning van een contractbeheersysteem is noodzakelijk. Op basis van het plan van aanpak ‘Professionaliseren van de inkoopfunctie’ worden hierop verdere acties ondernomen.  Verbeteringen worden opgepakt bij de aanpak van het proces inkoop en aanbesteding.

Bij het Kanaal Almelo de Haandrik speelt dat de gemeente mogelijk door eigenaren (deels) aansprakelijk wordt gesteld voor schade aan hun woningen of bedrijfspanden. Of door netwerkbeheerders wanneer de door hen aangevraagde vergunning of instemming wordt geweigerd, omdat de gemeente schade, die mogelijk door hun werkzaamheden zou kunnen optreden, wil voorkomen. Daarnaast leidt de gemeente zelf aanzienlijke schade aan de eigen infrastructuur, omdat deze buiten de schaderegeling van de provincie valt en dit vraagt op termijn forse investeringen en mogelijk voor onze rekening. Zo neemt de schade aan de Noorderweg momenteel snel toe en  nemen we maatregelen als dat vanuit de verkeersveiligheid noodzakelijk is. Zo zijn we bezig om de meest ernstige verzakkingen in de Noorderweg aan te pakken. 
Overigens zien we in het gebied Hammerflier (met een sterk wisselende bodemopbouw) vergelijkbare schades ontstaan aan onze wegen. Ook die wegen vergen t.z.t. een bijzonder aanpak, leidend tot hogere (onderhouds)kosten.   

Bij grenzen op gebied van nutsvoorzieningen gaat het om elektriciteit en drinkwater. Voor het gehele grondgebied van gemeente Twenterand geldt de situatie van netcongestie, zowel voor afname als voor invoeding van elektriciteit. Dat betekent dat grootzakelijke klanten in het verzorgingsgebied van elektriciteitsstation Vroomshoop geen nieuwe of zwaardere aansluiting met transportcapaciteit kunnen krijgen. Het risico voor de gemeente ligt er in dat de gronduitgifte van bedrijventerreinen vertraging kan ondervinden.
Voor drinkwater geldt iets vergelijkbaars: Vitens heeft gemeld, dat er niet altijd meer voldoende drinkwater beschikbaar is voor het aansluiten van nieuwe grootverbruikers (industrie/bedrijven/grote uitbreidingswijken met woningen) in Twente. Er wordt gewerkt aan enerzijds uitbreiding van de wincapaciteit en anderzijds aan besparing op het gebruik van drinkwater. In de afgelopen periode zijn al meerdere aanvragen geweigerd. Het risico voor de gemeente ligt ook hier in de uitgifte van bedrijventerreinen en bouwgrond ten behoeve van woningen. 

We  voeren een actiever grondbeleid. Dit houdt in dat de gemeente actief gronden gaat verwerven. Dit focust zich momenteel op de zoekgebieden in Vriezenveen Noord en Vriezenveen Zuid waar recent al gronden zijn verworven om in de toekomst woningbouw te realiseren. 
Er bestaat een planologisch risico voor het verkrijgen van de juiste bestemming. De huidige bestemming is agrarisch en moet worden omgezet naar wonen. Deze bestemmingswijziging zorgt ervoor dat de grond ook de waarderingsgrondslag krijgt die behoort bij de bestemming wonen. 
Momenteel worden er gesprekken gevoerd met de provincie om het programma wonen te mogen ontwikkelen.
Daarnaast bestaat er ook het algemene marktrisico dat de vraag naar woningen afneemt. Dit maakt het lastiger om de gronden in de toekomst weer te verkopen. Het marktrisico is gezien de huidige woningnood nog laag, maar moet niet over het hoofd gezien worden. Om op deze mogelijke risico's in te spelen, kan het beste snel gehandeld worden zolang de markt goed is. Dit zorgt voor meer zekerheid dat de investering terug wordt verdiend.

Het MKB en overige bedrijven moeten coronasteun terugbetalen en bij sommige organisaties kan  blijken dat dit niet haalbaar is, ondanks de mogelijkheden van betalingsregelingen. Dat kan zich vertalen in overnames en faillissementen. In Twenterand kan dit risico zich voordoen bij bijv. horeca, detailhandel en kleine bouwbedrijven met een beperkt aantal medewerkers. En zo de ambitie om sterke kernen te behouden beïnvloeden.

Zwembad De Stamper is op 16 oktober 2023 in gebruik genomen en op 16 november 2023 feestelijk geopend. De projectorganisatie is belast met het afwerken en oplossen van de laatste opleverpunten, het afronden van de terreininrichting en het voorbereiden van de ontmanteling van de oude Stamper en het autonoom maken van de sporthal. Vooralsnog is de verwachting is dat het project binnen de daarvoor beschikbare middelen kan worden afgerond. Kanttekening die hierbij moet worden geplaatst is dat de sloop van de oude Stamper en het autonoom maken van de oude Stamper nog moeten worden ingekocht. Hiervoor zijn bedragen gereserveerd, maar die geven nog geen financiële zekerheid vanwege de nog te doorlopen inkooptraject. Ook bestaat er nog een risico dat de SPUK-regeling (BTW) niet geheel wordt toegekend.

De verbouw en herinrichting van het gemeentehuis is een project gericht op drie doelen: verduurzaming van de achtergevel, vervanging en verduurzaming van installaties en creëren van toekomstbestendige inrichting van het pand. Onder dit laatste valt ook de omvorming van het gemeentehuis tot ‘huis van ontmoeting’ waarbij andere organisaties toetreden en delen van het pand huren en waarbij de huuropbrengsten inkomsten vormen voor de exploitatie van het gemeentehuis.  Bij een dergelijk groot en complex project spelen doorgaans risico’s, liggend op het gebied van financiën, tijd en kwaliteit en deze zijn ook aanwezig in dit project. Vanwege sterk gestegen prijzen en uitbreiding scope heeft de raad aanvullend krediet beschikbaar gesteld. Ook is er een substantiële rijkssubsidie voor duurzaamheid toegekend en dit betekent dat het financieel risico van dit project beperkt is. Desalniettemin moet het inkoop- en aanbestedingsproces in 2024 nog doorlopen worden, wat financiële gevolgen kan hebben. Ook vraagt de governance aandacht i.v.m. mogelijke gevolgen voor inkoop en aanbesteding en overige rechtmatigheid.

Tabel risico's

Terug naar navigatie - Tabel risico's
Tabel Risico's
impact kans vereist weerstandsvermogen
i/s doel imago
Risico's in euro's
1 Het onvoldoende realiseren van transformatie en bijsturingsmaatregelen € 1.000.000 s 7 7 50% € 1.000.000
2 Huishoudelijke ondersteuning € 250.000 s 6 6 50% € 250.000
3 Open einde' regelingen € 1.750.000 s 7 7 50% € 1.750.000
4 Twentse visie op vervoer € 200.000 s 7 7 25% € 100.000
5 Optreden majeure procesfout of incident € 500.000 i 7 9 20% € 100.000
6 Samenwerkingsaspecten € 500.000 i 5 8 25% € 125.000
7 Wijzigingen in wetgeving en verdeelmodellen € 500.000 s 5 5 40% € 400.000
8 Kwetsbaarheid informatiesystemen € 250.000 i 9 8 25% € 62.500
9 Gemeentelijk en maatschappelijk vastgoed € 400.000 i 5 8 35% € 140.000
10 Uitvoeringsprogramma VTH € 1.000.000 i 3 8 15% € 150.000
11 Bodem € 400.000 i 3 3 20% € 80.000
12 Ruimtelijke ontwikkelingen € 300.000 i 3 6 20% € 60.000
13 Niet voldoen aan BIO / AVG € 250.000 i 4 8 5% € 12.500
14 Hack € 2.000.000 i 6 10 5% € 100.000
15 Regelgeving, BBV en gemeentefonds € 500.000 i 2 2 25% € 125.000
16 Opduiken van onbekende afspraken met gevolgen € 500.000 i 2 8 20% € 100.000
17 Personeel gerelateerde risico's € 500.000 i 8 7 75% € 375.000
18 Humanitaire ontwikkelingen € 1.000.000 i 8 8 75% € 750.000
Totaal € 5.680.000
Weerstandsvermogen is 'impact in euro's' maal 'kans' waarbij structurele risico's dubbel tellen

Toelichting risico's

Terug naar navigatie - Toelichting risico's

1. Het onvoldoende realiseren van transformatie en bijsturingsmaatregelen.
De decentralisaties betekenen voor het sociaal domein nog steeds een grote uitdaging. Van de gemeente wordt verwacht dat er zorg en ondersteuning wordt georganiseerd en daarvoor zijn te weinig middelen beschikbaar. Daar is een hervormingsagenda voor Jeugd aan gehangen, met een financieel akkoord tussen gemeenten en Rijk waarin zowel bezuinigingen als investeringen staan. Uit de hervormingsagenda volgt dat een verschuiving nodig is van geïndiceerde zorg naar vrij toegankelijke voorzieningen. Het is echter nog niet gezegd dat dit altijd goedkoper is. Afspraken tussen Rijk en GI’s over caseloadverlaging en het toewerken naar een landelijk tarief leiden tot een sterke kostentoename, waarvoor gemeenten maar deels worden gecompenseerd. Ook van alle betrokken zorgaanbieders wordt een transformatie verwacht, bijvoorbeeld meer ambulantisering van hulp en ombouw naar kleinschalige woonvoorzieningen. Deze ombouw naar kleinschaligheid leidt tot hogere kosten. Daarnaast is onzeker of het alle zorgaanbieders voldoende lukt om te transformeren en om tot benodigde samenwerking te komen. We pakken de transformatie zowel lokaal met onze voorveldpartners als regionaal in de Samenwerkingsagenda Jeugdhulp Twente op. Daarbij merken wij op dat de samenleving niet maakbaar is en externe effecten ook van invloed kunnen zijn.

2. Huishoudelijke ondersteuning.
Per 1 januari 2023 zijn er nieuwe raamovereenkomsten afgesloten voor Huishoudelijke Ondersteuning (HO), een maatwerkvoorziening met een openeinderegeling. Een risico hier is dat er beperkte sturingsmogelijkheden zijn op de instroom, die vooral bepaald wordt door de vergrijzing. Daarnaast zien we dat de aanzuigende werking van het abonnementstarief en stijgende personeelskosten onvoldoende worden gecompenseerd. 
Met de nieuwe raamovereenkomsten hebben we ons gecommitteerd aan het toepassen van een gewijzigd normenkader voor het vaststellen van het aantal minuten HO per week. De financiële effecten van het toepassen van dit normenkader zijn na Q1 duidelijk en worden nauwlettend gemonitord. 

3. ‘Open einde’ regelingen.
Binnen het sociaal domein zijn er verschillende zogenaamde ‘open einde’ regelingen. Dit betekent dat in situaties waarin een aanvraag voor een voorziening niet afgewezen kan worden, de gemeente moet leveren. De hieruit voortvloeiende kosten zijn voor rekening van de gemeente, ook wanneer als gevolg hiervan het beschikbare budget wordt overschreden. Onder- en overschrijdingen worden in eerste instantie vanuit een reserve opgevangen.
Dit risico speelt sterk in het sociaal domein. De beheersing richt zich o.a. op het voorliggend maatschappelijke veld, waar we sturen om inwoners te motiveren meer in de eigen kracht en binnen het voorliggend veld hulp te zoeken. Tenslotte is er in algemene zin binnen het Sociaal Domein sprake van forse stijgingen van de indexatie (gemiddeld circa 10 tot 15%) als gevolg van kostenstijgingen en het moeten hanteren van reële tarieven. Denk hierbij naast de generieke stijgingen bijvoorbeeld aan een toename in de kosten van leerlingenvervoer (o.a. toename brandstofkosten) en hulpmiddelen (o.a. toename kosten materialen).

4. Twentse visie op vervoer
In samenwerking met andere Twentse gemeenten is er sinds 2017 gewerkt aan een integrale oplossing voor de toenmalige situatie van verschillende vervoersstromen. In 2023 zijn de vervoerscontracten vervoer door 10 gemeenten gezamenlijk opnieuw aanbesteed. Door juridische procedures n.a.v. de gunning van het nieuwe contract is er nu een tijdelijk tussenjaarcontract (van 1 augustus 2023 tot 1 augustus 2024). De overgang naar het nieuwe contract in 2024 vergt aandacht. De kaders/randvoorwaarden van de aanbesteding hebben door een gewijzigde tariefstructuur voor het leerlingenvervoer (omslag van vaste ritprijs naar kilometertarief) in de loop van 2024 financiële impact op de kosten van het leerlingenvervoer. Deze kostenstijging wordt echter weer deels gecompenseerd door de lager uitvallende kosten van het Wmo-dagbestedingsvervoer en het Jeugdwetvervoer. 
Tegelijkertijd blijft er binnen het vervoer sprake van verschillende potentiële risico’s, zoals hoge NEA-indexeringen (o.a. t.g.v. hogere brandstof- en personeelskosten) en open einden in de regelingen.

5. Optreden van een majeure procesfout of incident.
Dit risico betreft het optreden van een procesfout of incident leidend tot een grote verstoring van het proces of in de dienstverlening. Uiteraard kunnen procesfouten en incidenten altijd plaatsvinden, maar bij dit risico gaat het om een grote verstoring. Aanleiding hiervoor kan zijn: een gebrek aan casusregie waardoor de juiste zorg niet of niet tijdig is verleend; het onvoldoende op orde zijn van het administratieve proces met de programmatuur en het juiste gebruik daarvan; het verlenen van andere zorg dan bedoeld of het verlenen van te dure of te langdurige zorg door rolonduidelijkheid, wachtlijsten of gebrek aan kennis bij de medewerkers.
Ten gevolge van het optreden van incidenten kan de koersvastheid onder druk komen te staan. Het bestaan van onvoldoende plaatsingsmogelijkheden voor participatie, hulp en ondersteuning dan wel onvoldoende doorstroming (bijv. vanuit crisisopvang) kan leiden tot extra kosten. Er kan een toename optreden van het aantal bezwaarschriften met gevolgen voor imago en kosten. Van belang is dat indien wachttijden oplopen het risico toeneemt, daarom vindt monitoring van wachttijden plaats. Wachttijden in de toegang en in de rest van de keten vragen bijzondere aandacht. Landelijk heeft dit ook aandacht en regionaal wordt dit ook verder opgepakt.

6. Samenwerkingsaspecten.
In het sociaal domein wordt met veel partijen samengewerkt. Daar spelen ook risico’s. Dat kan gaan over een verschil van inzicht over de kwaliteit van dienstverlening, wat tot aansprakelijkheidskwesties kan leiden. Er zijn verschillende coalities in Twente wat invloed heeft op slagkracht, duidelijkheid en efficiency, ook richting externe partijen. Voor transformatie van de jeugdzorg is samenwerking tussen de 14 gemeenten nodig, maar ook met de partijen in het gedwongen kader, zorgaanbieders en onderwijs. Deze samenwerking staat onder druk door beperkte capaciteit, beperkende wetgeving en verschillende culturen. Inzake arbeidsmarktkrapte binnen SamenTwente (m.n. OZJT) is er meer risico doordat gekozen is voor ambtelijke dienstverbanden boven externe inhuur. Het risico wordt (pas) geeffectueerd op termijn wanneer personeel gezien werkzaamheden en financiering daar over is. Verder kunnen bij partijen door fors opgelopen kosten en tekorten op de arbeidsmarkt problemen ontstaan. Bijv. liquiditeitsproblemen en “niet leveren”.  Ook kan het leiden tot faillissement waardoor frictiekosten kunnen ontstaan en er aanvullende maatregelen moeten worden getroffen om dienstverlening gecontinueerd te krijgen, bijvoorbeeld Early warning. Early warning betreft vroegsignalering bij problemen bij zorgaanbieders. Om problemen voor te zijn wordt er toenemend strakker aan de voorkant gescreend (barrièremodel). Het werken conform de privacywetgeving kan gevolgen hebben voor de beoogde integrale werkwijze en kan integraal maatwerk beperken.

De samenwerking op het gebied van inkoop kan moeizaam verlopen waardoor beoogde inkoopvoordelen niet gehaald worden. De verlengingen van de huidige inkoop voor het Twents Model zijn geregeld en de nieuwe inkoop voor het Twents Model in 2025 lopen volop voor zowel jeugd als Wmo.  Op het gebied van jeugd een discussie gaande over het al dan niet verhogen van de tarieven en zijn er personeelstekorten. Een mogelijke impact kan zijn dat tarieven buitenregulier worden verhoogd waardoor de kosten voor jeugdzorg toenemen. De personeelstekorten kunnen zijn ook een mogelijk risico voor het tijdig kunnen bieden van zorg en kunnen een negatieve invloed hebben op de dienstverlening. Tenslotte bestaat er in algemene zin een potentieel risico op zorgfraude. In samenwerking met partners zoals het OZJT, RIEC (Regionale Informatie- en Expertise Centra) en de SRT (Sociale Recherche Twente) worden risico’s op het gebied van zorgfraude  teruggebracht. Daarnaast wordt door de contractmanagers van gemeente Twenterand aandacht gevraagd tijdens (account)gesprekken met zorgaanbieders voor de managementrapportages, waarbij stil wordt gestaan bij de financiële verantwoording en de accountantsverklaring. Hierbij worden vragen gesteld over doel- en rechtmatigheid van de ingezette ondersteuning en wordt bij (potentiële) onregelmatigheden (denk bijv. aan een hoge verzilveringsgraad) hier nader op doorgevraagd.
Op het moment van schrijven lopen er meerdere beroepsprocedures die betrekking hebben op het jongerenwerk De kans bestaat dat de uitkomsten hiervan tot extra kosten leiden. 

7. Wijzigingen in wetgeving en verdeelmodellen.
Er is een nieuw verdeelmodel voor de herverdeling van het gemeentefonds aangeboden. Hierop is door het Raad voor het Openbaar Bestuur een reactie gegeven dat het nieuwe verdeelmodel aanpassingen behoeft. Inmiddels is er een resolutie aangenomen waarbij het onduidelijk is wanneer er een nieuw verdeelmodel ingevoerd gaat worden. In algemene zin blijft de financiële doorwerking van modellen naar Twenterand vaak niet op maat gezien de opdracht en ervaren wij ons als nadeelgemeente. Inzake beheersing hierover het volgende: Aan de voorkant (inzet VNG-commissie, lobby, internetconsultaties) en wanneer zich dit gaat voordoen (integraal advies n.a.v. calculaties financiën). Voor het sociaal domein zijn er bijvoorbeeld rond hervormingsagenda en afschaffen abonnementstarief zorgen over de financiële doorwerking.

8. Kwetsbaarheid informatiesystemen
Informatiesystemen binnen het sociaal domein hebben in de afgelopen jaren, gelet op diverse ontwikkelingen zoals bijv. de energietoeslag, vluchtelingen en ontheemden Oekräine een steeds belangrijke positie ingenomen. Daarmee neemt de afhankelijkheid van de informatiesystemen in het sociaal domein ook toe. Op het gebied van continuïteit zijn er risico’s van uitval met stagnerende dienstverlening, niet tijdige betalingen met extra inzet/ bypasses als gevolg. De komende periode zullen er ook weer diverse ontwikkelingen gaan spelen m.b.t. IT in het sociaal domein. Denk bijvoorbeeld aan de uitrol van iParticipatie voor de dienstverlening aanvragen levensonderhoud (en later in het jaar ook voor de Wmo), Surepay en de verdere doorontwikkeling van stuurinformatie (doorontwikkeling van het real-time dashboard voor Jeugd en Wmo en deelname/lokaal uitrollen van het regionale Jeugd en Wmo-voorspelmodel) en de implementatie van een nieuw zorg-veiligheidssysteem (i.v.m. uitkomst regionale aanbesteding).

9. Gemeentelijk en maatschappelijk vastgoed.
Verschillende soorten risico’s kunnen zich voordoen. Die zijn gerelateerd aan:
• De leegstand van gebouwen;
• De bouwkundige staat;
• De exploitatie van gebouwen.
Gemeentelijk vastgoed is vastgoed waarvan de gemeente eigenaar is. Ook is er maatschappelijk vastgoed, in eigendom en/of in gebruik bij maatschappelijke organisaties, zoals verenigingen en stichtingen. Wanneer er zich (financiële) problemen voordoen, zal de gemeente al snel worden aangesproken.
We benoemen het risico dat niet wordt voldaan aan de Wet Markt en Overheid, bijv. wanneer geen kostendekkende huur in rekening wordt gebracht. Een ander risico is dat er onvoldoende scherp zicht is op gemeentelijke eigendommen, waardoor zich verrassingen kunnen voordoen in de zin van niet voorziene onderhoudsinspanningen.  
Als Twenterand zien we grote maatschappelijke opgaven op ons afkomen, zoals de energietransitie en de klimaatadaptatie met bijv. de uitdaging om het (gemeentelijk) vastgoed te verduurzamen. Verder is nodig in beeld te krijgen welk vastgoed de gemeente wil (blijven) inzetten voor de realisatie van doelen en het werken aan maatschappelijke opgaven. Ook is het goed om in het licht van de maatschappelijke opgaven het in eigendom hebben van het vastgoed te bekijken. Daarnaast kan de financiële situatie aanleiding zijn om het in bezit hebben van een deel van het vastgoed te heroverwegen.
Vastgoed in gemeentelijk eigendom draagt bij aan de maatschappelijke doelen van de gemeente Twenterand. Leegstaand vastgoed zonder bijdrage aan de maatschappelijke doelen wordt afgestoten, in beginsel door verkoop. Capaciteitsbeperkingen vormen hier een risico, met de komst van een assetmanager wordt gestart met exploitatiegericht werken en sturen op risicobeperking. In 2019 is beleidskader voor gemeentelijk vastgoed Twenterand vastgesteld, naar verwachting komt er in 2024 een nieuwe visie vastgoed. De bouwkundige staat en de staat van onderhoud wordt 3-jaarlijks door een deskundig bureau geïnspecteerd en verwerkt in een meerjarenonderhoudsplanning (MJOP). Hiermee wordt dit risico afgedekt.

10. Uitvoeringsprogramma VTH (Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving).
Het niet (kunnen) voldoen aan wettelijke kwaliteitscriteria (kennis, controles en frequenties) in relatie tot het uitvoeringsprogramma voor alle VTH-producten (bouw, milieu, afwijkend gebruik etc.) bevat risico’s t.a.v. veiligheid, gezondheid en de leefbaarheid van de fysieke leefomgeving, omdat normconform gedrag niet of verminderd wordt getoetst. Noodzakelijk herstel en sanctioneren blijven dan uit. Dit kan resulteren in ongewenste maatschappelijke, juridische en economische effecten. Denk aan toename van illegale bouwwerken, illegaal gebruik van gronden en objecten, toenemende ergernissen bij inwoners tot aan ingebrekestellingen bij het niet tijdig nemen van juridische besluiten, waardoor we dwangsommen verschuldigd zijn.
Om de risico’s in 2024 zo beheersbaar mogelijk te maken, moet er balans zijn tussen beschikbare capaciteit en de werkvoorraad. Onvoldoende ingevulde capaciteit betekent capaciteit inhuren of uitbesteden van dossiers. Echter, de knelpunten van te weinig en onvoldoende gekwalificeerd personeel zijn dusdanig groot, dat de taken in de meeste gevallen weliswaar adequaat kunnen worden uitgevoerd, maar dat wellicht niet alle risico’s beheersbaar blijken te zijn. Dat zou ervoor kunnen zorgen dat het een aantal doelstellingen uit het programma Ruimte en het VTH-beleid vertraagd en dat de dienstverlening en de kwaliteit van producten onvoldoende gewaarborgd kan worden. Om die reden is een kritisch blik naar de lokale en regionale ambities en het stellen van prioriteiten of het opschalen van de capaciteit nodig.

11. Bodem.
Onder de Omgevingswet zijn de bodemtaken van de Provincie overgegaan naar de gemeente. Alle uitvoerende, aan milieubelastende activiteiten gebonden, milieutaken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving en de adviestaak voor bodem worden uitgevoerd door de ODT. Vanaf maart 2024 wordt gewerkt met het digitale bodemsysteem Nazca. Dit systeem vervangt Squit XO. In dit systeem worden bodemonderzoeken, verontreinigingen en gesaneerde locaties opgenomen. 
Met betrekking tot de aanwezigheid van asbest in de bodem is projectbureau Bodem Asbest Sanering (BAS) opgericht. BAS voert volgens het Vrijwillig Programma Asbestbodemsanering projectmatig onderzoek en saneringen uit. Het vastgestelde programma loopt van 2024-2030. Voor de gemeente zijn hieraan geen kosten verbonden, alleen herinrichtingskosten van een perceel zijn voor rekening van de eigenaar van het perceel. 
Specifiek voor het onderwerp PFAS is via de Provincie historisch onderzoek uitgevoerd naar mogelijke verontreinigingen binnen de gemeente. Eventuele bronnen worden op basis van risico nader onderzocht. Voor Twenterand zijn er momenteel geen gevolgen en is uit onderzoek naar voren gekomen dat er geen groot risico bestaat.  


12. Ruimtelijke ontwikkelingen – Invoering Omgevingswet (Ow) en Wet Kwaliteitsborging Bouw.
De (nieuwe) Omgevingswet is op 1 januari 2024 in werking getreden en brengt risico’s met zich mee, zoals digitaliseringsproblemen (functioneel of financieel) en tekortschietend omgevingsinstrumentarium (omgevingsplan / omgevingsvisie). De wettelijke grondslag wijzigt dusdanig dat we onze bedrijfsprocessen ingrijpend hebben moeten aanpassen. Landelijk heeft dat inmiddels voor problemen gezorgd (na meerdere keren uitstel van invoering van de wet), waardoor we niet tot weinig mogelijkheden hebben gehad om te oefenen en te checken of alles gereed is. Bovendien hebben de processen de komende periode voortdurend  fijn afstemming nodig als ook de rollen van de medewerkers. Daarnaast moeten de komende periode nieuwe kengetallen per product ontstaan om correct op productniveau te kunnen monitoren en de capaciteit op efficiënte wijze te verdelen. De uitdagingen zijn groot omdat capaciteit en werkvoorraad niet in balans zijn en er te weinig tijd rest om de kennis op peil te houden. Dat knaagt aan de wettelijke kwaliteitseisen en dus aan de dienstverlening. Op 1 januari 2024 is ook de Wet Kwaliteitsborging Bouw (WKB) in werking getreden. Met de WKB zijn taken van gemeenten overgedragen aan externe marktpartijen. Welke risico’s deze overdracht met zich meebrengt in het geval van calamiteiten en bij verantwoordelijkheidsvraagstukken is nog onduidelijk, maar zijn wel aanwezig. Deze risico’s zijn op dit moment niet goed in te schatten met dien verstande dat het toezicht op de bouwactiviteiten naar verwachting zal verminderen en op de ruimtelijke activiteit zal toenemen.
De Omgevingswet en de WKB vragen ook een aanpassing van de leges. In monitoren we de opbrengsten in hoeverre deze overeenkomen met de begrote opbrengsten en welke aanpassingen dit vraagt naar de toekomst. 

13. Niet voldoen aan BIO/ AVG en Wpg
Dit risico bestaat eruit dat niet wordt voldaan aan vereisten uit de Baseline Informatiebeveiliging Overheden (BIO), de Europese privacyregels o.g.v. de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) niet worden nageleefd en de verplichtingen die voorvloeien uit de Wet politiegegevens (Wpg) niet worden opgevolgd. We voldoen aan de minimum vereisten vanuit de BIO en AVG. Voor de Wpg geldt dit nog niet. Er is een verbeterplan, waarin per kwartaal de opvolging van de aanbevelingen wordt gemonitord met als doel om alsnog te voldoen aan de normen uit de Wpg. De beheersing van dit risico bestaat uit periodiek evalueren en acteren op de uitkomsten hiervan. Vanwege de cruciale rol die bewustzijn hier speelt wordt hieraan voortdurend aandacht besteed. I.p.v. een cyberverzekering heeft Twenterand gekozen voor een Incident Respons Retainer contract die veel servicecomponenten bevat bij NFIR. Dit is een partij die ook proactief meekijkt hoe we onze omgeving in moeten richten om risico's proactief te voorkomen. Het doel van het IR Retainer contract is om de organisatie zo snel en efficiënt mogelijk bij te staan in het geval van een cyberincident. Het contract biedt geen financiële schadevergoeding. In het algemeen is preventie de beste verzekering dat er niets misgaat.

14. Hack
Dit is het risico dat onbevoegden zoals bijv. criminelen toegang krijgen tot (delen van) onze systemen waardoor systemen niet meer werken, bijvoorbeeld door data te versleutelen. Ondanks alle beveiligingsmaatregelen (zie ook risico 13) kan dit niet worden uitgesloten. 

15. BBV, gemeentefonds en overige financiële regelgeving.
Het dossier gemeentefonds is door het huidige demissionaire kabinet controversieel verklaard. Daarmee blijven onderwerpen als verruiming belastinggebied en nieuwe financieringssystematiek voorlopig ongemoeid. Na het aantreden van een nieuw kabinet vormen deze onderwerpen een behoorlijk risico. Naast deze onderwerpen bestaat ook onzekerheid over de omvang van het gemeentefonds vanaf 2026, de zogenaamde ravijnjaren. Op advies van de VNG wordt een niet sluitende begroting aangeboden. Dit geeft risico’s voor een solide financieel beleid.  Het veelvuldig financieren van grote maatschappelijke opgaven via een SPUK (specifieke uitkering) geeft risico’s in de bedrijfsvoering. Gemeenten moeten personeel in dienst nemen, terwijl de rijksbijdrage incidenteel is toegezegd. Bovendien gaan SPUK’s gepaard met hoge verantwoordingslasten.

16. Opduiken van onbekende afspraken met gevolgen.
Er is en wordt veel tijd gestoken in het compleet krijgen van dossiers zodat er een actueel overzicht bestaat van alle gemaakte afspraken en mogelijke verplichtingen (op basis van boetebedingen, etc.). Desalniettemin blijft de kans bestaan dat er nog iets opduikt wat gevolgen kan hebben. De financiële implicaties hiervan kunnen fors zijn.

17. Personeel gerelateerde risico’s. 
Twenterand beschikt over een krap personeelsbestand voor de uitvoering van alle taken. In dit verband speelt een aantal risico’s. Er komen regelmatig opgaven/taken bij zonder dat de daarvoor benodigde middelen in voldoende mate beschikbaar worden gesteld. Naast hogere uitstroom door vrijwillig ontslag zullen de komende 10 jaar ruim 70 medewerkers uitstromen i.v.m. pensionering. De  krappe arbeidsmarkt maakt het lastig(er) om snel voldoende nieuwe medewerkers aan te trekken  waardoor  invulling van reguliere en tijdelijke functies stagneert wat leidt tot werkdruk en meer verloop en hogere kosten wanneer overgegaan wordt tot  inhuur. Qua beheersing kan gedacht worden aan aanpassing van het  arbeidsmarkt- en arbeidsvoorwaarden-beleid.  
Ook op de inhuurmarkt is sprake van krapte voor een aantal cruciale functies. Dit geheel kan leiden tot spanning tussen beschikbare en benodigde formatie/inzet, achterblijvende realisatie van (uitvoering van) beleid en doelen, te hoge werkdruk/verstoorde balans met mogelijk (langdurige) uitval. Ook kan het functiehuis een risico vormen, leidend tot een slechtere concurrentiepositie met verdere uitstroom tot gevolg. Het afscheid nemen van personeel kan aanleiding zijn tot het sluiten van zogenaamde vaststellingsovereenkomsten met financiële verplichtingen. De reorganisatie en de organisatieontwikkeling, waarbij ook inspelen op achterstallig onderhoud (scholing, gesprekscyclus, dossiervorming) aan de orde is, vragen veel inzet op gebied van P&O. Het hiervoor onvoldoende ruimte vrij spelen is eveneens een risico. 

18. Humanitaire ontwikkelingen.
De inval in Oekraïne door Rusland heeft grote impact. Naast economische gevolgen zijn er ook humanitaire gevolgen waarbij een groot beroep wordt gedaan op ons gemeentelijk en maatschappelijk vermogen om vluchtelingen uit Oekraïne op te vangen, voor een periode van ongewisse duur. Op grond van bestaande regelgeving is het Rijk verantwoordelijk voor de financiering van de kosten die dit voor gemeenten met zich meebrengt. De financieringsregeling, die van toepassing is tot 31 december 2023, is kostendekkend en de aanname is dat dit ook zo blijft wanneer de huidige status van deze groep vluchtelingen wijzigt. Gemeenten moeten vanaf 1 januari 2024 verantwoording afleggen over de werkelijk gemaakte kosten die uitgegeven zijn aan de opvang van ontheemden Oekraïne en uitsluitend werkelijke kosten worden door het Rijk vergoed.  
Inmiddels heeft het Rijk de Spreidingswet vastgesteld met als doel een evenwichtig opvang van asielzoekers over Nederland te realiseren. Dat deze wet risico’s met zich kan meebrengen enerzijds voor onze interne bedrijfsvoering (capaciteit) en anderzijds voor aanpalende terreinen als wonen, ruimte, zorg, welzijn, ontspanning, etc. is niet geheel ondenkbaar.
Daarnaast is sprake van een verhoging van de taakstelling vanuit het rijk tot huisvesting van het aantal statushouders Dat laatste tekent zich al concreet af en daarbij gaat het om een relatieve stijging ten opzichte voorgaande jaren. Daarbij hebben we bovendien te maken met een achterstand in de te realiseren taakstelling.

Conclusie

Terug naar navigatie - Conclusie

Het vereiste weerstandsvermogen bedraagt €  5.680.000  en de beschikbare weerstandscapaciteit bedraagt € 17.577.772. De dekkingsratio bedraagt hiermee 3,1 en ligt ver boven de norm van 1. 
Dit geeft een positief beeld, maar moet worden beschouwd in de context van de financiële problematiek die op gemeenten afkomt. Dan denken we bijvoorbeeld aan alle complexe taken die naar gemeenten toekomen en de naderende ravijnjaren

Frauderisicobeheersing

Terug naar navigatie - Frauderisicobeheersing

In 2023 zijn er meerdere stappen gezet op het gebied van frauderisicobeheersing.

Zo is er een zogenaamde frauderisicoanalyse 2023 opgesteld, waarbij frauderisico’s zijn gepresenteerd en beheersing is geschetst. Na vaststelling ervan door ons college is deze frauderisicoanalyse 2023 aangeboden aan de auditcommissie, ter bespreking in 2024. Ook is deze besproken met de accountant. Deze analyse zal jaarlijks worden geactualiseerd teneinde ook op dit gebied goede risicobeheersing te realiseren. 

Ook is er een frauderesponse plan opgesteld. 

Helaas hebben wij in 2023 moeten constateren dat zich een concreet geval van fraude heeft voorgedaan, zie hiervoor de Paragraaf Bedrijfsvoering.

Inmiddels zijn er medewerkers geschoold op het gebied van frauderisicobeheersing en is gestart met de actualisatie van de frauderisicoanalyse. Verder zal fraude worden opgepakt als onderdeel van het gemeentebrede risicobeleid.  

Kengetallen: Financiële weerbaarheid en wendbaarheid

Terug naar navigatie - Kengetallen: Financiële weerbaarheid en wendbaarheid

 

M.i.v. 2016 is een aantal kengetallen voorgeschreven om de inzichtelijkheid en de transparantie van de jaarstukken te vergroten. Deze kengetallen beogen inzicht te geven in hoe solide de financiële positie van de gemeente is. 
De kengetallen drukken de verhouding uit tussen bepaalde onderdelen van de begroting of de balans en worden onderstaand toegelicht en geduid. Bij de duiding wordt gebruik gemaakt van het GTK 2020 (Gemeenschappelijk Financieel Toezichtkader), opgesteld door de twaalf provincies.  
De kengetallen zijn weergegeven in bijgaande tabel.   

Netto schuldquote en netto schuldquote, gecorrigeerd voor verstrekte leningen
De netto schuldquote bestaat uit de schuldenlast van de gemeente gedeeld door de eigen middelen en geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en aflossingen op de exploitatie en de hoogte van de investeringen uit het nabije verleden. Bij de netto schuldquote, gecorrigeerd voor verstrekte leningen gaat het om schulden exclusief doorgeleende gelden (aan bijv. een  woningbouwcorporatie die jaarlijks aflost). De netto schuldquote bedraagt 21,24% en daarmee valt Twenterand in de categorie minst risicovol, op basis van (de signaleringswaarden van) het GTK 2020.   

Solvabiliteitsratio
De solvabiliteitsratio geeft het eigen vermogen weer als percentage van het totale vermogen en hierbij geldt hoe hoger dit percentage, hoe beter de gemeente in staat is haar verplichtingen op de lange termijn te voldoen. De solvabiliteitsratio bedraagt 46,79% en daarmee valt Twenterand in de categorie neutraal, op basis van het GTK 2020.    

Grondexploitatie
Grondexploitatie geeft de grondpositie (waarde van de grond) weer als percentage van de totale geraamde baten. Voor deze ratio grondexploitatie geldt dat hoe lager deze is, hoe beter. De ratio grondexploitatie bedraagt 0,65% en daarmee valt Twenterand in de categorie minst risicovol, op basis van het GTK 2020.   

Structurele exploitatieruimte
Structurele exploitatieruimte geeft het verschil tussen baten en lasten als percentage van de totale baten. En schetst welke structurele ruimte de gemeente heeft om de eigen lasten te dragen, of welke stijging van baten of structurele daling van lasten daarvoor nodig is. Het beeld van deze structurele exploitatieruimte in 2022 is 2,10%  en daarmee valt Twenterand in de minst risicovolle categorie, op basis van het GTK 2020.   

Belastingcapaciteit
De belastingcapaciteit geeft de hoogte van de van de woonlasten van een gezin weer als percentage van de landelijk gemiddelde woonlasten van een gezin. Dit percentage bedraagt 103,97% en daarmee valt Twenterand in de categorie meest risicovol, op basis van het GTK 2020.   

 

Kengetallen Jaarrekening Begroting Jaarrekening Begroting Begroting Begroting Begroting
2022 2023 2023 2024 2025 2026 2027
Netto schuldquote 23,98% 63,64% 21,24% 45,75% 41,59% 38,46% 34,42%
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen 12,64% 49,57% 11,11% 32,31% 28,24% 24,51% 20,55%
Solvabiliteitsratio 42,13% 28,14% 46,79% 37,54% 38,78% 41,38% 42,69%
Structurele exploitatieruimte 2,27% 3,21% 2,10% 1,53% 3,43% -2,05% -3,63%
Grondexploitatie 2,72% 3,83% 0,65% 2,82% 2,18% 2,07% 0,94%
Belastingcapaciteit 105,85% 91,73% 103,97% 102,22% 102,92% 103,14% 103,39%

Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De kapitaalgoederen vormen het gemeentelijk kapitaal waar zorgvuldig mee moet worden omgegaan. De kwaliteit van de kapitaalgoederen en het onderhoud ervan is bepalend voor het voorzieningenniveau en uiteraard voor de (jaarlijkse) lasten. Het is van belang, dat voor de openbare voorzieningen en gebouwen goede onderhoudsplanningen aanwezig zijn.

Beleid
De gemeentelijke kapitaalgoederen bestaan uit veel uiteenlopende onderdelen, zoals groenvoorzieningen, speelvoorzieningen, gebouwen voor uiteenlopende functies, bestrating wegen, rioleringen, sportterreinen, afvalcontainers en dergelijke. Voor deze onderdelen wordt op basis van beheerssystemen de onderhoudsbehoefte bepaald. Daarnaast worden door de betrokken medewerkers op basis van visuele waarnemingen de nodige correcties hierop aangebracht.

Wegen

Terug naar navigatie - Wegen

De gemeente Twenterand heeft de volgende lengte wegen en oppervlakte verharding in onderhoud en beheer:

Wegen/verharding Areaal
Lengte wegen 436 km
Oppervlakte verharding 237 ha.

Door de CROW (landelijk kennisplatform voor de openbare ruimte) is een standaard ontwikkeld om de kwaliteit van de openbare ruimte te bepalen. Middels deze systematiek worden de wegen geïnspecteerd en wordt de onderhoudsbehoefte bepaald.

De benodigde onderhoudsmaatregelen zijn afhankelijk van de vastgestelde (technische) staat en de feitelijk optredende slijtage van een bepaalde weg door het gebruik of andere omstandigheden zoals weersinvloeden. Dit onderhoud wordt planmatig uitgevoerd, waarbij het doel is om binnen de beschikbare financiële middelen door tijdig en juist ingrijpen de technische levensduur en het goed functioneren van een weg zoveel mogelijk te verlengen. Daarom wordt gedurende de levensduur regelmatig de toestand van de wegen geïnspecteerd, zodat de noodzakelijke onderhoudsmaatregelen kunnen worden bepaald. Onder wegen worden zowel de asfaltwegen als de wegen met een elementenverharding (klinkers, trottoirs) verstaan.

De begroting voor het onderhoud van wegen wordt gemaakt aan de hand van ingevoerde inspectiewaarden in het beheersysteem Obsurv. In dit systeem worden per weggedeelte ca. elke twee jaar inspectiewaarden ingevoerd. Deze waarden komen voort uit een inspectieronde, waarbij de staat van het wegdek op diverse punten beoordeeld wordt. Aan de hand van de ingevoerde inspectiewaarden en diverse instellingen worden de benodigde maatregelen bepaald en de begroting gegenereerd.

Afgevlakte planning: 

De begroting voor het onderhoud wordt per jaar berekend. Hierdoor kan het zijn dat er in 1 jaar een laag bedrag benodigd is, terwijl het volgend jaar een hoog bedrag benodigd is. Omdat dat minder praktisch en werkbaar is, wordt een afgevlakte planning gemaakt. Hierin wordt (waar mogelijk) geschoven met onderhoudsjaren zodat per jaar een min of meer gelijk bedrag benodigd is.

Aan de hand van de meest recente inspectiewaarden in het beheersysteem worden de begrotingscijfers bepaald.

Aan onderhoud asfaltwegen wordt in eerste instantie voorrang gegeven om zoveel mogelijk kapitaalvernietiging te voorkomen. Wanneer namelijk asfaltwegen niet tijdig worden onderhouden zet het schadebeeld zich door in de fundering. waardoor de kosten van herstel fors toenemen. 

In de post onderhoud wegen worden ook de aanleg en het onderhoud van grasbetonstenen en bermbeton meegenomen.

Het verbod op gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen op verharding heeft tot verhoging van (onderhouds)kosten geleid. 

Financieel overzicht: Wegen
Omschrijving Rekening 2022 Begroting 2023 Begr.na wzg 2023 Werkelijk 2023
Onderhoud 1.101.359 1.224.850 988.350 1.461.874
Kapitaallasten 190.054 486.079 486.079 255.912
Totaal 1.291.412 1.710.929 1.474.429 1.717.785

Openbare verlichting

Terug naar navigatie - Openbare verlichting

Het areaal van de openbare verlichting is geïnventariseerd en op basis van deze inventarisatie vindt de jaarlijkse vervanging plaats van armaturen en masten.

Openbare Verlichting Areaal
Lichtmasten/armaturen  7.320


De inventarisatie wordt periodiek bijgewerkt en actueel gehouden. In de investeringslijst is jaarlijks een bedrag opgenomen van bijna €134.000,-. De onderbouwing van dit bedrag is als volgt: Bij een theoretische technische levensduur van 20 jaar voor een armatuur en 40 jaar voor een mast komt men op een gemiddeld jaarlijks bedrag van €192.500,- voor vervanging. In het beleidsplan Openbare Verlichting, dat op 2 juli 2013 door de gemeenteraad is vastgesteld, is aangegeven dat het de verwachting is dat het bedrag van bijna €134.000,- per jaar voldoende is, aangezien in de praktijk blijkt dat de levensduur vaak enige jaren langer is. Wanneer gerekend wordt met een werkelijke vervangingstermijn van 28 jaar voor een armatuur en 50 jaar voor een mast betekent dit, dat het bedrag voldoende is.  In 2024 wordt een nieuw beleidsplan Openbare Verlichting. 

Financieel overzicht: Openbare verlichting
Omschrijving Rekening 2022 Begroting 2023 Begr.na wzg 2023 Werkelijk 2023
Onderhoud 94.452 95.067 95.067 104.212
Kapitaallasten 47.983 79.636 79.636 63.600
Totaal 142.435 174.703 174.703 167.813

Gebouwen en civieltechnische kunstwerken

Terug naar navigatie - Gebouwen en civieltechnische kunstwerken

Er vindt driejaarlijks een herinspectie plaats van alle gemeentelijke gebouwen en zesjaarlijks van alle civieltechnische kunstwerken gelegen binnen de gemeente Twenterand (gebruik gemaakt wordt van van de systemen voor rationeel gebouwenbeheer en rationeel kunstwerkenbeheer van Antea). Het grootschalig onderhoud voor instandhouding van bestaande gebouwen en civieltechnische kunstwerken is voor de komende 10 jaren geregeld. In het Meerjarenonderhoudspl
an (MJOP) wordt voor 10 jaar de toekomstige onderhoudsbehoefte aangegeven. Wanneer een gebouw of gebouwonderdeel of een civieltechnisch kunstwerk onderhoud vergt, worden de gewenste activiteit en de onderhoudscyclus vermeld, inclusief de daarbij behorende kosten. In de meerjarenbegroting is voor de storting in het onderhoudsfonds betreffende de gemeentelijke gebouwen ieder jaar een verhoging van € 45.000,- en voor de kunstwerken ieder jaar een verhoging van € 6.000,- opgenomen. Uit de inspecties blijkt dat indien men bovengenoemde jaarlijkse verhoging handhaaft, er voor de komende 10 jaar voldoende dekking aanwezig is om het noodzakelijke onderhoud uit te kunnen voeren. De gemeente heeft de volgende aantallen accommodaties/gebouwen en civieltechnische kunstwerken in beheer:

Accommodaties/gebouwen Areaal
aantal accommodaties/gebouwen 52
Civieltechnische kunstwerken  Areaal
aantal kunstwerken 57

 

Financieel overzicht: Gebouwen
Omschrijving Rekening 2022 Begroting 2023 Begr.na wzg 2023 Werkelijk 2023
Onderhoud 353.185 294.184 306.184 410.416
Mutatie reserve/voorziening groot onderhoud 547.884 901.190 901.190 305.019
Kapitaallasten 1.057.976 1.184.818 1.184.813 1.028.381
Totaal 1.959.045 2.380.192 2.392.187 1.743.816
Financieel overzicht: Bruggen en kunstwerken
Omschrijving Rekening 2022 Begroting 2023 Begr.na wzg 2023 Werkelijk 2023
Onderhoud 844 17.157 17.157 3.496
Mutatie reserve/voorziening groot onderhoud 200 38.482 38.482 134.786
Kapitaallasten 14.895 14.779 14.779 14.779
Totaal 15.939 70.418 70.418 153.061

Groen

Terug naar navigatie - Groen

Door de CROW (kennisplatform voor de openbare ruimte) is een landelijke standaard ontwikkeld om de kwaliteit van de openbare ruimte te bepalen. Op basis van die standaard heeft Sweco het rapport geschreven Keuzemodellen kwaliteitsniveaus Wegen en Groen (oktober 2010). Voor openbaar groen is een aantal kwaliteitsniveaus doorgerekend. Middels het pakket rationeel groenbeheer van Sweco zijn deze onderhoudsniveaus vertaald in de werkpakketten (technisch en financieel). De onderhoudsbudgetten staan onder druk vanwege enkele ontwikkelingen, die kosten verhogend werken (wijziging regelgeving, areaaluitbreiding en prijsindexatie). Er wordt gezocht naar maatregelen en aanpassing van werkzaamheden om binnen de bestaande budgetten de vastgelegde onderhoudsniveaus zoveel mogelijk te handhaven. Daarbij zal het voorkomen, dat die onderhoudsniveaus niet in de volle breedte worden gehaald. Mutaties in het areaal worden op structurele wijze bijgehouden en verwerkt.

Dat areaal bestaat uit: 

Openbaar groen Areaal
bomen 25.271 stuks
hagen 16,5 km
oppervlakte openbaar groen 156 ha

Financieel overzicht: Openbaar groen
Omschrijving Rekening 2022 Begroting 2023 Begr.na wzg 2023 Werkelijk 2023
Onderhoud 1.816.160 1.686.475 1.638.818 1.767.145
Kapitaallasten 12.169 10.174 10.174 2.074
Totaal 1.828.329 1.696.649 1.648.992 1.769.219

Grondwater

Terug naar navigatie - Grondwater

Het hoge grondwaterbeheer is opgenomen in het Gemeentelijke Rioleringsplan 2019-2023. Voor zover bekend zijn binnen de gemeentegrenzen geen gebieden met grote problemen. Mochten zich toch problemen voor doen, dan zijn gelden beschikbaar binnen het product Riool om de oorzaak van de problemen te onderzoeken en zo nodig maatregelen te treffen.

Riolering

Terug naar navigatie - Riolering

De volgende rioolvoorzieningen zijn aanwezig in de gemeente:

Riolering Areaal
vrij verval riolering 231 km
(mini)gemalen 760 stuks

In 2018 is een nieuw GRP vastgesteld en is bepaald welke maatregelen er aan het rioolstelsel getroffen dienen te worden voor met name de komende planperiode van 5 jaar. In de eerste vier jaar is daar gedetailleerd naar gekeken en zijn ook de benodigde budgetten vastgelegd. Voor de periode daarna is dat ook gedaan, maar dan meer op hoofdlijnen. Op het gebied van de riolering gaat het om het onderhoud en beheer van bestaande riolering en gedeelten van de riolering, die vervangen moeten worden. In het GRP 2019-2023 is ingespeeld op de klimaatverandering. Er zijn maatregelen ingepland voor de locaties, waar via modelberekeningen is gebleken, dat daar bij toenemende hoeveelheden neerslag problemen kunnen gaan optreden. De gemeente Twenterand gaat in deze GRP-periode ervaring opdoen met risicogestuurd rioolbeheer. Wij gaan dus vervangen op basis van risico en dus op functioneren. Door verbetering van methodieken kunnen wij nauwkeuriger bepalen hoe lang een riool meegaat en wat de gevolgen van bepaalde schades zijn. Door risicogestuurd rioolbeheer blijven de kosten maatschappelijk aanvaardbaar. Zowel m.b.t. het opstellen van het nieuwe GRP als de doelmatigheid van te treffen maatregelen heeft overleg plaatsgevonden met het waterschap Vechtstromen. Het overleg met het waterschap heeft o.a. tot doel dat er zowel voor het waterschap als voor de gemeente een win- win-situatie ontstaat, m.a.w. zo slim mogelijk en tegen zo laag mogelijke kosten de noodzakelijke maatregelen treffen. Middels het kostendekkingsplan is de hoogte van de rioolheffing bepaald op basis van 100% kostendekkendheid. Planmatig wordt het rioolstelsel gereinigd en geïnspecteerd, waardoor de kwaliteit wordt bewaakt. Ter plekke van de overstorten en de gemalen worden permanent metingen verricht om de werking van het stelsel te kunnen monitoren. Er wordt gewerkt met het programma rationeel rioolbeheer van Sweco.

Financieel overzicht: Riolering
Omschrijving Rekening 2022 Begroting 2023 Begr.na wzg 2023 Werkelijk 2023
Onderhoud 233.036 251.665 241.124 182.085
Mutatie reserve/voorziening groot onderhoud 272 2.822 2.822 2.235
Kapitaallasten 557.089 729.695 711.195 558.854
Totaal 790.397 984.182 955.141 743.174

Kaderplan speelruimte

Terug naar navigatie - Kaderplan speelruimte

Voor het kaderplan speelruimte (door de Raad vastgesteld in 2018) is jaarlijks gemiddeld €76.000,- nodig. Dit is meegenomen in de begroting 2020 en verder. Alle centrale plekken en steunplekken blijven hiermee ingericht. 

Speeltoestellen Areaal
Aantal speeltoestellen 569 stuks

 

Tractie en gereedschappen

Terug naar navigatie - Tractie en gereedschappen

Tractie en gereedschappen hebben blijvend aandacht nodig in relatie tot bezetting en daarmee effectief gebruik. Door gewijzigde inzichten of anders uitvoeren van werkzaamheden is het zinvol het gebruik van deze middelen constant tegen het licht te houden. De kapitaallasten van de tractie zijn in de begroting opgenomen voor een vast bedrag. Het verschil tussen werkelijk en begroot wordt gestort c.q. onttrokken uit de reserve tractie. Jaarlijks wordt beoordeeld of de vervangingen, die zijn opgenomen in het tractieplan, noodzakelijk zijn.

Paragraaf Financiering

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

In de paragraaf financiering bij de begroting en de jaarrekening neemt het college, naast de verplichte onderdelen op grond van het BBV, in ieder geval op:
A.   de kasgeldlimiet;
B.   de renterisiconorm;
C.   een overzicht van verstrekte geldleningen.

Algemene ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Algemene ontwikkelingen

De gemeente dient een paragraaf Financiering in zowel de begroting als in het jaarverslag op te nemen waarin aangegeven wordt wat de beleidsvoornemens zijn ten aanzien van het risicobeheer van de financieringsportefeuille. Daarnaast geeft de paragraaf inzicht in de rentelasten, het renteresultaat, de wijze waarop rente aan investeringen, grondexploitaties en taakvelden wordt toegerekend en de financieringsbehoefte. 
Om volledig te voldoen aan de wetgeving op het gebied van treasury heeft de gemeente Twenterand een treasurystatuut. In dit treasurystatuut zijn de uitgangspunten, de doelstellingen, de beleidsmatige en organisatorische kaders (inclusief het toezicht op de uitvoering van de treasury) voor de treasuryfunctie vastgelegd. De wet FIDO definieert treasury als volgt: “het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op: de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s”. Onderstaand treft u aan de voor de gemeente Twenterand relevante informatie met betrekking tot de treasury-activiteiten van de gemeente in 2023.

Treasurybeleid

Terug naar navigatie - Treasurybeleid

De beleidsdoelstelling van het treasurybeleid van de gemeente Twenterand kan als volgt worden omschreven: De gemeente voert, gelet op haar publiekrechtelijke taak om maatschappelijk kapitaal te beheren, een risicomijdend treasurybeleid. Binnen dit risicomijdende beleid stelt de gemeente zich ten doel zo laag mogelijke kosten over leningen en/of een zo hoog mogelijk rendement over het belegd vermogen te realiseren, voor zover nog mogelijk binnen de opgelegde regeling voor schatkistbankieren. Dit binnen de daarvoor geldende randvoorwaarden en ter beperking van risico’s. 

Renterisico's

Terug naar navigatie - Renterisico's

In de Wet Fido is de renterisiconorm opgenomen. Doel van deze norm is het beperken (spreiden) van het renterisico op de vaste schuld van de gemeente. Het toezichthoudende orgaan wordt met behulp van deze norm op een transparante wijze inzicht geboden in het renterisico als gevolg van renteaanpassing en herfinanciering van leningen.
Een hoofddoel van treasury is het beperken van de gevolgen van een stijgende rente. Aan de andere kant dient er optimaal geprofiteerd te worden van lage rentestanden. Met het bijhouden van de ontwikkelingen op de geld en kapitaalmarkt en de grote diversiteit in leningsproducten wordt continue geprobeerd om een zo optimaal mogelijk resultaat te behalen tegen een verantwoord risico, eventueel ondersteund door een liquiditeitsprognose. 

Berekening renterisiconorm: 

1. Begrotingstotaal € 108.185.559
2. Wettelijk percentage 20%
3. Renterisiconorm (1x2) € 21.637.112
4. Renteherzieningen € 0
5. Aflossingen € 3.825.769
6. Bedrag van renterisico (4+5) € 3.825.769
7. Ruimte onder renterisiconorm € 17.811.343

Renteberekening

Terug naar navigatie - Renteberekening

In het jaar 2023 is over opgenomen langlopende gemeentelijke geldleningen gemiddeld 1,01 % rente betaald (2022: 1%, 2021:1,26%, 2020: 1,49%, 2019: 1,89%). 
In de jaarrekening 2023 zijn deze rentelasten opgenomen. Voor het aantrekken van kort geld werd begrotingstechnisch rekening gehouden met een gemiddeld percentage van 1,00% (rente financieringstekort binnen de kasgeldnorm). De werkelijke rente is verantwoord op de het product/taakveld 'treasury'.

Kasgeldlimiet

Terug naar navigatie - Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet geeft het renterisico op de korte termijn weer. Hieronder vallen alle kortlopende financieringen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar. De kasgeldlimiet is gericht op het voorkomen van ongewenste renterisico's die ontstaan door het aangaan van overmatige korte-termijnfinancieringen en stelt een grens aan de omvang van de korte schuld waarover de gemeente renterisico mag lopen. 
Als grondslag van de wettelijk toegestane omvang van de kasgeldlimiet wordt voor het gehele begrotingsjaar aangehouden de omvang van de jaarbegroting per 1 januari van het betreffende jaar. Op grond hiervan is de door het rijk toegestane omvang van de kasgeldlimiet voor 2023 vastgesteld op 8,5% van € 108.185.559  = € 9.195.773. Dit betekent dat de gemeente Twenterand door het jaar heen tot het hierboven berekende bedrag met kort geld mag financieren (ook investeringen). Wanneer de kasgeldlimiet structureel overschreden dreigt te worden, moeten langlopende leningen (leningen met een looptijd langer dan 1 jaar) aangetrokken worden. Tot maximaal het bedrag van de kasgeldlimiet loopt de gemeente renterisico, gebaseerd op leningen met een termijn van korter dan een jaar. 
Onderstaand treft u een weergave aan van de in de loop van het jaar 2023 verzamelde gegevens met betrekking tot de renterisico’s op korte termijn.

(bedragen x € 1.000) 1e kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal
Kasgeldlimiet 9.196 9.196 9.196 9.196
Saldo gemeente -467 -558 -428 -740
Over-/onderschrijding -9.662 -9.753 -9.623 -9.936

Kortlopend geld

Terug naar navigatie - Kortlopend geld

Met de Bank Nederlandse Gemeenten is een ‘Overeenkomst financiële dienstverlening’ voor onbepaalde tijd afgesloten (opzegbaar). Hier is onder andere de kort-kredietverlening geregeld. Dit houdt in dat er een krediet in rekening-courant (kredietlimiet) van maximaal € 6,9 miljoen is overeengekomen.

Aangegane langlopende geldleningen

Terug naar navigatie - Aangegane langlopende geldleningen

In 2023 is geen nieuwe langlopende lening aangetrokken. In de loop van het jaar is  € 3.825.769 afgelost. De som van de aangegane langlopende geldleningen bedraagt per 31 december 2023 € 36.093.081. Dit is volledig bestemd voor eigen financiering.

Schatkistbankieren

Terug naar navigatie - Schatkistbankieren

Op 15 december 2013 is de wet verplicht schatkistbankieren van kracht geworden. Vanaf dat moment zijn alle decentrale overheden (waaronder gemeenten) verplicht om hun overtollige middelen in de schatkist aan te houden. Het drempelbedrag is gelijk aan 2% van het begrotingstotaal en bedraagt voor de gemeente Twenterand in 2023 € 2.163.711.
Er mag maximaal drie kwartalen op één volgend worden overschreden. Na de derde op één volgende overschrijding dient actie te worden ondernomen om de overschrijding de komende kwartaal op te lossen. Uit onderstaand overzicht blijkt dat in 2023 is voldaan aan de regeling schatkistbankieren.

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1000)
Verslagjaar 2023
Drempelbedrag 2.164
Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4
Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen 405 452 346 559
Ruimte onder het drempelbedrag 1.759 1.712 1.818 1.605
Overschrijding van het drempelbedrag - - - -

Kredietrisico's

Terug naar navigatie - Kredietrisico's

Ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak kunnen gemeenten leningen verstrekken.
Op deze verstrekte leningen loopt de gemeente kredietrisico. Het kredietrisico is het risico dat de tegenpartij niet aan haar contractuele verplichtingen kan voldoen (het terugbetalen van de verstrekte lening). Hieronder treft u een overzicht aan van de verstrekte leningen door de gemeente Twenterand.

Omschrijving Bedrag 31-12-2023
BAGL GR Vechtdal € 932.591
Lening Zonnepark BV € 5.206.667
Hypotheekverstrekkingen ambtenaren € 2.083.564
Lening Triangel € 164.056
Lening St.Kulturhus De Klaampe € 60.366
Lening Activiteitencentrum 'het Punt' € 4.041.274
Lening IKB/Stadsbank € 52.622
Duurzaamheidsleningen € 3.525
Startersleningen € 818.891
Lening korfbalvereniging TOP € 10.500
Achtergestelde lening het Punt € 26.347
Lening Den Ham FC Twente Madness € 6.090
Lening de Groene Jager € 26.517
Lening Enexis tranche B € 142.372
€ 13.575.382

Financiering

Terug naar navigatie - Financiering

Dit onderdeel geeft inzicht in de ontwikkeling van de financieringspositie van onze gemeente en de daarbij behorende financieringsbehoefte, rekening houdend met (geplande) (des-) investeringen en beschikbare interne en externe middelen. In feite gaat het hier om het opstellen van een liquiditeitsbegroting. De ontwikkeling van de financieringspositie is bepalend voor de leningenportefeuille. De activa van de gemeente Twenterand zijn per ultimo 2023 als volgt gefinancierd:

Uit de tabel blijkt dat de boekwaarde van de vaste activa (investeringen) wordt gefinancierd met langlopende middelen.

Boekwaarde vaste activa € 102.055.980
Vaste financieringsmiddelen
Reserves (inclusief rekeningresultaat) € 60.684.877
Voorzieningen € 17.230.185
Langlopende leningen € 36.093.081
Totaal financieringsmiddelen € 114.008.144
Financierings overschot € 11.952.163

Rentetoerekening

Terug naar navigatie - Rentetoerekening

De behoefte aan inzicht in de kosten op de taakvelden en de behoefte om de wijze van verantwoorden van rente in de begroting en jaarrekening te harmoniseren, hebben er toe geleid dat in het wijzigingsbesluit Besluit begroting en verantwoording (BBV) is opgenomen, dat de rentekosten aan de desbetreffende taakvelden moeten worden toegerekend met behulp van een (rente)omslag. Omdat de onderlinge vergelijking tussen gemeenten het uitgangspunt is voor de aanpassingen van het BBV is hier sprake van een verplichting.
Voor 2023 is een renteomslag gehanteerd van 1,00%. Met deze renteomslag blijft het resultaat op het taakveld treasury (zie tabel hieronder) binnen de norm, zoals voorgeschreven door het BBV. 
De rente wordt samen met de afschrijvingslasten doorberekend aan de diverse taakvelden. Aan investeringen wordt geen rente rechtstreeks toegerekend.
Het grondbedrijf hanteert een ander percentage wordt zoals wordt voorgeschreven door het BBV.

Renteschema

Terug naar navigatie - Renteschema
De externe rentelasten over de korte en lange financiering 403.498
De externe rentebaten (idem) 294.585
Saldo rentelasten en rentebaten. 108.913
Rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend 41.274
De rente van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerend 61.921
Rentebaat van doorverstrekte leningen indien daar een specifieke lening voor is aangetrokken (=projectfinanciering), die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend 135.373
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente -32.178
Rente over eigen vermogen 562.106
Rente over voorzieningen 0
Totaal werkelijk aan taakvelden toe te rekenen rente 703.197
De aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag) 832.485
Renteresultaat op taakveld Treasury 129.288
Procentule afwijking (max. 25% afwijking, anders aanpassing rentepercentage) 18,39%

Paragraaf Bedrijfsvoering

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

In deze paragraaf Bedrijfsvoering worden relevante thema’s op het gebied van bedrijfsvoering toegelicht en daarnaast bevat de paragraaf een terugblik op de Griffie in 2023. 

Bedrijfsvoering omvat het verzorgen van randvoorwaardelijke zaken, van informatie en van advies. Het betreft Personeel en Organisatie, (interne) Communicatie, Bestuursadvies en -ondersteuning van B&W, Planning & Control, Financiën , Informatisering & Automatisering, Bodediensten en Bestuurlijk Juridische zaken. In deze paragraaf wordt op een aantal thema’s die in 2023 speelden bij Bedrijfsvoering nader ingegaan. 

Communicatie en participatie
In 2023 heeft Team Communicatie optimaal gebruik gemaakt van de verruiming van het communicatiebudget op basis van een duidelijk plan van aanpak. Over de hele breedte zijn alle mogelijke bekende online en offline communicatiemiddelen ingezet, ook zijn er nieuwe middelen toegepast. Hierbij springen vooral dronefotografie en videobeelden in het oog. Beelden ondersteunen en versterken het verhaal dat we als gemeente te vertellen hebben. Ook is er meer dan ooit focus op online en social media. Op het gebied van participatie zijn ook mooie stappen gezet op weg naar een participatievere samenleving. Het is nu zaak die wandeling met onze inwoners, ondernemers en organisaties verder vorm te geven.

Bestuurlijk Juridische Zaken

Vanaf 1 mei 2022 geldt de nieuwe Wet open overheid (Woo), als vervanger van Wet openbaarheid van bestuur (Wob). De Woo moet ervoor zorgen dat overheidsinformatie voor iedereen beter toegankelijk wordt, makkelijk vindbaar en uitwisselbaar is. De nieuwe wet geeft iedereen recht op toegang tot publieke informatie en verplicht overheden om meer publieke informatie actief openbaar te maken. Deze zogenaamde wettelijke verplichte informatiecategorieën kunnen gefaseerd openbaar worden gemaakt. Vanuit het Rijk zijn incidentele en structurele middelen beschikbaar gesteld en uitgangspunt is dat deze toereikend zijn voor een adequate implementatie van deze nieuwe wet.  Voor meer informatie over de Woo wordt verwezen naar de Paragraaf openbaarheid Woo.

Personeel en Organisatie

Ambtelijke organisatie, opleidingen lieten de afgelopen jaren het volgende beeld zien:  

  2020 2021 2022 2023
Loonsom €13.568.557,-  €14.919.806,- €17.332.028,- €19.376.520,-
Opleidingskosten € 149.527,- € 218.285,- € 155.799,- € 240.715,-
% van de loonsom 1,10% 1,46% 0,90% 1,24%
Aantal medewerkers per dec. 229     251 278 296
Opleidingskosten per medewerker € 653,- € 870,- € 560,- € 813,-

In driekwart van de cao's zijn afspraken gemaakt over opleidingsbudgetten. Gemiddeld trekken werkgevers € 700,- per werknemer per jaar uit als opleidingsbudget. In die zin faciliteren wij onze medewerkers meer dan gemiddeld. De bedragen zijn exclusief de opleidingskosten ten behoeve van college van B&W en raad.
 
Ziekteverzuim
De laatste 3 jaar liet het ziekteverzuim een stijgende lijn zien.

  2020 2021 2022 2023
Ziekteverzuim 4,51% 4,06% 5,00% 5,24%

 In-, door- en uitstroom
De laatste 3 jaar lieten geen grote verschillen in instroom zien. De uitstroom is sinds 2022 wel toegenomen.

  2020 2021 2022 2023
 Instroom:  41 47 51 49
Doorstroom: 5 4 6 7
 Uitstroom:  25 24 31 32

                                                                      
VIND JE VONK
In het kader van het vernieuwen en verbeteren van onze profilering op de arbeidsmarkt zijn we gestart met werkenbijtwenterand.nl. Dit met de slogan: VIND JE VONK. Dit is de uitkomst van de in 2023 gestarte arbeidsmarktcampagne waarin we ons werkgeversmerk, het verhaal van Twenterand, hebben gebouwd en een nieuwe wervingscampagne hebben opgezet. Dit met als doel om potentiële collega’s beter te bereiken en te enthousiasmeren.

Organisatieontwikkeling

In 2023 is gewerkt aan de ontwikkeling van de organisatie. Aan de hand van thema’s is in co-creatie met medewerkers invulling gegeven aan een nieuwe inrichting en sturingsvorm. De gekozen heldere besturingsfilosofie en organisatie-inrichting is ondersteunend aan een organisatie waar ingezet wordt op zowel robuustheid (basis op orde, regulier werk) als wendbaarheid (opgaves herkennen, verkennen en de verantwoordelijkheid en bijdrage daarin bepalen). De organisatie heeft de doelstelling om vanuit de organisatieontwikkeling te groeien naar een excellente dienstverlening.
De nieuwe inrichting en besturingsfilosofie, die per 1 januari 2024 operationeel is, heeft geleid tot 22 evenwichtige basisteams. De tweehoofdige directie en 10 teamleiders sturen op integraal samenwerken aan concrete ambities en doelstellingen uit de doelenbomen van de programmabegroting.  
De nieuwe inrichting en besturingsfilosofie is steeds getoetst aan de hoofdlijnen van de intentie en doelstellingen van de organisatieontwikkeling:
-    We willen de flexibiliteit, integraliteit en wendbaarheid van de organisatie verhogen om sneller in te kunnen spelen op veranderingen in de samenleving;
-    We willen groeien naar een niveau van excellente dienstverlening, waarbij we vraaggericht werken en onderdeel zijn van de samenleving;
-    We willen het bestuur professioneel en doelgericht ondersteunen in hun ambities en verantwoordelijkheden;
-    We willen de organisatie zodanig inrichten en vormgeven dat vakmanschap, eigenaarschap, samenwerking, professionaliteit en de voortdurende ontwikkeling daarvan het fundament vormen van wat we doen en hoe we dat doen;
-    We willen de organisatie zodanig inrichten dat dit zowel intern als extern als begrijpelijk ervaren wordt.

In 2024 wordt vanuit concrete teamplannen en programmaplannen verder gewerkt aan de doelstellingen van de organisatieontwikkeling.

Fraudecasus

In de zomer van 2023 is door BDO, tijdens de accountantscontrole van de jaarrekening 2022, een geval van financiële fraude aan het licht gekomen. Dit heeft geleid tot een onderzoek naar aard en omvang ervan en tot maatregelen jegens de verantwoordelijke medewerker. Het ontvreemde bedrag is teruggevorderd en ontvangen en er is een start gemaakt met maatregelen om dergelijke fraude in de toekomst te voorkomen. 

Privacy

De gemeente Twenterand is verplicht te voldoen aan de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Hierin staan de belangrijkste Europese regels voor de omgang met persoonsgegevens.
Daarnaast zijn de gemeentelijke boa’s (buitengewoon opsporingsambtenaren) voor de verwerking van persoonsgegevens gehouden aan de Wet politiegegevens (Wpg). De gemeente heeft in 2023 voldaan aan de verplichting uit deze wet om het resultaat van de externe privacy-audit beschikbaar te stellen aan de Autoriteit persoonsgegevens (AP). 
Het is een illusie om als gemeente ‘AVG- of Wpg-proof’ te zijn. Er is namelijk continu aandacht nodig voor het bewust omgaan met privacygegevens van inwoners, leveranciers en eigen personeelsleden.

De belangrijkste in 2023 getroffen maatregel om het risico van onzorgvuldig gebruik van persoonsgegevens te beperken, is de inzet van de tool om de privacybewustwording organisatiebreed te vergroten: het gebruik een Security Awareness Training (‘KnowBe4’) en per kwartaal de bewustwordingssessies voor nieuwe medewerkers. Daarnaast zijn management en bestuur meegenomen in de resultaten van kwartaalrapportages op het gebied van informatiebeveiliging en privacy.
Het aantal gemelde datalekken (10) is in 2023 vrijwel gestabiliseerd t.o.v. het aantal (9) in 2022. Dit is een goede ontwikkeling, omdat dit enerzijds een signaal is dat medewerkers zich meer bewust zijn van wat een datalek is en weten hoe zij dit moeten melden. Anderzijds is het een signaal dat er blijvend aandacht nodig is voor het daadwerkelijk melden van datalekken . Het streven is dat het aantal datalekken de komende jaren  afneemt. Uit zorgvuldige analyse is gebleken dat de privacy risico’s voor betrokkenen, met uitzondering van één datalek waarvan melding is gemaakt bij de AP, dermate gering waren dat volstaan kon worden met het vastleggen van de afhandeling in het gemeentelijke datalekkenregister.

Informatiebeveiliging

De gemeente Twenterand heeft in 2023  stappen gezet om de informatiebeveiliging op een hoger niveau te krijgen. Door maatregelen als bijvoorbeeld het trainen van medewerkers in het herkennen van phishing mails. Op het moment van schrijven ligt er een nieuwe set met maatregelen klaar die geïmplementeerd gaan worden. Ook is  vooruitgang geboekt op gebied van beleidsvorming en procesbeheersing (procesbeschrijvingen, vastgestelde richtlijnen en werkinstructies). Daarnaast zijn stappen gezet in het kader van monitoring, detectie en logging van het internet en dataverkeer. Dit is van groot belang om verdachte activiteiten en gedrag op de infrastructuur inzichtelijk te krijgen. Hierop kunnen dan weer de nodige maatregelen op toegepast worden ter mitigatie. 
In Europa is in 2016 een NIS (Network and Information Systems) directive opgesteld om bij te dragen aan een hoog gemeenschappelijk beveiligingsniveau van netwerk- en informatiesystemen in de hele EU. Deze was met name bedoeld voor grote bedrijven en instellingen die essentiële functies voor de samenleving vervullen. 
In mei 2022 is de Europese Commissie akkoord gegaan met een nieuwe versie, de NIS2. De nieuwe Network and Information Systems Directive (NIS2-richtlijn) gaat in per 17 oktober 2024 en heeft belangrijke implicaties voor gemeenten als het gaat om toezicht op informatiebeveiliging. In tegenstelling tot de oorspronkelijke richtlijn (uit 2016) vallen (lokale) overheidsinstanties nu ook onder de NIS2. Het voldoen aan bestaande kaders voor informatiebeveiliging bij de overheid, vormt de basis om invulling te geven aan de zorgplicht die uit NIS2 volgt. 
Via de zelfevaluatie ENSIA (Eenduidige Normatiek Single Information Audit) wordt vanaf 2017 (jaarlijks) verantwoording afgelegd over de gemeentelijke inspanningen op het gebied van informatieveiligheid. De zelfevaluatie is eind december afgerond en de resultaten komen in 2024 beschikbaar voor de raad.

Informatie- en archiefbeheer

In 2023 is het beeld vanuit het verticale toezicht door de provincie van groen naar oranje gegaan. De archiefinspecteur oordeelt dat  op enkele belangrijke aandachtspunten de gemeente (nog) niet voldoet aan de wettelijke eisen. Het gaat daarbij om het inrichten van vernietiging en overbrenging conform de regels, het verkrijgen van een beter overzicht op waar welke informatie zich bevindt en wie verantwoordelijk is (met name als het gaat om informatie buiten het DMS, zoals netwerkschijven, e-mail, social media etc.), de eisen ten aanzien de archiefbewaarplaats en archiefruimte en de eisen voor het overbrenging en het gebruik maken van overgebracht archief. De archiefinspecteur benoemt daarbij de hoge werkdruk en beperkte capaciteit waardoor raken deze beheerstaken in de knel.
De beantwoording van de kritische prestatie indicatoren (kpi’s) die dienen voor het verantwoordingsverslag van het college aan de raad – bijgevoegd aan de jaarstukken 2023 – laat zien dat er ten aanzien van het wegwerken van achterstanden in het fysieke informatiebeheer stappen zijn gezet. Ook is het proces voor doorlopende vernietiging van digitale informatie uit het centrale DMS ingericht en zal met ingang van januari 2024 opgestart worden. Belangrijke ontwikkelingen die in 2023 zijn ingezet zijn de voorbereidingen op het (kunnen) realiseren van een e-depot voor blijvend te bewaren digitale informatie en het voorzien in de invulling van de rol van archivaris. Beide in regionaal verband en (mede) aangestuurd op de aankomende nieuwe archiefwet.
Tegelijk kan uit de beantwoording worden vastgesteld dat veel van de door de inspecteur benoemde aandachtspunten nog onverminderd van toepassing zijn. In het verantwoordingsverslag informatie- en archiefbeheer over 2022 is een verbeterpuntenplan opgenomen, waarin het oordeel van de inspectie meegenomen is. Het is de organisatie bij veel van deze punten niet gelukt daar opvolging aan te geven. De ook door de inspecteur aangehaalde krapte in de formatie voor informatie- en archiefbeheer is daarvan gedurende 2023 een belangrijke oorzaak geweest. Ook de beleidskeuze in 2021 om van centraal beheerde digitale informatie naar decentraal beheer (in vakapplicaties) is een oorzaak door het nog niet hebben ingericht en belegd van de beheertaak, waarbij de krapte eveneens een rol speelt.
Opnieuw gaat het verantwoordingsverslag samen met een verbeterpuntenplan. Daarin zullen veel verbeterpunten uit 2023 opnieuw opgenomen zijn met daarbij het vooruitzicht van versterking van het team (Documentaire) Informatievoorziening, waarvoor in 2023 met de Uitgangsnotitie extra middelen ter beschikking zijn gekomen.

Herinrichting en verduurzaming gemeentehuis

Het project herinrichting en verduurzaming van ons gemeentehuis heeft in 2023 de eerste mijlpaal opgeleverd, namelijk de oplevering van de aanpassing van de achtergevel en de realisatie van de kerkruimte in juli van dat jaar. Met de afronding van dit onderdeel van het project ziet ons gemeentehuis er van alle zijden als één geheel uit. De komende tijd komt de focus in zijn geheel op de binnenkant van het gebouw te liggen.  In het voorjaar van 2023 werd duidelijk dat voor een daadwerkelijk realisatie van het project niet voldoende financiële middelen beschikbaar waren. Na uitvoerige debatten in de raad en een uitgebreide raadsinformatiebijeenkomst heeft de raad in september 2023 een aanvullend krediet beschikbaar gesteld, waarna het project weer in volle vaart is opgepakt. Ook is aanvullend een substantiële rijkssubsidie voor duurzaamheid toegekend.

Rekenkameronderzoeken 2023

Terug naar navigatie - Rekenkameronderzoeken 2023

Rekenkameronderzoek 2022 Sport- en beweegbeleid in gemeente Twenterand.

In april 2023 is dit rekenkameronderzoek in de raadsvergadering aan de orde gekomen. Daarbij zijn de conclusies en aanbevelingen overgenomen en ook is unaniem met een amendement ingestemd waarbij nadere duiding en invulling aan conclusies en aanbevelingen is gegeven. 
In 2023 is gestart met de opvolging van de aanbevelingen:
1.    Investeer in goede monitoring en een beter inzicht in het aanbod en controleer of er uitvoeringsplannen zijn. 
Bij de ontwikkeling van de Nota Sport- en Beweegvisie Twenterand 2023 – 2026 / Sportakkoord II is gebruik gemaakt van diverse informatiebronnen en is in monitoring vanaf 2025 voorzien. Het informatieplatform www.actieftwenterand.nl is ontwikkeld waardoor het aanbod goed zichtbaar is en in de P&C documenten wordt inzicht gegeven in het uitvoeringsplan sport.
2.    Stel actief kaders door raadsinstrumenten beter te benutten.
Er is een raadsinformatiebijeenkomst georganiseerd t.b.v. Nota Sport- en Beweegvisie Twenterand 2023 – 2026 / Sportakkoord II en er is informatie gewisseld, via nieuwsbrieven en nieuwsspecials Sport. Een motie over de ontwikkeling ijsbaan Twente in Enschede heeft geleid een incidentele bijdrage van € 1,00 per inwoner waarover een raadsbrief is gezonden. Ook zijn raadsleden uitgenodigd voor thema-avonden “sportaccommodatiebeleid” in Twenterand en voor het Twents Kennis en Inspiratie Event voor de Sport in de Grolschveste in Enschede.
3.    Borg effectieve communicatie met sportpartners via de volksvertegenwoordigende rol.
Hier noemen we overleg tussen gemeente en Sportplatform Twenterand, het platform www.actieftwenterand.nl en het project Sjors Sportief – Creatief. Ook zijn sport- en beweegaanbieders uitgenodigd voor thema-avonden “sportaccommodatiebeleid” in Twenterand en voor het Twents Kennis en Inspiratie Event voor de Sport in de Grolschveste in Enschede. Ook zijn zij uitgedaagd ambassadeur te worden van de Sport- en Beweegvisie Twenterand 2023 – 2026 / Sportakkoord II en 22 ambassadeurs hebben zich ingetekend. 

Griffie

Terug naar navigatie - Griffie

Maatschappelijk effect
De griffie richt zich op een hoogwaardige kwaliteit van bestuurlijke besluitvorming. De griffie ondersteunt en adviseert hierbij de raad, het bestuursorgaan dat besluiten neemt. De raad doet dat vanuit haar volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol. Een hoogwaardige kwaliteit van bestuurlijke besluitvorming is van belang voor het goed functioneren van de democratie. Dit beoogde maatschappelijk effect is geen stip aan de horizon, maar een vrij constant gegeven waar voortdurend aan gewerkt moet worden. De ambitie ligt met name in de term “hoogwaardige”, waarbij het van belang is om continu aan te sluiten bij en te anticiperen op de (veranderende) vraag uit de raad en de samenleving.

Ontwikkelingen 2023
De volgende ontwikkelingen waren in 2023 voor raad en griffie actueel (naast de reguliere activiteiten).
•    Verder vormgeven aan het opleidingsprogramma raad – nieuwe raadsleden.
•    Opvangen tekort aan personele capaciteit op de griffie, waaronder werving & selectie nieuwe griffier en inzet interim griffier.
•    Aanbesteding nieuwe Rekenkamer.
•    Extra aandacht Auditcommissie voor de jaarrekening in verband met fraudecasus.
•    Verdere digitalisering van de werkprocessen door digitale ondertekening van raadsstukken.
Aan de kwaliteitsslag voor het ondertitelen van de raadsvergaderingen en het verder archiveren van de videoverslagen kon vanwege capaciteitsgebrek niet gewerkt worden. Om dezelfde reden werd ook het project Democracity niet opgepakt.   

Middelen

De extra inzet van de accountant op het fraudeonderzoek heeft extra middelen gevraagd. Ook de, nog niet succesvol afgeronde, werving- en selectieprocedure van een nieuwe griffier heeft geleid tot inzet van extra middelen. In verband met het vertrek van de griffier is een interim griffier aangewezen. Het éénmalig beschikbare bedrag van € 20.000 voor onderzoek en (individuele of groeps) coaching voor raadsfracties / raadsleden is nog niet ingezet. Wel is een verkenning gestart naar een mogelijk raadsonderzoek over de besluitvorming m.b.t. kanaal Almelo – De Haandrik. Het bedrag blijft beschikbaar in 2024.

Rechtmatigheidsverantwoording

Terug naar navigatie - Rechtmatigheidsverantwoording

In deze subparagraaf wordt het onderwerp rechtmatigheid behandeld, en wordt een toelichting gegeven op de rechtmatigheidsverantwoording van het College van Burgemeester en Wethouders. De rechtmatigheidsverantwoording zelf is opgenomen in de jaarrekening 2023.

Achtergrond
Met ingang van de Jaarstukken 2023 moet het College van Burgemeester en Wethouders een rechtmatigheidsverantwoording opstellen en in de paragraaf Bedrijfsvoering ingaan op het onderwerp rechtmatigheid. De landelijke wetgever heeft deze verplichting enkele achtereenvolgende jaren uitgesteld omdat er nog veel onduidelijkheden waren over de te hanteren regels, kaders en richtlijnen. Helaas moet worden vastgesteld dat dit ook op het moment van opstellen van de rechtmatigheidsverantwoording over 2023 nog steeds het geval is. Zowel de gemeenten die de rechtmatigheidsverantwoording moeten opstellen als de externe accountants die een oordeel moeten geven over de getrouwheid ervan hebben hier last van.
Het college heeft, in afstemming met de accountant, getracht om bij het opstellen van de rechtmatigheidsverantwoording de regels, kaders en richtlijnen zo goed mogelijk te interpreteren en toe te passen met de kennis en inzichten van dat moment. Ondertussen liep echter op landelijk niveau de discussie daarover door. Het voelt enigszins als het moeten spelen van een voetbalwedstrijd waarbij de spelregels nog tijdens de wedstrijd in beweging zijn. Dat is zowel voor de spelers (college) als voor de scheidsrechter (raad/ accountant) lastig. 
Tegen die achtergrond moet deze eerste rechtmatigheidsverantwoording bij de jaarstukken 2023 dan ook nadrukkelijk gezien worden als een eerste stap. Doorontwikkeling moet de komende jaren niet alleen op gemeentelijk maar zeker ook op landelijk niveau nog plaatsvinden. Op gemeentelijk niveau zal in 2024 een voorstel worden gedaan voor aanpassing van de verantwoordingsgrens (nu 1%), zoals ook in de inleiding is verwoord. Door een andere benadering van het begrotingscriterium is hantering van 1% niet langer reëel. De meeste gemeenten hanteren 3%. 

Bevindingen 
Zoals in het controleprotocol is opgenomen, wordt in de paragraaf bedrijfsvoering een overzicht opgenomen van de geconstateerde fouten boven de rapporteringsgrens van € 100.000. Daarnaast wordt opgenomen welke maatregelen er genomen worden om deze fouten in de toekomst te voorkomen.
 
Via onderstaande tabel is een cumulatief overzicht opgenomen van geconstateerde rechtmatigheidsfouten over 2023: 

Monitor Rechtmatigheidsverantwoording   Bedrag (x € 1.000 )  
Begrotingscriterium     
1a. Overschrijding exploitatiebudgetten programma’s begroot versus werkelijk  € 726  
1b. Overschrijding investeringsbudgetten (kredieten)  € 215  
2. Niet geautoriseerde reserve mutaties  € 0  
3. Overschrijding van baten en/of onderschrijding van lasten en baten die niet tijdig tot een begrotingswijziging hebben geleid respectievelijk zijn gemeld.  € 0  

Totaal begrotingsonrechtmatigheden (bruto) 

€ 941 A
4. Begrotingsafwijkingen waarvan de raad heeft besloten dat ze niet onrechtmatig zijn  € 941 B
5. Resterend saldo aan begrotingsonrechtmatigheden  € 0 C (=A-B)
Voorwaardencriterium     
Inkopen ten onrechte niet Europees aanbesteed  € 1.064 D
M&O criterium    
Misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium   € 0  
Totaal rechtmatigheidsfouten  (=C+D)  € 1.064  
Verantwoordingsgrens     
Verantwoordingsgrens vastgesteld door de raad (%)  1%  
Totaal lasten inclusief toevoegingen aan de reserves  €    121.089  
Verantwoordingsgrens € 1.211  

 

Begrotingscriterium
1a. Overschrijding exploitatiebudgetten
In 2023 is bij het programma sociaal domein sprake geweest van een overschrijding van de lasten
Programma Begrote lasten Werkelijke lasten Verschil
Sociaal Domein € 61.094.096 € 61.820.351 € 726.255
Ruimte € 29.385.198 € 27.953.167 € 1.432.031
Economie en vrijetijdsbesteding € 7.395.801 € 7.085.348 € 310.453
Bedrijfsvoering € 15.964.342 € 15.381.642 € 582.700
1b. Overschrijding investeringsbudgetten (kredieten)
In onderstaande tabel zijn de kredieten opgenomen die een overschrijding kennen:
Omschrijving Krediet Besteed t/m 2022 Besteed 2023 Overschrijding
Projectkosten vervanging E-suite € 350.600 € 309.986 € 87.249 € 46.635
LM Trac 287 hondenpoepzuiger € 60.000 0 € 92.307 € 32.307
Citroën Jumper V-777-TJ * 0 0 € 25.047 € 25.047
72-WGV-1/ Schliessing * 0 0 € 51.425 € 51.425
V-705-NG Citroën Jumper * 0 0 € 25.410 € 25.410
Trekker Branson K78 * 0 0 € 34.143 € 34.143
Totaal € 410.600 € 309.986 € 315.581 € 214.966
*)Opgemerkt wordt dat onder de tractie-kredieten een afspraak met de raad ligt rondom de maximale kapitaallasten (met verrekening van de reserve tractiemiddelen).
Voorwaardencriterium
Fouten in het kader van de naveling van de Europese Aanbestedingsregels van cumulatief € 1.064.000 is als volgt opgebouwd:
(a) Onrechtmatige inkoop ICT - diensten € 699.000
(b) Onrechtmatige inhuur personeel € 150.000
(c) Onrechtmatige inkoop leerlingenvervoer € 96.000
(d) Onrechtmatige inkoop verwerking groenafval € 61.000
(e) Onrechtmatige inkoop materiaal € 58.000
In onderstaand overzicht is ook opgenomen welke maatregelen er zijn genomen om deze fouten in de toekomst te voorkomen.
(a) Onrechtmatige inkoop ICT - diensten € 699.000
Deze diensten zullen we allen gaan onderbrengen bij de ICT-broker. De aanbesteding hiervan heeft plaatsgevonden en zodra deze ICT-contracten bij de ICT-broker zijn ondergebracht, is hiermee ook de rechtmatigheid geborgd.
(b) Onrechtmatige inhuur personeel € 150.000
Zodra de huidige periode van inhuur is afgelopen zal dit contract niet meer worden verlengd en zal indien hier nog een inhuurbehoefte aanwezig is op basis van het inkoopstartdocument een nieuwe aanbestedingsprocedure worden opgezet.
(c) Onrechtmatige inkoop leerlingenvervoer € 96.000
Leerlingenvervoer is in 2024 aanbesteed, hiermee zal deze onrechtmatigheid in 2024 verder moeten zijn gemitigeerd.
(d) Onrechtmatige inkoop verwerking groenafval € 61.000
Er zal worden onderzocht of deze verwerking in de praktijk ook op een andere wijze kan gaan plaatsvinden.
(e) Onrechtmatige inkoop materiaal € 58.000
Er zal worden onderzocht of deze verwerking in de praktijk ook op een andere wijzen kan gaan plaatsvinden.
Inzake M&O beleid geldt dat er momenteel geen overkoepelend M&O beleid is vastgesteld. Uiteraard zijn er binnen de gemeente voor de verschillende M&O-onderdelen wel degelijk beheersmaatregelen getroffen. Het streven is om in 2024 een overkoepelend M&O beleid te laten vaststellen.

Paragraaf openbaarheid Woo

Openbaarheidsparagraaf Woo

Terug naar navigatie - Openbaarheidsparagraaf Woo

Wet open overheid (Woo)

Vanaf de jaarrekening 2022 dient de openbaarheidsparagraaf Woo in een afzonderlijke paragraaf te worden opgenomen om te rapporteren over de voortgang met betrekking tot de met ingang van 1 mei 2022 van kracht zijnde Woo.  

Doel van de Woo is ervoor te zorgen dat overheidsinformatie voor iedereen beter toegankelijk wordt, makkelijk vindbaar en uitwisselbaar is. De nieuwe wet geeft iedereen recht op toegang tot publieke informatie. Dat betekent dat overheden nog meer publieke informatie actief openbaar moet maken. Vanuit het Rijk zijn incidentele en structurele middelen beschikbaar gesteld. De verwachting is dat deze middelen toereikend zijn voor een adequate implementatie van de Woo. 

Actieve openbaarmaking
De wettelijke verplichte informatiecategorieën behoefden niet direct vanaf 1 mei 2022 te worden gepubliceerd. Hiervoor geldt een fasering van enkele jaren. Er wordt ingezet op ambitieniveau twee wat inhoudt dat wij de wettelijke fasering volgen en dat bij elke fase de documenten uit de betreffende categorie vanaf de wettelijk verplichte datum actief openbaar worden gemaakt. 

We hebben een projectorganisatie ingericht die de implementatie van de Woo ter hand neemt.  Binnen de gemeente Twenterand is een Woo-contactpersoon aangewezen voor de beantwoording van vragen over de beschikbaarheid van publieke informatie.  Via de teamleiders worden de medewerkers op de hoogte gebracht van de ontwikkelingen rondom de Woo en wat dit betekent voor het dagelijks werk. 
 
Passieve openbaarmaking
De Woo-coördinator/jurist is belast met het afdoen van Woo verzoeken. Het afhandelproces van Woo-verzoeken is vastgelegd in het zaaksysteem, waarbij het ook mogelijk is een Woo-verzoek in te dienen via een digitaal formulier. De Woo-verzoeken worden in verband met de korte wettelijke beslistermijn zoveel mogelijk in ambtelijk mandaat afgedaan. Het afhandelen van Woo-verzoeken is met name door het anonimiseren van documenten en het ontdoen van persoonlijke beleidsopvattingen zeer arbeidsintensief.   

Verbetering van de informatiehuishouding
Het op orde brengen van de informatiehuishouding is een verplichting die voortkomt uit de Archiefwet. Vanuit de zorgplicht is dus al (doorlopend) aandacht voor de goede, geordende en toegankelijke staat van de informatie. In het Woo-meerjarenplan van de VNG is vastgelegd aan welke eisen de gemeentelijke informatiehuishouding moet voldoen. Aansluiting wordt gezocht bij de informatie categorieën van de actieve informatieplicht. Per informatiecategorie wordt het op orde brengen van de informatiehuishouding getoetst op een aantal aspecten, zoals een informatiebeheerplan, het anonimiseren, het behoud van geanonimiseerde documentversies, de kwaliteit van zaakdossiers en van onderliggende processen.

Paragraaf Verbonden partijen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Vanwege de bestuurlijke, beleidsmatige en of financiële belangen en mogelijke risico’s wordt in de begroting en jaarstukken aandacht besteed aan derde rechtspersonen (de verbonden partij), waarmee de gemeente een bestuurlijke en financiële band heeft. De paragraaf verbonden partijen geeft inzicht in deze relaties van de gemeente. Onder verbonden partijen moet worden verstaan: privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisaties, waarin de gemeente een bestuurlijk én een financieel belang heeft, zoals deelnemingen (vennootschappen), gemeenschappelijke regelingen (Wet gemeenschappelijke regeling) en/of stichtingen en publiek private samenwerkingsconstructies. Onder ‘bestuurlijk belang’ wordt verstaan: een zetel in het bestuur of het hebben van stem-recht. Met een ‘financieel belang’ wordt bedoeld dat middelen ter beschikking zijn gesteld die verloren gaan in geval van faillissement van de ‘verbonden partij’ of als financiële problemen bij een ‘verbonden partij’ op de gemeente kunnen worden verhaald.

Wat willen we bereiken
Twenterand wil participeren in partijen die een publiek belang dienen, zodat de visies en beleidsdoelstellingen van de gemeente ondersteund en uitgedragen worden. Indien participatie leidt tot inkomsten voor de gemeente worden deze inkomsten ingezet als technisch onderdeel van de gemeentebegroting. Hierbij worden de risicobeperkingen, welke de Wet Financiering Decentrale Overheden gemeenten oplegt bij dergelijke deelnemingen, in acht genomen.

Wat doen we daarvoor
De gemeente Twenterand neemt actief deel in bestuurlijke overleggen van verbonden partijen, waarbij voorafgaand aan deze vergaderingen het college een standpunt inneemt ten aanzien van de agenda. Via de besluitenlijsten van het college worden de gemeenteraad en de inwoners over de externe vertegenwoordigingen geïnformeerd.

De verbonden partijen van de gemeente Twenterand zijn gerubriceerd naar de volgende categorieën:
A. Gemeenschappelijke regelingen

SamenTwente (GGD, OZJT, VTT)
Veiligheidsregio Twente
GR Stadsbank Oost Nederland
Omgevingsdienst Twente
Gemeentelijk Belastingkantoor Twente
Centrumgemeenteregeling Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang regio Almelo

B. Deelnemingen in vennootschappen (NV’s, BV’s, VOF’s en CV’s) en coöperaties

Cogas N.V.
Twence B.V.
N.V. Rova Holding
Wadinko N.V.
Bank Nederlandse Gemeenten (BNG)
Enexis
Zonnepark Oosterweilanden

C. Deelnemingen in Stichtingen en Verenigingen

Dimpact
Euregio
P-10 (plattelandsgemeenten)

Eventuele risico’s rondom de verbonden partijen zijn opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen.

Gemeenschappelijke regeling: Samen Twente (GGD, OZJT, VTT)

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regeling: Samen Twente (GGD, OZJT, VTT)

SamenTwente is een overkoepelende organisatie voor de organisaties: GGD Twente, Veilig Thuis Twente (VTT) en Organisatie voor Zorg en Jeugdhulp in Twente (OZJT) en voor de coalities: Twentse Koers, Samen14 en Kennispunt Twente.  Samen met alle Twentse gemeenten en een groot aantal ketenpartners wordt gewerkt aan een gezond, veilig en vitaal Twente.

De GGD (gemeenschappelijke gezondheidsdienst) Twente is een overkoepelende gezondheidsdienst voor alle inwoners in Twente. De GGD voert taken uit vanuit de Wet Publieke Gezondheid en andere wetten en/of regelingen waar alle Twentse gemeenten mee te maken hebben. Daarmee zijn ze voor het grootste gedeelte een uitvoerende organisatie: zo zijn ze bijvoorbeeld de uitvoerders van de consultatiebureaus in Twente.

Veilig Thuis Twente (VTT) voert haar taak als regionaal advies- en meldpunt voor huiselijk geweld en kindermishandeling uit voor alle gemeenten in Twente. VTT is er voor slachtoffers, direct betrokkenen, omstanders en professionals die te maken hebben met huiselijk geweld of kindermishandeling. 

OZJT/Samen14 is de samenwerking tussen de veertien Twentse gemeenten op het gebied van jeugdhulp en Wmo-zorg. Door de inkoop, contractmanagement, monitoring en expertise efficiënt te organiseren, zorgt OZJT/Samen14 ervoor dat alle veertien gemeenten een duurzaam en betaalbaar zorgstelsel kunnen realiseren voor hun inwoners. 

Financiële relatie / financieel belang:
De gemeenten dragen gezamenlijk bij aan de kosten van bovengenoemde samenwerkingsvormen in Twente. Verdeling van deze bijdrage gebeurt in de meeste gevallen op basis van inwonertal. Een uitzondering hierop is de JGZ-bijdrage, deze wordt verdeeld op basis van het aantal jeugdigen. De algemene bijdrage aan de regionale samenwerking in Twente bedraagt in 2023 € 1.980.000,- 

 

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 12.878
Eigen vermogen 31-12-2023 € 4.105
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 1.422
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 1.649
Financieel Resultaat 2023 € 268

Gemeenschappelijke regelingen: Veiligheidsregio Twente

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regelingen: Veiligheidsregio Twente

Programma:
Veiligheidsregio Twente (VRT) is een samenwerkingsverband van hulpverleningsdiensten en de veertien gemeenten in Twente. De samenwerking is gestoeld op de Wet Veiligheidsregio’s en de Wet Gemeenschappelijke Regelingen. De basis voor de ambtelijke organisatie van de VRT wordt gevormd door de volgende organisatieonderdelen: ‘Veiligheidsbureau’, ‘Brandweer Twente’, ‘GHOR’ (Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio) en ‘Gemeenten’. Deze organisatieonderdelen zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de wettelijke taken en werken onder de verantwoordelijkheid van het Algemeen Bestuur VRT multidisciplinair samen.

Doelstelling:
Veiligheidsregio Twente zet zich in voor effectieve voorbereiding op en bestrijding van crises en rampen. De VRT kent meerdere programma’s, waaronder:
- Multidisciplinaire onderwerpen
- Brandweer
- GHOR
- Gemeenten

In de programmabegroting 2024 van de VRT staat per programma benoemd wat de doelstellingen zijn en wat hier voor gedaan gaat worden.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
Op grond van de Wet Veiligheidsregio’s werken de Twentse gemeenten samen binnen de gemeenschappelijke regeling op het gebied van crisisbeheersing en rampenbestrijding. Het Algemeen Bestuur van de VRT wordt gevormd door de Twentse burgemeesters.

Financiële relatie / financieel belang:
De gemeentelijke bijdrage wordt verdeeld over de Twentse gemeenten. Sinds 2016 wordt hierbij gebruik gemaakt van de Cebeon-verdeelsystematiek (Cebeon is het bureau dat de verdeelsystematiek voor het gemeentefonds periodiek onderhoudt.). De gemeente Twenterand draagt in 2024 ruim 2,2 miljoen bij aan de VRT.  Dit bedrag wordt grotendeels gedekt uit de bijdrage die de gemeente Twenterand ontvangt vanuit het Gemeentefonds (cluster Openbare Orde en Veiligheid, subcluster Brandweer en Rampenbestrijding). 

Beleidsvoornemens:
‘Stabiele factor in tijden van verandering’.  Dat is de rode draad van de koers voor de komende jaren. We leven in een wereld waarin ontwikkelingen elkaar snel opvolgen. Dit biedt kansen, tegelijkertijd stelt het ons voor een aantal uitdagingen.  De Veiligheidsregio Twente focust de komende jaren op:

  • Continuiteit en stabiliteit; het goed blijven doen, zoals we dat nu doen, met voldoende mensen en
    middelen
    - Een nieuwe meldkamerlocatie in Apeldoorn.
    - Aansluiting blijven vinden en behouden bij de Twentenaren.
    - Technologische veranderingen: kansen benutten en proactief reageren op potentiële bedreigingen.
    - Anticiperen op crisistypen gerelateerd aan klimaatverandering
    - Anticiperen op de wijziging van meerdere wetten die invloed hebben op onze taken
(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 1.962
Eigen vermogen 31-12-2023 € 2.504
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 64.427
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 75.707
Financieel Resultaat 2023 € 1.374

Gemeenschappelijke regelingen: Stadsbank Oost Nederland

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regelingen: Stadsbank Oost Nederland

Programma:
Sociaal Domein

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De GR wordt gevormd door 21 deelnemende gemeenten in de Achterhoek en Twente. De portefeuillehouder Sociale Zaken heeft zitting in het Algemeen Bestuur. Het Algemeen Bestuur vergadert circa twee keer per jaar. 

Financiële relatie/financieel belang
De begrote bijdrage voor 2023 bedraagt € 287.000,-.  De Stadsbank Oost Nederland (=SON) is in transitie; de SON is bezig met de doorontwikkeling van een ander dienstverlenings- en bekostigingsmodel. Hieruit volgen hogere kosten voor de gemeente Twenterand en het is nog de vraag of deze hogere kosten leiden tot een betere dienstverlening en derhalve interessant is voor Twenterand. 

Daarom doet het college in het kalenderjaar 2024 onderzoek naar de toekomstige inrichting van schuldhulpverlening in de gemeente. Hiertoe is een bestuursopdracht opgesteld waarvan uw raad eerder heeft kennis kunnen nemen. De resultaten van het onderzoek zullen met uw raad in de tweede helft van 2024 worden gedeeld. 

Beleidsrelatie:
De laatste jaren laat de gemeente Twenterand een stabiel uitgavenpatroon zien, namelijk een lichte daling van het aantal (afgenomen ) schuldregelingen en budgetbeheerrekeningen en een lichte stijging van het product (aantal producten op het gebied van) beschermingsbewind (en bewindvoering.)

De daling van het aantal schuldregelingen en budgetbeheerrekeningen (schuldhulpverleningsproducten) is een resultaat van het gevoerde (preventieve) beleid door het Meldpunt Geldzorgen en de economische hoogconjunctuur. De toename van het aantal producten op het gebied van beschermingsbewind (en bewindvoering) is een landelijke trend. 

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 1.349
Eigen vermogen 31-12-2023 € 1.369
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 15.214
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 11.397
Financieel Resultaat 2023 € 289

Gemeenschappelijke regelingen: Omgevingsdienst Twente

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regelingen: Omgevingsdienst Twente

Programma:
Deze gemeenschappelijke regeling levert een bijdrage aan het realiseren van doelstellingen van programma Ruimte en heeft raakvlakken met bijna alle doelenbomen binnen dit programma. Primair gaat het om de uitvoering van alle milieutaken, maar ook milieu gerelateerde taken zoals: duurzaamheid en de invoering van de Omgevingswet.

Doelstelling:
Samenwerken aan een gezonde, veilige, leefbare en prettige regio.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De deelnemende Twentse gemeenten (14) zijn: Almelo, Borne, Dinkelland, Enschede, Hof van Twente, Haaksbergen, Hellendoorn, Hengelo, Losser, Oldenzaal, Rijssen-Holten, Tubbergen, Twenterand en Wierden. Ook de provincie Overijssel is deelnemer. De werkzaamheden worden milieu breed of wel omgevingsbreed verricht. Belangrijke thema's betreffen, volksgezondheid, milieu en ruimtelijke ordening.

Financiële relatie / financieel belang:
De gemeenten dragen gezamenlijk bij aan de kosten van de Omgevingsdienst Twente. Verdeling van deze bijdrage gebeurt in de meeste gevallen op basis van inwonertal. Een uitzondering hierop is bijdrage van de provincie. Deze bijdrage is gerelateerd aan de grootste gemeente binnen de regio Twente.  De komende periode gaat hier verandering in komen. De Omgevingsdienst Twente stapt namelijk over naar outputfinanciering. Dat betekent dat de vast bijdrage per deelnemer/gemeente wordt verlaten en dat per geleverde dienst door de ODT moet worden betaald. Daartoe is heten traject van herijking financiering ODT afgerond. De eerste tekenen van de outputfinanciering zijn in beeld en kunnen verder worden ontwikkeld om het in 2024 af te ronden. De kosten per gemeente zullen naar verwachting de komende jaren aanzienlijk stijgen. De redenen daartoe zijn de ontwikkelingen binnen de gemeentegrenzen, zoals de realiseren van bestemmingsplannen/omgevingsplannen, bouw-/ontwikkelprojecten (zoals Vriezenveen Zuid) met als gevolg meer nieuwbouw ten behoeve van wonen en bedrijven. Waaruit ook meer toets-, advies-, en bijvoorbeeld controleopdrachten aan de ODT moeten worden verstrekt. Maar ook diverse ontwikkelingen in wet- en regelgeving, een overspannen arbeidsmarkt, het blijvend kunnen voldoen aan de wettelijke kwaliteitscriteria, een toename in taken, meer adviesverzoeken van de gemeente aan de ODT vanwege bijvoorbeeld  omgevingsplannen, geluid, bodem (PFAS) en lucht (stikstof).  Een toename van de kosten in vergelijking met de omvang van 2.5 fte is absoluut realistisch. 

Beleidsvoornemens:
De gemeente Twenterand neemt deel aan de ontwikkeling van beleidsregels voor alle VTH-Taken (Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving). Primair zijn deze gericht op de milieutaken, maar dezen worden zodanig lokaal 'ingekleurd' dat ze ook voor de niet milieutaken toegepast kunnen worden. Te denken valt aan Risicoanalyses waarmee op basis van risico's bij niet naleving geprioriteerd uitvoering kan worden gegeven aan de VTH-taken. VTH-beleid betreffende kwaliteitsnormen en bodemkwaliteitskaarten. De gemeente Twenterand is vertegenwoordigd in het Portefeuillehoudersoverleg VTH, het Algemeen Bestuur van de Omgevingsdienst Twente en op ambtelijk niveau in de overleg tot versterking van de VTH-inspanningen.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 1.727
Eigen vermogen 31-12-2023 € 2.036
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 2.931
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 3.977
Financieel Resultaat 2023 € 454

Gemeenschappelijke regelingen: Gemeentelijk Belastingkantoor Twente

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regelingen: Gemeentelijk Belastingkantoor Twente

Programma:
Het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente (GBTwente) is een gemeenschappelijke regeling die een bijdrage levert aan het realiseren van de doelstelling van bedrijfsvoering.

Doelstelling:
Het heffen en invorderen van gemeentelijke belastingen en de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
Het GBTwente wordt gevormd door de gemeenten Almelo, Borne, Enschede, Haaksbergen, Hengelo, Losser, Oldenzaal en Twenterand.
De gemeente Twenterand wordt in het algemeen bestuur vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Financiën.

Financiële relatie / financieel belang:
De gemeentelijke bijdrage wordt berekend op basis van het aantal aanslagen van de verschillende belastingen die voor de gemeente Twenterand worden uitgevoerd. De bijdrage voor 2023 was € 719.000

Beleidsvoornemens: 
De visie van het GBTwente luidt: ‘Het GBTwente maakt belastingen begrijpelijk en persoonlijk’.  Omdat het belastingproces een complex geheel van beleid, uitvoering en besteding is, waarbij veel verschillende stakeholders betrokken zijn, wil het GBTwente de gemeentelijke belastingen voor iedereen begrijpelijk maken op een persoonlijke manier. Kernwaarden die aansluiten bij deze visie zijn: deskundig, helder, integer en behulpzaam.
In april 2023 heeft het algemeen bestuur het Strategieplan 2023-2026 met de titel ‘Met elkaar en voor elkaar’ vastgesteld. Dit plan kenmerkt zich door koersvastheid, stabiliteit, duidel?kheid en transparantie. Uitgangspunt voor de dienstverlening is persoonl?k en begr?pel?k. Daarb? werkend aan vertrouwen in het algemeen, waar de kernwaarden deskundig, integer en behulpzaam aan b?dragen.
Prominent bleek dit jaar de enorme waardeontwikkeling van onroerende zaken, gemiddeld een waardest?ging voor woningen van 21%. Mede door media-aandacht, het (beperkte) vertrouwen in de overheid en de no cure no pay part?en (NCNP) verdubbelde het aantal te behandelen WOZ-bezwaarschriften van woningen van 11.000 in 2022 naar zo’n 24.000 in 2023.  Eind 2023 bleken de meeste bezwaren van een antwoord te zijn voorzien. De niet beantwoorde bezwaren uit 2023 worden in de eerste 6 weken van 2024 van antwoord voorzien.
Het GBTwente zet als organisatie grote stappen voorwaarts. De processen z?n helder en werden waar mogelijk stap voor stap verder geoptimaliseerd. Richting de collega’s heeft het GBTwente met de introductie van expertisebeschr?vingen goed kunnen aangeven wat men van ieders rol binnen het GBTwente verwacht en worden de eerste vervolgstappen gezet naar de introductie van het motivatiemodel.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 756
Eigen vermogen 31-12-2023 € 1.652
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 8.715
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 7.783
Financieel Resultaat 2023 € 896

Gemeenschappelijke regelingen: Centrumgemeenteregeling Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang regio Almelo

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regelingen: Centrumgemeenteregeling Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang regio Almelo

Programma: Sociaal Domein 

Doelstelling:
op basis van de norm van opdrachtgeverschap is de gemeente Almelo namens de subregio (Hellendoorn, Rijssen-Holten, Tubbergen Wierden en Twenterand) gemandateerd voor het uitvoeren van het beschermd wonen en de maatschappelijke opvang. 

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
de portefeuillehouder maatschappelijke ondersteuning heeft zitting in de stuurgroep die minimaal  twee keer per jaar samenkomt.  Op de agenda staan zonder meer de financiële verantwoording en de dienstverleningsovereenkomst (dvo). 

Financiële relatie / financieel belang:
Centrumgemeente Almelo ontvangt jaarlijks het budget voor beschermd wonen en maatschappelijke opvang. Eventuele overschotten of tekorten worden naar rato verdeeld over de regio. Er ligt een wetvoorstel voor een nieuw financieel verdeelmodel inclusief woonplaatsbeginsel voor beschermd wonen waarbij de financiële middelen ook gedecentraliseerd worden.  Het is nog geen gelopen koers dat het wetvoorstel wordt aangenomen, het wetvoorstel is na de val van het kabinet controversieel verklaard en wordt voorlopig dus niet behandeld. 

Beleidsvoornemens:
met het nieuwe financiële verdeelmodel  en ook de inhoudelijke decentralisatie van beschermd wonen (beschermd wonen in de eigen stad/dorp/wijk/huis) wordt de betrokkenheid van de regio gemeenten groter. Uitdaging bij de inhoudelijke decentralisatie is vooral de beschikbaarheid van betaalbare woningen (woonopgave).

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023
Eigen vermogen 31-12-2023
Vreemd vermogen 1-1-2023
Vreemd vermogen 31-12-2023
Financieel Resultaat 2023 € 6.209
De financiele gegevens over 2023 zijn op dit moment nog niet bekend.

Deelnemingen in vennootschappen: Cogas NV

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Cogas NV

Programma:
Deze deelneming levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling op het beleidsveld Milieu.

Doelstelling:
Cogas voorziet onder meer in de behoefte aan openbare nutsvoorzieningen in de gemeenten die in de vennootschap deelnemen en in haar concessie-en machtigingsgebieden. Twenterand valt onder het verzorgingsgebied van Cogas. Oorspronkelijk doel van de Cogas N.V. was het voorzien in een dekkende en betrouwbare energie- en kabelinfrastructuur op het grondgebied van de deelnemende gemeenten. Momenteel zijn het realiseren van duurzame en innovatieve energieoplossingen belangrijke doelen geworden.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De aandelen van de Naamloze Vennootschap Cogas Holding zijn in handen van 9 Overijsselse gemeenten. Cogas is gevestigd in Almelo. Aandeelhouders zijn de gemeenten Almelo, Borne, Dinkelland, Hardenberg, Hof van Twente, Oldenzaal, Tubbergen, Twenterand en Wierden.

Financiële relatie / financieel belang:
Twenterand bezit 558 aandelen à €454,-; totale (nominale) waarde van €253.332,-. Dit betreft 11 % van de aandelen. Hierop wordt jaarlijks dividend uitgekeerd. 

In 2023 is € 1.106.241 aan dividend ontvangen en een dergelijke uitkering wordt ook in 2024 verwacht. Vanaf 2026 wordt de dividenduitkering lager. Hierin is in de begroting van de gemeente Twenterand reeds rekening gehouden.

Door de verkoop van aandelen Cogas Kabel Infra in 2019 door Cogas, heeft Twenterand in 2021 een extra dividend van € 3.290.000 ontvangen. Daar staat tegenover dat vanaf 2026 de uitkering van het jaarlijkse dividend zal dalen met € 558.000.

Beleidsvoornemens: Het is de ambitie van Cogas, naast uitstekend netbeheer van bestaande netwerken, te investeren in de aanleg van nieuwe energie-infrastructuren, zoals warmte- en biogasnetwerken, om daarmee de verduurzaming van de warmtevoorziening mogelijk te maken en de energietransitie in de regio te faciliteren. Cogas wil een bijdrage leveren aan en positie nemen in de Energietransitie en is partner in de RES Twente. Eind 2023 heeft Cogas aan de aandeelhouders het plan voor deelname in de ontwikkeling van een regionaal warmtenet (RWT) gepresenteerd. Besluitvorming hierover vroeg meer voorbereiding en werd uitgesteld tot 2024.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 141.841
Eigen vermogen 31-12-2023 € 145.458
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 110.955
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 935.463
Financieel Resultaat 2023 € 8.706
In 2023 heeft Twenterand € 1.106.241 aan dividend ontvangen.

Deelnemingen in vennootschappen: Twence BV

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Twence BV

Programma:
Deze deelneming levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma Ruimte en specifiek aan het thema Duurzaamheid en Milieu.

Doelstelling:
Openbaar belang
Terugwinning van grondstoffen en energie uit huishoudelijk afval door duurzame en betaalbare verwerking van afval en bevordering van de samenwerking op het gebied van innovatief afvalbeleid (circulaire economie).

Welke doelen streeft de gemeente na met deze partij?
Behouden van verwerkingscapaciteit voor huishoudelijk afval tegen marktconforme tarieven
In stand houding van een bedrijf dat op een duurzame wijze afval verwerkt tot grondstoffen en energie.
We stemmen alleen in met extra investeringen als deze bij kunnen dragen aan beleidsdoelen van de gemeente Twenterand.
Beheren en exploiteren van milieuvoorzieningen, het verlenen van diensten op het gebied van milieubeheersing in het algemeen, het bewerken en verwerken van huishoudelijk afval en bedrijfsafval en het produceren en leveren van (duurzame) energie en secundaire grondstoffen;

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
Twence is een overheidsbedrijf (uitsluitend gemeentelijke aandeelhouders) voor de verwerking van afval tot grondstoffen en energie. De Twentse gemeenten hebben gezamenlijk een aandeel van 96.35 % in Twence Holding B.V.

Financiële relatie / financieel belang:
Twenterand bezit 43.909 aandelen ( 5,17 %) ter waarde van € 43.909.- (nominale waarde), waarop jaarlijks dividend wordt uitgekeerd.  De dividenduitkering over 2022 is in 2023 uitgekeerd en was € 837.692.-. Het ging hierbij om een eenmalig hoger bedrag in verband met hogere opbrengsten uit energie. 

Beleidsvoornemens:
Het Strategisch beleidsplan bevat twee strategische lijnen: 
I. Een actieve en substantiële bijdrage leveren aan de duurzame regionale energievoorziening.
II. Meer waardevolle grondstoffen uit afval en biomassa produceren om daarmee de grondstofkringlopen te sluiten.

In 2023 zijn de onderhandelingen gestart voor de verkoop van de aandelen van Twenterand. De verwachting is dat deze medio 2024 zullen worden afgerond. Naast het aan- en verkoopproces loopt er een juridisch traject welke is gestart door de AVR. Deze afvalverwerker vindt het contract van Twence en de aandeelhoudende gemeenten, waaronder Twenterand, niet rechtmatig en heeft hoger beroep ingesteld. 

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 175.964
Eigen vermogen 31-12-2023 € 169.261
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 163.228
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 162.475
Financieel Resultaat 2023 € 9.497
In 2023 heeft Twenterand € 361.965 aan dividend ontvangen

Deelnemingen in vennootschappen: Rova Holding NV

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Rova Holding NV

Programma:
Deze deelneming levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma Ruimte en specifiek aan het thema Duurzaamheid en Milieu.

Doelstelling:
Het bevorderen van en/of het doen realiseren van integraal afvalketenbeheer en het leveren van kwalitatief hoogwaardige dienstverlening op het terrein van verwijdering van afvalstoffen, waaronder begrepen beleidsondersteuning en collectieve aanbestedingen ten behoeve van deelnemende overheden.
Welke doelen streeft de gemeente na met deze partij?
- het inzamelen en verwerken van huishoudelijk afval tegen zo laag mogelijke kosten voor de inwoners
- het in stand houden van een bedrijf dat op duurzame wijze diensten aan gemeenten verleend op het gebied van huisvuilinzameling, terugwinning van grondstoffen en BOR taken

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
ROVA is een afvaladvies-, regie- en verwijderingsorganisatie. Het werkgebied van ROVA telt 23 gemeenten in Midden en Oost-Nederland. Het betreft de organisatie, beheer en uitvoering van publieke taken voortvloeiend uit de afvalzorgplicht van de aangesloten gemeenten en de uitvoering van de gemeentelijke reinigingstaken.
Twenterand bezit 335 aandelen (3 %) ter waarde van € 38.005,75 (nominale waarde) waarop jaarlijks dividend wordt uitgekeerd. Het dividend wat is uitgekeerd in 2023 over 2022 is € 92.121-. Dit bedrag wordt ondergebracht bij de algemene dekkingsmiddelen. 

Beleidsvoornemens:
De ontwikkelvisie van ROVA houdt onder andere in dat afval als grondstof wordt gezien en dat ROVA er naar streeft om het dienstenpakket verder uit te breiden met taken op gebied van het Beheer van openbare ruimte. Nagenoeg alle ROVA gemeenten hebben de afgelopen jaren nieuwe afvalbeleidsprogramma’s aangenomen in de vorm van een grondstoffenplan. In alle gemeenten zijn de resultaten zeer positief. Een aantal ROVA-gemeenten laat nu al resultaten zien tot minder dan 50 kilo per inwoner per jaar. Toch ziet ROVA nog voldoende ambities. Verdere optimalisaties in de inzameling waaronder het vinden van oplossingen voor hoogbouw en het vinden van recycling oplossingen voor overblijvende reststromen zoals luiers vormen nog steeds een uitdaging.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 40.866
Eigen vermogen 31-12-2023 € 43.020
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 63.473
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 59.990
Financieel Resultaat 2023 € 5.673

Deelnemingen in vennootschappen: Wadinko NV

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Wadinko NV

Als regionale participatiemaatschappij heeft Wadinko een significante rol gespeeld in het bevorderen van bedrijvigheid en werkgelegenheid, niet alleen binnen Twenterand maar ook in Overijssel, de Noord-Oostpolder en Zuidwest Drenthe.

De deelneming van de gemeente Twenterand in Wadinko heeft bijgedragen aan het realiseren van de doelstellingen van het programma Economie en vrijetijdsbesteding. Op dit moment heeft Wadinko één participatie binnen de gemeente Twenterand, wat een directe impact heeft op de lokale economie en werkgelegenheid.

Wadinko, met haar hoofdkantoor gevestigd in Zwolle, is uniek vanwege haar brede aandeelhouderschap. De provincie Overijssel en 24 gemeenten, waaronder Twenterand, bezitten de aandelen van deze Naamloze Vennootschap. Deze structuur benadrukt het regionale karakter van Wadinko en haar betrokkenheid bij de economische ontwikkeling van de regio.

Voor 2023 was € 42.500 begroot aan dividend en dit is ook uitgekeerd.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 82.569
Eigen vermogen 31-12-2023 € 82.924
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 8.542
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 8.721
Financieel Resultaat 2023 € 1.855
In 2023 heeft Twenterand € 361.965 aan dividend ontvangen.

Deelnemingen in vennootschappen: Bank Nederlandse Gemeenten (BNG)

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Bank Nederlandse Gemeenten (BNG)

Deze deelneming levert een bijdrage aan de bedrijfsvoering op het gebied van financiering.

Doelstelling:
BNG vertaalt haar missie in de volgende strategische doelstellingen:
- behoud van substantiële marktaandelen in de Nederlandse publieke sector en semipublieke domein;
- behalen van een redelijk rendement voor aandeelhouders.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De BNG is opgericht in 1914 en gevestigd in Den Haag. Het is de bank van en voor de overheid en instellingen voor het maatschappelijke belang. De BNG probeert zo goedkoop mogelijke financiële dienstverlening aan de gemeenten te bieden. Daardoor heeft zij toegevoegde waarde voor haar aandeelhouders en de Nederlandse publieke sector. De BNG is een structuurvennootschap. Met een relatief aandelenbezit van 0,04% beschouwt Twenterand BNG als een beleidsarme verbonden partij.  

Financiële relatie / financieel belang:
De aandelen zijn voor de helft in handen van de Staat, de andere helft is in handen van gemeenten en provincies. De BNG is, gemeten naar balanstotaal, de grootste overheidsbank van Nederland. De nominale waarde van de aandelen BNG van de gemeente Twenterand is €59.670,- (23.868 aandelen à € 2,50). Voor 2023 wordt een dividend geraamd van €24.000,-.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 4.615.000
Eigen vermogen 31-12-2023 € 4.721.000
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 107.459.000
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 110.819.000
Financieel Resultaat 2023 € 254.000
In 2023 heeft Twenterand € 60.000 aan dividend ontvangen

Deelnemingen in vennootschappen: Enexis

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Enexis

Deze deelneming levert een bijdrage aan de doelrealisatie op het beleidsveld Milieu en aan bedrijfsvoering op het gebied van financiering. 

Doelstelling:
Een op zo duurzaam mogelijke wijze verzorgen van een betrouwbaar en betaalbaar energietransport nu en in de toekomst.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
Twenterand bezit medio 2020 42.621 aandelen Enexis. Dit betreft 0,0285% van het aandelenkapitaal.  Vanwege deze geringe relatieve omvang beschouwt Twenterand Enexis als een beleidsarme verbonden partij. 

Financiële relatie / financieel belang:
Voor 2023 en verder is € 29.000,- begroot aan dividend.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 5.441.000
Eigen vermogen 31-12-2023 € 5.320.000
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 4.907.000
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 5.140.000
Financieel Resultaat 2023 € 72.000
In 2023 heeft Twenterand € 55.000 aan dividend ontvangen.

Deelnemingen in vennootschappen: Zonnepark Oosterweilanden

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Zonnepark Oosterweilanden

Programma:
Zonnepark Oosterweilanden B.V. wekt duurzame energie op d.m.v. zonnepanelen en levert daarmee een bijdrage aan de duurzaamheidsopgaven van de gemeente.

Doelstelling:
Het doel van Zonnepark Oosterweilanden B.V. is het opwekken van duurzame energie en het stimuleren van het gebruik van duurzame energiebronnen.

Bestuurlijke relatie/bestuurlijk belang:
De gemeente Twenterand is 100% aandeelhouder van Zonnepark Oosterweilanden B.V.

Financiële relatie/financieel belang: Uitkering dividend in 2023 was € 300.000. 

Beleidsvoornemens:
Productie van duurzame energie.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 469
Eigen vermogen 31-12-2023 € 397
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 6.680
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 5.434
Financieel Resultaat 2023 € 228
In 2023 heeft Twenterand € 300.000 aan dividend ontvangen.

Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: Dimpact

Terug naar navigatie - Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: Dimpact

Dimpact is de Coöperatieve vereniging van, voor en door gemeenten. Samen werken aan flexibele, veilige en gebruiksvriendelijke digitale dienstverlening.
De leden zijn de eigenaar van de coöperatie en sturen de ontwikkelingen aan. 

De 40 leden hebben een gedeelde ambitie: oplossingen initiëren en realiseren voor de publieke dienstverlening van morgen. Dimpact heeft tot doel om ‘excellente publieke dienstverlening en interactie met burgers, bedrijven en instellingen’ mogelijk te maken voor gemeenten. De klant centraal stellen en de nieuwe informatie-architectuur, spelen daarin een prominente rol. De coöperatie heeft geen winstoogmerk. Samenwerking, kennisdeling en hergebruik van oplossingen zijn daarbij de basis. Doel is om gezamenlijk toe te werken naar een digitale innovatie van de dienstverlening aan inwoners en bedrijven en een moderne informatiehuishouding.

Dimpact zet zich o.a. sterk en overtuigend in voor de landelijke Common Ground ontwikkeling. Hoewel gemeente Twenterand de Common Ground gedachte omarmd hebben we gekozen om niet aan te haken bij het geambieerde tempo van Dimpact als het gaat om implementatie van deze ontwikkelingen. Als lid van Dimpact kunnen we, ook op termijn, gebruik maken van de Dimpact-innovatieaanpak en inzichten. Lidmaatschap levert Gemeente Twenterand op dit moment de relevante en zinvolle voordelen als kennisdeling en architectuurvorming op en - niet te vergeten- de mogelijkheid om van dichtbij de Common Ground ontwikkelingen te volgen, als bouwsteen voor een excellente dienstverlening!

Bestuurlijke relatie/bestuurlijk belang:
Het huidige ledenbestand (2023) bestaat uit 40 gemeenten, die gezamenlijk zo'n 3.000.000 inwoners vertegenwoordigen.
De governance structuur van de coöperatie borgt invloed van alle lidgemeenten in de vereniging. Elke lid heeft een gelijke stem, ongeacht het aantal inwoners.

De coöperatieve vereniging Dimpact kent de volgende officiële (statutair vastgelegde) besluitvormende organen:
• de Algemene Leden Vergadering (ALV);
• de Raad van Commissarissen (RvC);
• het bestuur.

Financiële relatie/financieel belang:
Over de basiscontributie wordt een inflatiecorrectie toegepast van 8,0% en deze bedraagt voor 2024 € 6.480.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 2.747
Eigen vermogen 31-12-2023 € 2.991
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 4.139
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 4.586
Financieel Resultaat 2023 € 244

Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: Euregio

Terug naar navigatie - Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: Euregio

Programma:
Deze deelneming levert een bijdrage aan alle programma’s en diverse doelenbomen. Het gaat in het algemeen om bestuurlijke samenwerking en internationale contacten.

Doelstelling:
De Euregio heeft tot doel het stimuleren, ondersteunen en coördineren van regionale grensoverschrijdende samenwerking.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De Euregio is een grensoverschrijdend samenwerkingsverband van Nederlandse en Duitse gemeenten, steden en (Land-)Kreise.

Financiële relatie / financieel belang:
Voor de Nederlandse gemeenten is de bijdrage aan de Euregio € 0,29 per inwoner.

Beleidsvoornemens:
De Euregio werkt vanuit drie inhoudelijke commissies op de terreinen Maatschappelijke ontwikkeling, Economie en Arbeidsmarkt en Duurzame Ruimtelijke Ontwikkeling.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 2.523
Eigen vermogen 31-12-2023 € 2.663
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 30.290
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 29.942
Financieel Resultaat 2023 € -86

Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: P-10 (Plattelandsgemeenten)

Terug naar navigatie - Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: P-10 (Plattelandsgemeenten)

Programma: 
Deze deelneming levert een bijdrage aan alle programma’s en diverse doelenbomen. Het gaat in het algemeen om kennisdeling en belangenbehartiging bij het rijk.

Doelstelling:
De P10 bestaat op dit moment uit 32 Nederlandse plattelandsgemeenten met een aantal gezamenlijke kenmerken: veel oppervlakte, kleine kernen en een lage bevolkingsdichtheid. Deze gemeenten staan vaak voor dezelfde ambities c.q. opgaven wat leidt tot de volgende visie voor de P10: "Een leefbaar en aantrekkelijke platteland, dat in samenspel met de stad ruimte biedt voor oplossingen!"

Belangrijke thema's zijn: 

  1. Leefbaarheid (bereikbaarheid van voorzieningen en bedrijven, zowel fysiek als digitaal)
  2. Maatwerk in financiële en wettelijke regelingen voor gemeenten met relatief weinig inwoners en een grote oppervlakte. 
  3. Duurzaam platteland
  4. Bereikbaar en toegankelijk eerste en tweede lijnszorg en onderwijs.

De gemeente Twenterand wordt in het Algemeen bestuur vertegenwoordigd door de wethouder plattelandsontwikkeling.

Financiële relatie / financieel belang:
Twenterand betaalt een jaarcontributie van € 15.000,-

Beleidsvoornemens:
Opkomen voor de gedeelde belangen van de aangesloten gemeenten bij P-10.

Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: Twentse Koers

Terug naar navigatie - Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: Twentse Koers

Programma: Sociaal Domein

Doelstelling:
De Twentse Koers (voorheen: Samenwerkingsagenda Menzis)  is een strategische domeinoverstijgende samenwerking tussen Samen Twente (GGD), Menzis, de provincie Overijssel en de 14 Twentse gemeenten op het gebied van zorg, welzijn en wonen. Er wordt gewerkt volgens het principe van de 'coalition of the willing'. Dat betekent dat partijen binnen de agenda op projectniveau kunnen bepalen of ze meedoen of niet. 

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De Twentse Koers kent een Bestuurlijk Overleg.  Hierin heeft de portefeuillehouder Wet maatschappelijke ondersteuning/publieke gezondheid zitting. Leden van het bestuurlijk overleg hebben  geen mandaat voor beslissingen met financiële consequenties of van  politieke/bestuurlijke lading.  

Financiële relatie / financieel belang:
de eigenaren betalen geen structurele financiële bijdrage aan de Twentse Koers. Financiering vindt projectmatig met externe middelen plaats. Gemeente Twenterand doet een incidentele bijdrage uit de lokale GALA-middelen. Daarnaast zijn de IZA-gelden voor Twente beschikbaar gesteld aan de Twentse Koers. Deze worden onder meer ingezet om projectmedewerkers tijdelijk te detacheren bij gemeenten voor de uitvoer van de diverse IZA-projecten.

Beleidsvoornemens:
de in 2023 vastgestelde strategische agenda en samenwerkingsovereenkomst van de Twentse Koers loopt nog tot 2026. De Twentse Koers wordt als goed voorbeeld in het land gezien, ook vanuit de doelstellingen van het Integraal ZorgAkkoord (IZA). 

Omdat de Twentse Koers de beschikbare middelen vanuit het Integraal Zorgakkoord (IZA) beheert, is zij daardoor in 2023 sterk gegroeid in termen van zowel budget als personeel. Deze groei zal in 2024 doorzetten omdat er bijna 18 fte aan projectmedewerkers zal worden geworven die in samenwerking met de eigenaren de in totaal 24 IZA-projecten moeten gaan uitvoeren. 

 

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2023 € 12.827
Eigen vermogen 31-12-2023 € 4.105
Vreemd vermogen 1-1-2023 € 1.422
Vreemd vermogen 31-12-2023 € 1.649
Financieel Resultaat 2023 € 267

Paragraaf Grondbeleid

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

2023 was een jaar met veel ontwikkelingen in het grondbedrijf, waarin er op verschillende vlakken grote stappen zijn gezet. Het team grondzaken is in 2023 gegroeid. Hierdoor kon een beleidsstuk als de Nota grondbeleid worden geactualiseerd en ook al langlopende zaken konden worden opgepakt. De gemeente Twenterand zal een situationeel grondbeleid gaan voeren. Hierbij wil het meer actief grondbeleid voeren waar het kan en het risico aanvaardbaar is. Zo kan er meer regie worden genomen in de woningbouwopgave. 

Voor Vroomshoop-Oost fase 3 is een anterieure overeenkomst gesloten met de ontwikkelaar. Dit moet leiden tot de bouw van circa 250 nieuwe woningen. Ook zijn onder meer afspraken gemaakt over de terugbetaling van een claim van circa €1.900.000 die de gemeente nog moest vorderen. 

In juli is de Gebiedsvisie Vriezenveen vastgesteld. Hierbij is een voorkeursrecht gevestigd op ongeveer 40 percelen ten zuiden van Vriezenveen. Aan het einde van het jaar is het ook gelukt om 2 percelen aan te kopen die beoogd zijn voor woningbouw. Hiervoor is gebruik gemaakt van het werkkrediet van €2.000.000 voor strategische verwervingen in het zoekgebied Vriezenveen Zuid. De percelen zijn beoogd voor de realisatie van woningbouw en ook alternatieve woonvormen.

Op de lopende grondexploitaties zijn op met name het Mozaïek en Garstelanden grote delen van het plangebied uitgegeven. Op andere exploitaties is er door stijgende kosten soms winst teruggeboekt. De exploitatie van Vroomshoop centrum kan met een minimaal tekort worden afgesloten. De Kruidenwijk in Westerhaar heeft enkel nog kleine werkzaamheden voor het woonrijp maken nodig.

Het grondbedrijf heeft daarnaast ook nog een relatief groot positief resultaat. Dit is het gevolg van de verkoop van enkele stukken snippergroen.

 

Hoofdlijnen van het grondbeleid

Terug naar navigatie - Hoofdlijnen van het grondbeleid

Onderstaand wordt per complex ingegaan op de huidige situatie.

Bedrijventerreinen

Oosterweilanden
Aan het eind van het jaar is begonnen met de uitgifte van de 2e fase van het bedrijventerrein.  Dit verliep voor het eerst volgens het nieuw vastgestelde uitgiftebeleid. In eerste instantie waren er 4 geïnteresseerden voor kavels, waarvan 2 volgens het uitgiftebeleid geschikt werden geacht om een optie op een kavel te krijgen. In het komende jaar zal er een vervolg worden gegeven aan de uitgifte van de kavels in fase 2 en nog 2 overgebleven kavels uit fase 1.

Almeloseweg Oost
Kavel 1 is de enige kavel die nog in de verkoop is. Deze is tot twee keer toe in optie geweest bij dezelfde optant. Na het verlopen van deze optie is besloten om de kavel opnieuw in de verkoop te zetten.

Garstelanden Oost
De uitgifte van de percelen is anders aangepakt dan eerder voorbereid. Hierin is tot een compromis gekomen met de belangstellende partijen.  Uiteindelijk is de beschikbare grond aan drie ondernemers verkocht, waardoor een groot deel van de inkomsten zijn verworven. Daarmee kan er ook een start worden gemaakt met het woonrijpmaken van de laatste fase.

Restkavel bedrijven
Enkel de kavels is Vroomshoop Oost moeten nog worden verkocht. Een kavel is voorzien voor de uitbreiding van de gemeentewerf, maar hier is verder nog geen verdere beslissing over genomen
 
Woningbouw


Zuidmaten Oost
Met de indiener van het bezwaar op het bestemmingsplan voor fase 4 is geen overeenstemming gevonden. De zaak is nu voorgelegd bij de Raad van State. Wanneer de zaak wordt behandeld is op het moment geen zicht op. De ontwikkeling van fase 4 zal dus nog stil blijven liggen tot het moment dat de zaak wordt behandeld. 

Mozaïek
Kavels 1 tot en met 6 zijn verkocht en de verkoop van het middengedeelte aan de ontwikkelaar is ook afgerond. Komend jaar zal de gymzaal aan de Krijgerstraat worden gesloopt. Dit maakt ruimte voor de laatste kavels 7 tot en met 11 die bouwrijp kunnen worden gemaakt. Ook wordt het woonrijp maken van het eerste deel opgepakt.

Smithoek
Het bestemmingsplan van het plan voor de Smithoek is eind 2023 ter inzage gelegd. Bij vaststelling hiervan kunnen de werkzaamheden starten en ontvangt de gemeente ook het bedrag waarvoor de gronden zijn verkocht.

Restkavels Woningbouw
In Bruinehaar zijn er geen kavels meer verkocht en staan de opties nog. De samenwerking voor de visserswoningen in Vroomshoop is opgezegd door de ontwikkelaar. Voor de Beeklaan in Westerhaar is een prijsvraag uitgeschreven om een gegadigde te vinden om ter plaatse woningen te ontwikkelen.

Jaarwinst

Terug naar navigatie - Jaarwinst
Resultaat van de complexen in exploitatie 93.690 V
Rentelasten van complexen niet in exploitatie 13.412 N
Resultaat overige gronden 293.876 V
Totaal 374.154 V
Het resultaat van de complexen in exploitatie is toegevoegd aan de reserve grondbedrijf.

Geactualiseerde exploitatieopzetten

Terug naar navigatie - Geactualiseerde exploitatieopzetten

Per 1 januari 2023 kende het grondbedrijf 9 lopende grondexploitaties. Dit zijn ruimtelijke projecten, met bouwgrondproductie als hoodfmoot waarvan de raad de grondexploitatiebegroting heeft vastgesteld. Deze door de raad vastgestelde grondexploitatiebegrotingen fungeren als financieel en inhoudelijk kader voor het college van B&W waarbinnen zij verder gaat met de realisatie van een project. Tevens fungeert de grondexploitatiebegroting als een ‘voorspelling’ van de te verwachten kosten en opbrengsten en het begrote financiële eindresultaat. Voor verlieslatende grondexploitaties dient een voorziening te worden getroffen ter dekking van het begrote tekort. Hiervan is op dit moment geen sprake.
Bij winstgevende grondexploitaties moet, na rato van de voortgang, geleidelijk winst worden genomen. Daarmee mag niet worden gewacht tot het moment waarbij het project (bijna) geheel is gerealiseerd. 

Van de lopende exploitaties is Vroomshoop centrum in zijn geheel gerealiseerd en kan dit complex worden afgesloten. De Kruidenwijk in Westerhaar is ook al langere tijd in zijn geheel verkocht, maar hier moet nog een klein deel van de werkzaamheden worden afgerond voordat hier het complex kan worden afgesloten. In onderstaande tabel is de tijdelijke winst- en verliesneming opgenomen voor het afgelopen jaar. Hieruit vloeit een positief resultaat van €93.690

Resultaten 2023

Terug naar navigatie - Resultaten 2023
Bedrijventerreinen
kosten inkomsten winst boekwaarde
totaal gemaakt % totaal gemaakt % verwacht t/m dienstjaar genomen tot dj dienstjaar 0 grex verschil
Garstelanden 2.832.774,82 1.888.756,14 66,68% 3.457.116,00 3.166.021,00 91,58% 624.341,18 381.228,76 181.104,24 200.124,52 -896.036,10 -1.277.264,86 381.228,76
Almeloseweg Oost 11.434.246,08 10.409.013,71 91,03% 11.909.836,99 11.570.027,99 97,15% 475.590,91 420.595,08 396.911,48 23.683,60 -740.419,20 -1.161.014,28 420.595,08
Oosterweilanden 10.557.780,10 7.324.644,36 69,38% 11.911.714,85 5.983.817,40 50,23% 1.353.934,75 471.862,77 550.120,36 -78.257,59 1.812.689,73 1.340.826,96 471.862,77
Restkavels bedrijven 599.987,66 565.148,70 94,19% 1.065.149,42 629.729,42 59,12% 465.161,76 259.040,62 252.674,57 6.366,05 194.459,90 -64.580,72 259.040,62
Totaal bedrijven 25.424.788,66 20.187.562,91 28.343.817,26 21.349.595,81 2.919.028,60 1.532.727,22 1.380.810,65 151.916,57 370.694,32 -1.162.032,90 1.532.727,22
Woningbouw
kosten inkomsten winst boekwaarde
totaal gemaakt % totaal gemaakt % verwacht t/m dienstjaar genomen tot dj dienstjaar 0 grex verschil
Kruidenwijk 2.511.423,20 1.463.204,37 58,26% 4.357.913,37 4.357.913,37 100,00% 1.846.490,17 1.075.801,36 1.027.153,74 48.647,62 -1.818.907,64 -2.894.709,00 1.075.801,36
Zuidmaten Oost 11.365.265,56 9.214.427,30 81,08% 11.725.407,94 7.011.834,62 59,80% 360.142,38 174.609,03 161.007,28 13.601,75 2.377.201,71 2.202.592,68 174.609,03
Vroomshoop centrum 1e fase 5.210.382,50 5.210.259,56 100,00% 5.199.083,03 5.199.083,03 100,00% -11.299,47 -11.299,20 15.044,78 -26.343,99 -122,67 11.176,53 -11.299,20
Smithoek 1.177.835,25 686.675,43 58,30% 1.395.855,25 7.553,00 0,54% 218.020,00 687,77 713,54 -25,77 679.810,20 679.122,43 687,77
Mozaïek 1.669.844,08 342.821,23 20,53% 1.955.172,00 1.347.072,00 68,90% 285.327,92 40.359,14 7.780,11 32.579,03 -963.891,63 -1.004.250,77 40.359,14
Restkavels woningbouw 1.313.840,71 1.308.347,11 99,58% 1.674.645,89 1.468.740,39 87,70% 360.805,18 315.119,36 441.804,56 -126.685,20 154.726,08 -160.393,28 315.119,36
Totaal woningbouw 23.248.591,30 18.225.735,00 26.308.077,48 19.392.196,41 3.059.486,18 1.595.277,44 1.653.504,01 -58.226,57 428.816,03 -1.166.461,41 1.595.277,44
Totaal exploitaties 48.673.379,96 38.413.297,91 54.651.894,74 40.741.792,22 5.978.514,78 3.128.004,66 3.034.314,66 93.690,00 799.510,35 -2.328.494,31 3.128.004,66

Storting voorziening

Terug naar navigatie - Storting voorziening

Er zijn geen stortingen of onttrekkingen gedaan aan of vanuit de voorziening. Er zijn geen complexen waar in de toekomst een negatief resultaat wordt verwacht

Parameters actualisatie

Terug naar navigatie - Parameters actualisatie

Voor de actualisatie van de exploitaties van de verschillenden plannen zijn de volgende parameters aangehouden:

  1.    De rentetoerekening vast te stellen op 1,1%.
    2.    Stijgingspercentage van de kosten te stellen op 5 % per jaar en na 2 jaar op 2%
    3.    Stijgingspercentage van de kosten voor eigen personeel te handhaven op 5,5%
    4.    Percentage onvoorzien te handhaven op:
            - Eerste verkennende berekening 20%
            - Bestekberekeningen 15%
            - Actualisatie lopende complexen 10%.
    5.    Percentages onvoorzien overige kosten te handhaven op:
            - 5% bij uitgifte gronden tot 50%
            - 3% bij uitgifte gronden van 51 tot 75%
            - 2% bij meer dan 75% uitgegeven grond.
    6.   Toerekening eigen personeel is in 2023 in totaal €270.711
            Aan woningbouw in totaal € 238.435= per jaar
            Aan bedrijventerreinen in totaal € 32.726= per jaar
    7.    Voor het maken van bestekken door derden 5% van de kosten van bouw en woonrijp maken.
    8.    Website, communicatie en reclame
            - € 1.500 bij start van het project
            - € 250 jaarlijks voor actualisatie.
    9.    Uitgifte tempo voor de bedrijventerreinen stellen op 2 ha. per jaar en het tempo voor
            woningbouwkavels ongewijzigd te laten.
    10.  De uitgifteprijzen hanteren conform de grondprijzenbrief van de gemeente Twenterand

Paragraaf Lokale heffingen

Paragraaf Lokale heffingen

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen

De paragraaf Lokale Heffingen geeft inzicht in de diverse gemeentelijke belastingen en de consequenties voor de inwoners van Twenterand. Lokale heffingen hebben tot doel dat de gemeente door het verwerven van eigen middelen dekking vindt voor haar uitgaven in het kader van de uitvoering van de gemeentelijke taken. De invoering, wijziging of intrekking van lokale heffingen wordt door de gemeenteraad, via de vast te stellen verordening, gedaan. De belastingverordeningen 2023 werden in de raadsvergadering van 20 december 2022 vastgesteld.
De lokale heffingen bestaan uit de gemeentelijke belastingen, rechten en retributies. Deze vormen een belangrijke inkomstenbron voor de gemeente, welke vooral door de burgers dienen te worden opgebracht. Lokale belastingen worden onderscheiden in heffingen waarvan de besteding gebonden dan wel ongebonden is. Ongebonden lokale heffingen (OZB en hondenbelasting) worden tot de algemene dekkingsmiddelen gerekend, omdat zij niet aan een inhoudelijk begrotingsprogramma zijn gerelateerd. De besteding is niet gebonden aan een bepaalde taak. Gebonden heffingen, zoals de afvalstoffen- en rioolheffing, worden verantwoord op het betreffende programma en worden niet tot de algemene dekkingsmiddelen gerekend.
Voor het betalen van rechten en retributies verricht de gemeente diensten. De kosten van de gemeentelijke dienstverlening worden doorberekend in de tarieven. Het beleid is er op gericht deze kosten zoveel mogelijk te beperken en daar waar mogelijk rechtvaardiger te verdelen. Hierdoor wordt een evenwichtige lastenverdeling bereikt.


Volgens artikel 26 van het Besluit Begroting en Verantwoording dient de paragraaf een verantwoording te bevatten van hetgeen in de begroting is opgenomen en bevat aldus:
a. de verantwoording van de geraamde inkomsten;
b. het beleid ten aanzien van de lokale heffingen;
c. een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen, waarin inzichtelijk wordt gemaakt hoe bij de heffingen, waar de geraamde baten de geraamde lasten niet mogen overtreffen, de inkomsten zich verhouden tot de lasten;
d. een aanduiding van de lokale lastendruk;
e. een beschrijving van het gevoerde kwijtscheldingsbeleid.

Hieronder worden in hoofdlijnen de belangrijkste ontwikkelingen benoemd op lokaal fiscaal gebied.

a. Overzicht gemeentelijke belastingopbrengsten

Van elke euro die huishoudens en bedrijven in Nederland aan belastingen en sociale premies betalen gaat in 2023 3,2% naar de gemeenten. De decentrale overheden nemen samen 4,6% voor hun rekening, de rijksoverheid 95,4%. Het aandeel van de gemeente Twenterand aan ontvangen belastingen en retributies bedraagt in dit geheel bijna 17,5 miljoen euro.

Belastingopbrengsten

Terug naar navigatie - Belastingopbrengsten
Omschrijving Raming na wijziging 2023 Realisatie 2023
Afvalstoffenheffing € 2.551.634 € 2.602.622
Begraafplaatsrechten € 580.000 € 732.828
Forensenbelasting € 5.180 € 8.864
Leges burgerzaken € 435.190 € 423.088
Leges omgevingsvergunning € 852.017 € 971.606
OZB eigenaren woning € 5.723.135 € 5.732.511
OZB eigenaren niet-woning € 1.576.922 € 1.610.676
OZB gebruikers niet-woning € 1.281.086 € 1.345.692
Rioolheffing € 3.732.291 € 3.935.456
Toeristenbelasting € 76.620 € 76.627
€ 16.814.075 € 17.439.971

Beleid ten aanzien van de lokale heffingen

Terug naar navigatie - Beleid ten aanzien van de lokale heffingen

Beleidskaders

Het beleid betreffende de lokale heffingen is opgenomen in:
• de diverse belastingverordeningen en –regelingen;
• het coalitieakkoord 2018-2022;
• landelijke wet- en regelgeving.

Hervorming lokaal belastinggebied
In 2015 kondigde het Rijk een belastingherziening aan. Grote veranderingen in lokale heffingen hebben zich sinds die tijd niet voorgedaan en de richting is niet eenduidig: tegenover het verdwijnen van de macronorm voor de OZB (minder Rijksbemoeienis) staat het afschaffen van de precario op ondergrondse leidingen (verkleinen gemeentelijk belastinggebied). In het coalitieakkoord van het huidige kabinet is nu het volgende opgenomen: “Om een stabielere financiering voor de medeoverheden te realiseren en hun autonomie te vergroten, wordt in de komende jaren een nieuwe financieringssystematiek voor de periode na 2025 uitgewerkt, waarbij de mogelijkheid voor een groter eigen belastinggebied wordt betrokken. Daarbij worden ook alternatieven voor de OZB en MRB in de beschouwing betrokken.” Daarmee is de discussie over een ruimer (lokaal) belastinggebied weer actueel. Uitbreiding kan echter in 2026 (inzet coalitieakkoord) slechts aan de orde komen als aan de geformuleerde randvoorwaarden is voldaan. Daarbij vormen met name ‘de financiële verhoudingen op orde’ en 'geen verhoging van de lastendruk’ harde ijkpunten.

Bezwaar en beroep bij kwijtschelding
Momenteel is geen bezwaar mogelijk tegen een beschikking uitstel van betaling. Tegen een beschikking kwijtschelding van gemeentelijke belastingen is nu administratief beroep bij het college mogelijk. In de toekomst is in beide gevallen eerst bezwaar bij de invorderingsambtenaar mogelijk en is daarna de fiscale rechter bevoegd (rechtbank in eerste aanleg, gerechtshof in hoger beroep en Hoge Raad in cassatie). Wanneer deze landelijke wijziging in werking treedt is nog niet bekend. 

Proceskosten uitvoering Wet WOZ
Gemeenten moeten een vergoeding betalen als via no cure – no pay bureaus (NCNP-bureaus) de WOZ -waarde van woningen en bedrijven wordt aangepast. Dat kan gebeuren wanneer  NCNP-bureaus namens inwoners een bezwaarschrift indienen bij de gemeente of door een beroep bij de rechter. Dat levert die bureaus zo veel geld op dat er sprake is van een verdienmodel. Inwoners profiteren daar niet van. Terwijl de regeling is bedoeld als kostenvergoeding voor inwoners. De enorme toename van de bureaus heeft een aantal maatschappelijk ongewenste gevolgen:

1. De uitvoering van de Wet WOZ loopt vast. 
2. De rechters komen te weinig toe aan andere zaken.
3. De relatie met de inwoner formaliseert.
4. In 2021 keerden gemeenten € 18 miljoen uit aan kostenvergoedingen.

Mede op initiatief van het GBTwente en een aantal andere uitvoeringsorganisaties heeft de Staatssecretaris Fiscaliteit, de heer mr. Marnix van Rij, op 19 september 2023 het wetsvoorstel Herwaardering proceskostenvergoeding WOZ en Bpm ingediend bij de Tweede Kamer. De Tweede Kamer heeft hier op 27 oktober 2023 mee ingestemd en de Eerste Kamer volgde op 19 december 2023. 
Voor de Wet waardering onroerende zaken (WOZ) bevat het wetsvoorstel in het kort het volgende:
1. De vergoeding in de bezwaarfase van rechtsbijstand wordt vermenigvuldigd met 0,25 als de WOZ-beschikking wordt vernietigd of gewijzigd.
2. De vergoeding van rechtsbijstand in de fase van beroep, hoger beroep of cassatie wordt vermenigvuldigd met 0,25 als de WOZ-beschikking wordt vernietigd of gewijzigd en vermenigvuldigd met 0,10 in de overige gevallen.
3. De vergoeding voor immateriële schade wordt beperkt tot € 50 per half jaar (was € 500) waarmee de redelijke termijn voor afhandeling van een bezwaar is overschreden.
4. Vergoedingen mogen uitsluitend worden uitbetaald op een bankrekening die staat op naam van de belanghebbende zelf.
5. Het wetsvoorstel treedt in werking per 1 januari 2024.

Overgangsrecht
De wet treedt op 1 januari 2024 in werking. De proceskosten en schadevergoedingen worden vanaf die datum uitbetaald aan belanghebbende. Ook als het proceskosten en schadevergoeding zijn waarvan het bezwaar of beroep vóór 1 januari 2024 is gestart. De matiging van de kosten van rechtsbijstand geldt alleen voor bezwaar en beroep tegen een besluit (beschikking op uitspraak) dat op of na 1 januari 2024 is bekendgemaakt. De matiging van de immateriële schadevergoeding is van toepassing op procedures waarvan de redelijke termijn op of na 1 januari 2024 aanvangt. De redelijke termijn vangt aan op het moment dat een bezwaarschrift wordt ingediend. 
Verdere maatregelen zijn in onderzoek:
•     introductie van verplicht informeel contact vóór de bezwaarfase
•     geen recht op proceskostenvergoeding bij beperkte aanpassing van de WOZ-waarde
Met name een eventuele regeling voor verplicht informeel contact vraagt om een uitgebreide uitvoeringsscan bij gemeenten en andere uitvoeringsorganisaties van de Wet WOZ.

De Omgevingswet en leges
Op 1 januari 2023 zouden de nieuwe Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) in werking treden. Dit is echter opnieuw uitgesteld tot 1 januari 2024. Voor een zorgvuldige invoering is meer tijd nodig om te oefenen, te testen en te zorgen voor extra ondersteuning bij het bevoegde gezag. Dit geeft het Rijk, gemeenten, provincies, waterschappen en uitvoeringsorganisaties meer ruimte om de implementatie van de wet op een zorgvuldige en verantwoorde wijze af te ronden. Door deze inwerkingtreding van beide wetten kan er veel veranderen. Dit is sterk afhankelijk van de lokale ambities, beleidsinvulling en inrichtingskeuzes. Het principe van legesheffing verandert niet. Ook de wettelijke grondslag voor het heffen van leges verandert niet. Toch zijn er een aantal zaken die wel gaan veranderen:
•    Nieuwe activiteiten toegestaan om leges over te heffen
•    (Mogelijk) minder vergunningplichten
•    De ‘knip’: het splitsen van de bouwtechnische en de ruimtelijke vergunning
•    Gemeentelijke kosten worden hoger of lager
•    Gemeentelijke kosten verschuiven
•    Meer integrale vergunningen (meerdere gezagen betrokken)
•    Planactiviteiten worden minder complex (of juist complexer)
De VNG vraagt met de notitie 'Discussie-leidraad leges en de stelselwijziging Omgevingswet' aandacht voor het onderwerp en het belang voor gemeenten om hier - op basis van de eigen keuzes - over na te gaan denken. Ook worden suggesties gedaan voor de onderwerpen. Zij vragen gemeenten om hierover met hen van gedachten te wisselen. Via de regionale implementatiecoaches (RIO's) zullen er (digitale) discussies-sessies worden opgezet, om deze materie samen verder uit te diepen.

Waterzorgheffing 
Wateroverlast en verdroging vragen steeds meer maatregelen in de publieke ruimte. Meer percelen kunnen in de heffing worden betrokken, want van de maatregelen in de publieke ruimte heeft iedereen profijt. De huidige verordening Rioolheffing (model VNG) dekt dan niet meer de lading 
Het schept een beeld van een belasting voor een buizenstelsel. Bij belastingplichtigen die daar niet op zijn aangesloten roept dat weerstand op. De gemeentelijke watertaken omvatten een breed palet. Zorgplichten voor afval-, hemel- en grondwater hebben een centrale plaats in de ordening van de publieke ruimte. Gemeenten moeten maatregelen nemen om wateroverlast en -schade te voorkomen. Denk aan het onderhoud van bermen en slootkanten om overtollig water af te voeren, zodat er over een droge weg kan worden gereden. Iedereen heeft daar profijt van. De VNG heeft hiervoor een nieuw modelverordening Riool- en Waterzorgheffing opgesteld. Bij invoering is een zorgvuldige communicatie en belangenafweging naar nieuwe belastingplichtigen van belang. Bijvoorbeeld cultuurgronden en natuurterreinen dragen nu veelal nog niet bij in de kosten van de gemeentelijke watertaken.

Amendement Omtzigt
De Gemeentewet maakt voor de OZB onderscheid tussen woningen en niet-woningen. Eigenaren van woningen worden in de OZB-eigenarenheffing betrokken, de gebruikers van woningen betalen geen OZB en de eigenaren en gebruikers van niet-woningen betalen respectievelijk de OZB eigenaren niet-woning en gebruikersheffing niet-woning. Beide tarieven voor niet-woningen zijn hoger dan het eigenarentarief voor woningen. Sportvelden, dorpshuizen, sportkantines, dorps- en buurthuizen worden voor de OZB aangemerkt als niet-woning en worden dienovereenkomstig in de belastingheffing betrokken. Een aantal gemeenten compenseert buiten de belastingheffing om de OZB geheel of gedeeltelijk of overweegt dit te doen.
In het Belastingplan 2019 is het zogenaamde amendement Omtzigt opgenomen waardoor artikel 220f van de Gemeentewet per 1 januari 2019 is gewijzigd in die zin dat voor - nader door de gemeente te bepalen - sociaal behartigende instellingen niet de hoge niet-woning tarieven kunnen gelden, maar het woningtarief. 
In de OZB-verordening van een gemeente kan (het amendement biedt de mogelijkheid om dit te doen, het is niet verplicht) een bepaling opgenomen worden strekkende tot het toepassen van het woningtarief voor nader te bepalen onroerende zaken. 
De toelichting op het amendement en de wettekst zijn op onderdelen tegenstrijdig en niet duidelijk. Op 30 mei 2022 heeft minister Bruins Slot (BZK) in een brief aan de Tweede Kamer geschreven dat een lager ozb-tarief voor sportaccommodaties, dorpshuizen en andere sociaal belang behartigende instellingen moeilijk te realiseren is via een wettelijke regeling. Uit overleg met gemeenten is geconstateerd dat er bij deze fiscale mogelijkheid zwaarwegende praktische uitvoerings- en toepassingsvraagstukken spelen, met betrekking tot de afbakening, die niet eenvoudig op te lossen zijn. Daarom geeft de minister opdracht tot een extern onderzoek. Aan dit onderzoek zullen het Rijk, de VNG en gemeenten deelnemen. Het college volgt de ontwikkelingen uiteraard met aandacht en zal op een later moment een afweging maken over de toepassing van de wettelijke mogelijkheden.  

 

Lokale heffingen

Terug naar navigatie - Lokale heffingen

Lokale heffingen worden onderscheiden in heffingen waarvan de besteding gebonden dan wel ongebonden is. De paragraaf lokale heffingen heeft betrekking op beide. Ongebonden lokale heffingen (zoals de OZB) worden tot de algemene dekkingsmiddelen gerekend, omdat zij niet aan een inhoudelijk begrotingsprogramma zijn gerelateerd. De besteding is niet gebonden aan een bepaalde taak. Gebonden heffingen, zoals de afvalstoffen- en rioolheffing, worden verantwoord op het betreffende programma en worden niet tot de algemene dekkingsmiddelen gerekend.

Kostendekking

Terug naar navigatie - Kostendekking

Kostendekking
Met ingang van 2017 moet door gewijzigde regelgeving (Besluit Begroting en Verantwoording) meer inzicht gegeven worden in de kostendekkendheid van heffingen. Bij de toepasselijke heffingen zijn de lasten-batenoverzichten en specifieke beleidsuitgangspunten vermeld. Naast de lasten die direct uit de taakvelden zijn af te leiden, mogen ook overheadkosten en BTW worden toegerekend. De BTW is berekend als opslag over de ‘derdenkosten’. De afschrijvingslasten zijn ontstaan uit investeringen waarbij deels sprake is van derdenkosten. De BTW daarover is ook meegenomen.

Mate van kostendekking van de gebonden belastingen

De gebonden heffingen mogen maximaal kostendekkend zijn. Dit wordt op begrotingsbasis bepaald. In werkelijkheid waren de lasten en baten per heffing:

Overzicht afval

Terug naar navigatie - Overzicht afval
Overzicht van de taakvelden die geheel of deels in de heffing worden meegenomen
Afvalstoffenheffing Lasten taakveld Overhead (0.4) BTW Totale lasten Heffing Overige baten (0.8) Totale baten Kosten dekkendheid
7.3 Afval 2.215.091 470.000 407.367 3.092.458 -2.602.622 -587.027 -3.189.649 103,14%
0.10 Mutaties reserves - -16.929 -16.929 0,55%
2.1 Verkeer en vervoer 32.030 32.030 -1,04%
6.3 Inkomensregelingen 82.089 82.089 -2,65%
Totaal 2.329.210 470.000 407.367 3.206.578 -2.602.622 -603.956 -3.206.577 100,00%

Overzicht riool

Terug naar navigatie - Overzicht riool
Overzicht van de taakvelden die geheel of deels in de heffing worden meegenomen
Rioolheffing Lasten taakveld Overhead (0.4) BTW Totale lasten Heffing Overige baten (0.8) Totale baten Kosten dekkendheid
7.2 Riolering 3.432.770 662.926 241.892 4.337.588 -3.935.456 -670.990 -4.606.446 99,95%
0.10 Mutaties reserves - -2.235 -2.235 0,05%
5.7 Openbaar groen en (openlucht) recreatie 127.517 16.689 144.206 -
6.3 Inkomensregelingen 126.888 126.888 -
Totaal 3.687.174 662.926 258.581 4.608.681 -3.935.456 -673.225 -4.608.681 100,00%

Begraafrechten

Terug naar navigatie - Begraafrechten
Overzicht van de taakvelden die geheel of deels in de heffing worden meegenomen
Begraafrechten Lasten taakveld Overhead (0.4) BTW Totale lasten Heffing Overige baten (0.8) Totale baten Kosten dekkendheid
7.5 Begraafplaatsen en crematoria 450.760 250.000 700.760 -732.828 -10.904 -743.732 106,13%
Totaal 450.760 250.000 - 700.760 -732.828 -10.904 -743.732 106,13%

Woonlastenontwikkeling

Terug naar navigatie - Woonlastenontwikkeling

Onder woonlasten verstaan we: onroerendezaakbelastingen, afvalstoffen- en rioolheffing. Het zijn belastingen en tarieven waarmee ieder huishouden in een gemeente jaarlijks te maken krijgt.

Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (Coelo) publiceert jaarlijks de Atlas van lokale lasten. Men vergelijkt daarin per gemeente de woonlasten van een woning met een voor die gemeente gemiddelde waarde. Onderstaand overzicht geeft de hoogte van de woonlasten in Twenterand voor een gemiddeld meerpersoonshuishouden in 2021, 2022 en 2023 weer. 

Woonlastenontwikkeling in Twenterand:

Woonlastenontwikkeling 2021 2022 2023
OZB Eigenaar 382,35 499,13 500,17
afvalstoffenheffing (meerpersoons) 179,64 192,46 209,37
Rioolheffing 260,04 265,32 271,92
Totale woonlasten 822,03 956,91 981,46

Woonlastenontwikkeling vergelijk Twentse gemeenten

Terug naar navigatie - Woonlastenontwikkeling vergelijk Twentse gemeenten

De gemeentelijke woonlasten voor een eigenaar/bewoner van een woning in Twenterand stegen in 2023 met 2,6%.  In onderstaand overzicht uit de publicatie over 2023 worden de lokale lasten van de Twentse gemeenten met elkaar vergeleken.

bruto woonlasten eigenaar-gebruiker woning stijging in % tov 2022
éénpersoonshuishouden meerpersoonshuishouden 1-pers meerpers
2022 2023 2022 2023
Almelo 943 967 986 1011 2,50% 2,50%
Borne 884 936 914 967 5,90% 5,80%
Dinkelland 879 862 908 890 -2,00% -2,10%
Enschede 927 938 962 966 1,20% 0,50%
Haaksbergen 973 1039 1021 1039 6,80% 1,80%
Hellendoorn 902 937 902 937 3,90% 3,90%
Hengelo 860 889 901 928 3,40% 3,00%
Hof van Twente 963 1003
Losser 960 1028 990 1059 7,00% 6,90%
Oldenzaal 828 856 864 892 3,40% 3,20%
Rijssen-Holten 615 657 667 708 6,80% 6,10%
Tubbergen 784 779 813 807 -0,60% -0,70%
Twenterand 916 940 957 981 2,60% 2,60%
Wierden 863 890 892 915 3,20% 2,60%
Overijssel 835 867 868 896 3,80% 3,20%
Nederland 826 867 904 944 5,00% 4,40%

Kwijtscheldingsbeleid

Terug naar navigatie - Kwijtscheldingsbeleid

Elke gemeente moet bij het vaststellen van kwijtschelding landelijke regels toepassen. Binnen deze mogelijkheden zijn de volgende eigen beleidskeuzes gemaakt:
- Voor de ozb, riool- en voor de afvalstoffenheffing is kwijtschelding mogelijk, waardoor minima geen woonlasten betalen;
- Voor extra containers wordt geen kwijtschelding afvalstoffenheffing verleend en ook geen kwijtschelding rioolheffing bij een grondslag > 500m3
- Bij de normkosten van bestaan wordt uitgegaan van 100% van de bijstandsnorm;
- Ondernemers voor de privébelastingen zijn gelijkgesteld met particulieren;
- Kosten voor kinderopvang worden in aanmerking genomen als uitgaven bij de berekening van de betalingscapaciteit en;
- Bij de normkosten van bestaan voor AOW’ers wordt uitgegaan van 100% van de netto AOW-norm.

In 2023 is in totaal voor een bedrag van bijna € 209.000 verleend aan kwijtscheldingen.