Paragrafen

Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Doel van deze paragraaf is weergeven hoe solide de positie van de gemeente is en in hoeverre financiële tegenvallers kunnen worden opgevangen. Daarvoor worden weerstandsvermogen en risicobeheersing geschetst en kengetallen over de financiële weerbaarheid en wendbaarheid gepresenteerd.
Ten aanzien van de genoemde risicobeheersing merken wij het volgende op. 2021 wordt net als 2020 sterk gekenmerkt door de invloeden van het corona virus. Dat heeft op meerdere beleidsterreinen gevolgen gehad die nog zeker tot in 2022 voortduren en het heeft grote onzekerheden gebracht, met mogelijke risico's. We hebben deze risico's en die van onze partners voortdurend gemonitord en daarop geacteerd.
Dit beleid van monitoren en acteren zullen wij voortzetten zolang als nodig, ook in 2022. Want ook in 2022 zullen deze risico’s er zijn. Bij de risicosessies, zoals die zijn gehouden en gebruikt om de risico’s te specificeren en kwantificeren, is de invloed van corona wel benoemd en besproken, maar dit heeft niet tot nieuwe risico’s geleid. Onvoorziene omstandigheden daargelaten zal er medio 2022 bij de Berap opnieuw worden gerapporteerd.

Ook merken wij op dat de inval in Oekraïne door Rusland gevolgen heeft, ook voor onze gemeente. Die kunnen verstrekkend zijn en grote impact hebben. Zo zien we al maanden economische signalen, waarbij schaarste van energie en andere grondstoffen leidt tot sterk  oplopende prijzen voor energie en levensmiddelen. Dit heeft gevolgen voor onze inwoners en het kan leiden tot extra inspanningen om bij te springen, bijv. extra tegemoetkomingen voor energiekosten voor lagere inkomens. Bij aanhoudende hoge inflatie kan niet worden uitgesloten dat er een economische recessie komt, met alle mogelijke risico’s van dien. 
We zien ook de humanitaire gevolgen waarbij een groot beroep wordt gedaan op ons gemeentelijk en maatschappelijk vermogen om vluchtelingen uit Oekraïne op te vangen, voor een periode van ongewisse duur. 
Kortom, de situatie vraagt om continue bewustwording, om acteren en monitoren en dat is wat we doen. 

Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Risicobeheersing is het expliciet en systematisch omgaan met en beheersen van risico’s. Een risico is een onzekere gebeurtenis met – gewenste of ongewenste – gevolgen. Deze gevolgen kunnen beleidsmatig en/of financieel zijn. Bij het weerstandsvermogen ligt de focus op de financiële gevolgen van risico’s. Het geeft aan in hoeverre de gemeente in staat is om de gevolgen van risico’s op te vangen zonder dat beleid en uitvoering in gevaar komen. Weerstandsvermogen bestaat uit de beschikbare gedeeld door de benodigde weerstandscapaciteit.
De beschikbare weerstandscapaciteit is samengevat in de volgende tabel. Ultimo 2021 bedroeg de weerstandscapaciteit € 7.730.131

Tabel weerstandscapaciteit

Omschrijving Stand 31-12-2020 rekening Stand 31-12-2021 Begroot Stand 31-12-2021 rekening
       
Algemene Risico Reserve  € 863.521   € 2.528.237   € 2.902.190
Reserve minimabeleid  € 34.433   € 32.074   € 59.113 
Reserve Sociaal Domein  € 3.904.715   € 2.913.235   € 4.091.110 
Reserve risico's grondbedrijf  € -   € -   € 677.718
       
Totaal  € 4.802.669   € 5.473.546   € 7.730.131

 


De benodigde weerstandscapaciteit is afhankelijk van de risico’s die worden gelopen. Risico’s worden bepaald in het kader van risicomanagement. Doelen van risicomanagement zijn het bevorderen van risicobewustzijn, het expliciet maken en beheersen van risico’s. Dit is een continu proces gericht op:
• Het identificeren van risico’s: waar lopen we welke risico’s?
• Het classificeren van risico’s: hoe groot is de kans, de impact en het financiële effect?
• Het treffen van beheersmaatregelen bij de grootste risico’s

De aanpak voorziet erin dat tweemaal per jaar een sessie plaatsvindt met inhoudelijk en financieel betrokkenen. In die sessies worden risico’s benoemd en waarbij per risico de kans op optreden en de gevolgen (impact) ervan worden bepaald. Gevolgen in financiële zin – incidenteel of structureel (i/s in de onderstaande tabel) - en voor doelstelling en imago (in de vorm van een rapportcijfer, waarbij een hoger cijfer staat voor een groter gevolg). Zo ontstaat een actueel overzicht van alle risico’s, als basis voor beheersmaatregelen, gericht op het verminderen van de kans op optreden en/of op het beperken van de gevolgen.

De belangrijkste risico’s zijn samengevat in de tabel Risico’s en worden toegelicht. Daarmee zijn niet alle risico’s benoemd. Want de gemeente zit sterk in de Twenterandse samenleving en heeft vele relaties met bijv. sportverenigingen en culturele organisaties. Het kan dan gaan om private/maatschappelijke organisaties met een grote betekenis voor de Twenterandse samenleving. Deze kan zo groot zijn dat, wanneer zich bijv. bedrijfsvoering risico’s voordoen bij die organisaties, de gemeente als vangnet kan optreden, bestuurlijk dan wel financieel, afhankelijk van bestuurlijke afweging. Deze scenario’s zijn slecht op voorhand te bepalen omdat de gemeente veelal geen statutaire verantwoordelijkheid draagt. Wel wordt opgemerkt dat verenigingen steeds meer een beroep doen op privatiseringsmogelijkheden en garantstellingen voor geldleningen om tot vernieuwing te komen. Ook zijn er risico’s verbonden aan economische ontwikkelingen.  Zo zien we vanaf de tweede helft van 2021 sterk oplopende energieprijzen en kan de huidige hoogconjunctuur leiden tot sterk oplopende prijzen in de bouw en tot vertraging op gewenste ontwikkelingen. Verder noemen we de klimaatverandering zoals die zich kan manifesteren in wateroverlast, droogte en/of hitte. Dit zijn evenzeer risico’s.

Specifiek noemen we nog vijf risico's: de omgang met systemen, inkoop, contractbeheer, Kanaal Almelo de Haandrik en grote projecten.

De toenemende digitalisering heeft geleid tot een toename aan systemen in een omvang die veel vraagt van medewerkers. De veelheid aan verschillende systemen maakt dat medewerkers regelmatig niet in staat zijn om vereiste systemen op de juiste manier te gebruiken, wat kan leiden tot fouten en verspilling kan blijken te zijn. Voor tijdelijk ingehuurd personeel speelt dit nog sterker. Ook speelt bij systemen dat koppelingen niet altijd goed werken. Waar voorheen keuzes per losse applicatie werden gemaakt (qua systeem, leverancier, kosten) zijn we een koers ingeslagen om meer vanuit het gebruikersgemak, en vanuit het besef van het gehele applicatielandschap te kijken bij vervanging van systemen.
Bij inkoop bestaat de kans dat niet alle inkoopbehoeften in beeld zijn dan wel dat hierbij niet de juiste procedure is gevolgd. De hieruit voortvloeiende risico’s kunnen zijn dat een marktpartij een verbod tot uitvoering van de opdracht en een gebod tot her-aanbesteding vordert op straffe van een dwangsom, ook kan vernietiging van de overeenkomst gevorderd worden. Daarnaast bestaat het risico dat de accountant vaststelt dat er in strijd met de Europese aanbestedingsplicht is gehandeld met als gevolg dat er geen goedgekeurde verklaring wordt afgegeven voor de jaarrekening.
Ook bestaat de kans dat contracten niet goed beheerd worden. De hieruit voortvloeiende risico’s kunnen zijn dat rechtmatig afgesloten contracten onrechtmatig worden. Goed contractbeheer met ondersteuning van een contractbeheersysteem is noodzakelijk. In 2022 wordt dit ingericht.
Bij het Kanaal Almelo de Haandrik speelt dat de gemeente mogelijk door de eigenaren (deels) aansprakelijk wordt gesteld voor de schade die aan hun woningen of bedrijfspanden is opgetreden. Of door netwerkbeheerders wanneer de door hen aangevraagde vergunning of instemming wordt geweigerd, omdat de gemeente schade, die mogelijk door hun werkzaamheden zou kunnen optreden, wil voorkomen. Daarnaast leidt de gemeente zelf schade aan de eigen infrastructuur, omdat deze buiten de schaderegeling van de provincie valt.
Ook zijn er twee projecten, nieuwbouw zwembad en verbouw gemeentehuis, qua omvang in totaal circa 15 miljoen. Bij dergelijke grote projecten spelen doorgaans risico’s op het gebied van financiën, tijd en kwaliteit. De overspannen bouwmarkt, sterk oplopende bouwkosten vanwege extreme stijging van energiekosten, grondstoffenprijzen en corona-maatregelen, de beschikbaarheid van technisch personeel en de verstoringen in de aanlevering van bouwmaterialen vergroten de kans dat deze risico’s zich voor doen. Hoewel op dit moment geen sprake is van een overschrijding op de projectbudgetten is het gelet op de huidige maatschappelijke en economische omstandigheden niet ondenkbeeldig dat er in de toekomst overschrijdingen kunnen optreden.

Tabel risico's

Terug naar navigatie - Tabel risico's
Tabel Risico's
impact kans vereist weerstandsvermogen
i/s doel imago
Risico's in euro's
1 Het onvoldoende realiseren van transformatie en bijsturingsmaatregelen € 1.000.000 s 7 7 50% € 1.000.000
2 Huishoudelijke ondersteuning € 250.000 s 6 4 70% € 350.000
3 Open einde' regelingen € 1.500.000 s 7 7 50% € 1.500.000
4 Twentse visie op vervoer € 100.000 s 7 7 25% € 50.000
5 Optreden majeure procesfout of incident € 500.000 i 7 9 25% € 125.000
6 Samenwerkingsaspecten € 500.000 i 5 8 25% € 125.000
7 Wijzigingen in wetgeving en verdeelmodellen € 500.000 s 5 5 40% € 400.000
8 Kwetsbaarheid informatiesystemen € 250.000 i 9 8 25% € 62.500
9 Gemeentelijk en maatschappelijk vastgoed € 400.000 i 5 7 35% € 140.000
10 Uitvoeringsprogramma VTH € 1.000.000 i 3 8 5% € 50.000
11 Bodem € 400.000 i 3 3 15% € 60.000
12 Ruimtelijke ontwikkelingen € 300.000 i 3 6 20% € 60.000
13 Niet voldoen aan BIO / AVG € 250.000 i 4 8 5% € 12.500
14 Regelgeving, BBV en uitkering gemeentefonds € 1.000.000 i 2 2 25% € 250.000
15 Opduiken van onbekende afspraken met gevolgen € 500.000 i 2 8 20% € 100.000
16 Personeel gerelateerde risico's € 500.000 i 6 7 75% € 375.000
17 Onzekerheden als gevolg van oorlog in oost Europa € 1.000.000
Totaal € 5.660.000

Toelichting risico's

Terug naar navigatie - Toelichting risico's

  
1. Het onvoldoende realiseren van transformatie en bijsturingsmaatregelen.
De decentralisaties betekenen voor het sociaal domein een grote uitdaging. Van de gemeente wordt verwacht dat er zorg en ondersteuning wordt georganiseerd en daarvoor zijn te weinig middelen beschikbaar. Inmiddels zijn er extra middelen voor Jeugdzorg toegezegd met daarbij de opgave om kosten terug te dringen. Daar is een hervormingsagenda voor Jeugd aan gehangen, echter het regeerakkoord van het kabinet kondigt ook weer bezuinigingen aan. Het belang van de transformatie blijft daarmee nog steeds onverminderd van belang. In de aanpak waarvoor de gemeente Twenterand heeft gekozen staat deze transformatie dan ook centraal. Daarbij merken wij op dat de samenleving niet maakbaar is en zich ook externe effecten zich voordoen die van invloed zijn.

2. Huishoudelijke ondersteuning.
In 2022/2023 volgt een nieuwe aanbesteding van de Huishoudelijke ondersteuning. Uitkomsten van een aanbesteding kunnen een financieel effect hebben. Daarnaast heeft de Huishoudelijke ondersteuning een open einde risico en bestaat het risico dat nieuwe regelingen op dit terrein (zoals abonnementstarief eigen bijdrage en CAO-kosten) onvoldoende financieel worden gecompenseerd.
Vanaf 2019 zien we hogere kosten op de maatwerkvoorziening huishoudelijke ondersteuning. Dit komt enerzijds door een hogere indexatie door reële tarieven en anderzijds doordat het abonnementstarief en vergrijzing een aanzuigende werking heeft op de vraag naar Wmo voorzieningen. Het risico bestaat dat er onvoldoende wordt gecompenseerd door het Rijk met betrekking tot de volumestijgingen die het gevolg zijn van vergrijzing. Het abonnementstarief staat op de agenda van het nieuwe kabinet. De beheersing vraagt om aanpassing van het beleid en een gerichte monitoring van de ontwikkeling van dit risico. Inmiddels zijn hiertoe de eerste stappen gezet, zowel lokaal als regionaal. Een was- en strijkservice is ingezet als lokale financiële beheersmaatregel.
3. ‘Open einde’ regelingen.
Binnen het sociaal domein zijn er verschillende gebieden waarbij sprake is van zogenaamde ‘open einde’ regelingen. Dit betekent dat in situaties waarin een aanvraag voor een voorziening niet afgewezen kan worden, de gemeente moet leveren. De hieruit voortvloeiende kosten zijn voor rekening van de gemeente ook wanneer als gevolg hiervan het beschikbare budget wordt overschreden. Onder- / overschrijdingen worden in eerste instantie door een reserve opgevangen.
Dit risico speelt sterk in het sociaal domein. De beheersing richt zich o.a. op het voorliggend maatschappelijke veld, waar toenemend gebruik wordt gesignaleerd.

4. Twentse visie op vervoer.
In samenwerking met andere Twentse gemeenten is er gewerkt aan een integrale oplossing voor de huidige situatie van verschillende naast elkaar bestaande vervoersstromen. Dit heeft geleid tot een aanbesteding in 2017 en inmiddels ook een lokale bestuursopdracht vervoer; In 2022 zal er gestart worden met een nieuwe aanbesteding in deze complexe markt. De werking van de visie is afhankelijk van de ontwikkeling van het dataknooppunt. Deze ontwikkeling verloopt niet vlekkeloos, zowel in de uitvoering als in de samenwerking in de regio en met de vervoerders.

5. Optreden van een majeure procesfout of incident.
Dit risico betreft het optreden van een procesfout of incident leidend tot een grote verstoring van het proces of in de dienstverlening. Uiteraard kunnen procesfouten en incidenten altijd plaatsvinden, maar bij dit risico gaat het om een grote verstoring. Aanleiding hiervoor kan zijn: Een gebrek aan casusregie waardoor de juiste zorg niet of niet tijdig is verleend; Het onvoldoende op orde zijn van het administratieve proces met de programmatuur en het juiste gebruik daarvan; Het verlenen van andere zorg dan bedoeld of het verlenen van te dure of te langdurige zorg door rolonduidelijkheid of gebrek aan kennis bij de medewerkers.
Ten gevolge van het optreden van incidenten kan de koersvastheid onder druk komen te staan. Het bestaan van onvoldoende plaatsingsmogelijkheden voor participatie, hulp en ondersteuning dan wel onvoldoende doorstroming (bijv. vanuit crisisopvang) kan leiden tot extra kosten. Er kan een toename optreden van het aantal bezwaarschriften met gevolgen voor imago en kosten.
Van belang is dat indien wachttijden oplopen het risico toeneemt, daarom vindt monitoring van wachttijden plaats. Wachttijden in de toegang en in de rest van de keten vragen bijzondere aandacht. Landelijk heeft dit ook aandacht en regionaal wordt dit verder opgepakt.

6. Samenwerkingsaspecten.
In het sociaal domein wordt met veel partijen samengewerkt. Daar spelen ook risico’s. Dat kan gaan over een verschil van inzicht over de kwaliteit van dienstverlening, hetgeen tot aansprakelijkheidskwesties kan leiden. Er zijn verschillende coalities in Twente hetgeen invloed heeft op slagkracht, duidelijkheid en efficiency, ook richting externe partijen. Verder kan het gebeuren dat problemen ontstaan bij partijen, bijv. liquiditeitsproblemen, waardoor afspraken niet worden nagekomen en er bijvoorbeeld niet “wordt geleverd”. Ook kan het leiden tot faillissement waardoor frictiekosten kunnen ontstaan en er aanvullende maatregelen moeten worden getroffen om dienstverlening gecontinueerd te krijgen, bijvoorbeeld Early warning. Early warning betreft vroegsignalering bij problemen bij zorgaanbieders. Om problemen voor te zijn wordt er toenemend strakker aan de voorkant gescreend (barrièremodel). Het werken conform de privacywetgeving kan gevolgen hebben voor de boogde integrale werkwijze en kan integraal maatwerk beperken.
De samenwerking op het gebied van inkoop kan moeizaam verlopen waardoor beoogde inkoopvoordelen niet gehaald worden. We zijn gestart met verlengingen van de huidige inkoop voor het Twents Model en de nieuwe inkoop voor het Twents Model in 2025.

7. Wijzigingen in wetgeving en verdeelmodellen.
Er is een nieuw verdeelmodel aangeboden. Hierop is door het Raad voor het Openbaar Bestuur een reactie gegeven dat het nieuwe verdeelmodel aanpassingen behoeft. Inmiddels is er een resolutie aangenomen waarbij het onduidelijk is wanneer er een nieuw verdeelmodel ingevoerd gaat worden.
Er zijn extra middelen Jeugdzorg toegekend voor 2021 en 2022. Het nieuw te vormen kabinet heeft een voorlopig besluitgenomen over 2023 en verder. Hierover is nog geen overeenstemming bereikt tussen VNG en het ministerie van VWS. Hierop vooruitlopend zijn de extra middelen al wel deels structureel in de begroting opgenomen (met instemming van de toezichthouder). Daarnaast is er ook sprake van andere wijzigingen die ook raken aan het Sociaal Domein. In het bijzonder noemen we de wijziging woonplaatsbeginsel in 2022 en de nog te trekken conclusies van het rapport "Stelsel in groei" met de komende hervormingsagenda Jeugdzorg. Met betrekking tot het woonplaatsbeginsel schuilt er een mogelijk risico in het feit dat nog niet alle gemeenten alles aan ons hebben overgedragen. Daarnaast speelt nog de nieuwe verdeling van de middelen Beschermd Wonen.

8. Kwetsbaarheid informatiesystemen
De afhankelijkheid van de bij het Sociaal Domein gebruikte informatiesystemen is groot. Per 1 januari 2022 is overgegaan naar een ander systeem binnen het Sociaal Domein, waardoor gebruik kan worden gemaakt van 1 softwarepakket voor het gehele Sociaal Domein. Hiermee is het risico hieromtrent verkleind. Op gebied van continuïteit zijn er risico’s van uitval met stagnerende dienstverlening, niet tijdige betalingen en extra inzet/ bypasses als gevolg. De informatie uit het systeem kan tekortschieten voor goede sturing en geeft risico’s in financiële grip (tijdigheid) en de export uit het systeem heeft een omvang die tot vervolgrisico’s kan leiden.
De komende periode zullen nieuwe ontwikkelingen m.b.t. IT in het Sociaal Domein een rol gaan spelen. Verdere doorontwikkelingen van data(analyses) worden opgepakt, zoals ook aanbevolen door de visitatiecommissie VNG, waarbij risico’s zijn wegens genoemde systeemwisseling en kwetsbaarheid in de functies rond data-aanlevering en duiding.

9. Gemeentelijk en maatschappelijk vastgoed.
Verschillende soorten risico’s kunnen zich voordoen. Die zijn gerelateerd aan:
• De staat van onderhoud;
• De bouwkundige staat;
• De exploitatie van gebouwen;
• De leegstand van gebouwen.
Bij gemeentelijk vastgoed gaat het om vastgoed waarvan de gemeente eigenaar is. Daarnaast is er maatschappelijk vastgoed dat in eigendom en/of in gebruik is bij maatschappelijke organisaties, zoals verenigingen en stichtingen. Wanneer er zich (financiële) problemen voordoen, zal de gemeente al snel worden aangesproken.
De gemeente Twenterand ziet grote maatschappelijke opgaven op zich afkomen, zoals de decentralisaties in het sociaal domein, de energietransitie en de klimaatadaptatie. Deze opgaven vragen veel van de gemeente, zowel op inzet als ook op financieel vlak. Door de energietransitie ligt er ook een uitdaging ten aanzien van de verduurzaming van (gemeentelijk) vastgoed. Om een duidelijk beeld te krijgen van deze opgave dient bekeken te worden welk vastgoed de gemeente wil (blijven) inzetten voor het behalen van de geformuleerde doelen. Hierdoor dienen er keuzes gemaakt te worden, op welke manier ons huidige vastgoed als middel kan worden ingezet om de maatschappelijke opgaven te dienen. Ook is het goed om in het licht van de maatschappelijke opgaven het in eigendom hebben van het vastgoed te bekijken. Daarnaast kan de financiële situatie aanleiding zijn om het in bezit hebben van een deel van het vastgoed te heroverwegen.
Vastgoed in gemeentelijk eigendom draagt bij aan de maatschappelijke doelen van de gemeente Twenterand. Leegstaand of commercieel vastgoed zonder bijdrage aan de maatschappelijke doelen wordt afgestoten, in beginsel door verkoop. Op 12 november 2019 heeft het college het Beleidskader voor gemeentelijk vastgoed Twenterand vastgesteld. Door dit beleidskader wordt het vastgoed in kaart gebracht, met hierbij de relatie met de doelenbomen. Vervolgens worden uitgangspunten geformuleerd die de richting bepalen, waarmee de afwegingen per gebouw of categorie kunnen worden gemaakt. De bouwkundige staat en de staat van onderhoud wordt 3-jaarlijks door een deskundig bureau geïnspecteerd en verwerkt in een meerjarenonderhoudsplanning (MJOP). Hiermee wordt dit risico afgedekt.

10. Uitvoeringsprogramma VTH (Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving).
Het niet (kunnen) voldoen aan controles en frequenties in het uitvoeringsprogramma van evenementen-, bouw- en milieuvergunningen, als gevolg waarvan er ongewenste situaties kunnen ontstaan of optreden. Bijv. verkeerde opslag van gevaarlijke stoffen (milieu), of ten onrechte afgeven van een evenementenvergunning (denk aan Haaksbergen). Dit risico kan forse gevolgen hebben zowel qua imago/doelrealisatie als financieel.
De milieu-inspecties en vergunningen zijn vanaf 1 januari 2019 bij de Omgevingsdienst Twente ondergebracht. De overige uitvoering van het Uitvoeringsplan ligt bij het team Omgeving. Wanneer dit plan wordt uitgevoerd blijven we binnen de aanvaardbaar geachte bestaande risico’s. Het college heeft de mogelijkheid om, keuzes te maken naast de wettelijke verplichtingen, en het lokale toezicht uit te breiden in het Uitvoeringsplan. De totstandkoming van de ODT per 1 januari 2018 is van beperkte invloed op dit risico. De gemeente blijft verantwoordelijk. Dit geldt ook voor de verhaalbaarheid van kosten van verwijdering van drugsafval bij grondeigenaren. Qua beheersing wordt geïnvesteerd in toezicht en handhaving.

11. Bodem.
Naar aanleidingen van incidenten of wijzigingen (bijv. nieuwbouw) kan het gebeuren dat bij controles zaken aan het licht komen die niet in orde zijn. Bijv. een (dreigende) verontreiniging. In die gevallen worden er maatregelen (opdracht tot sanering) genomen, al dan niet ondersteund door een dwangsom en met een termijn, een en ander ten laste van de organisatie die het betreft. Daarbij zijn situaties denkbaar waarbij de gemeente zelf bepaalde (delen van de) saneringen moet uitvoeren en de kosten ervan ook voor een deel draagt. Gedragslijn is hierbij dat aansprakelijkheid altijd direct bij de eigenaar wordt gelegd.
Deze handhavingstaken zijn per 1 januari 2019 overgegaan naar de ODT (Omgevingsdienst Twente).
Onder de Omgevingswet komen bodemtaken van de Provincie over naar de gemeente. We onderzoeken nog of deze taken eveneens bij de ODT kunnen worden ondergebracht.
Qua beheersing speelt de digitalisering van het bodemsysteem, waarbij bekende verontreinigingen zoveel mogelijk in kaart worden gebracht. Voor wat betreft de aanwezigheid of het aantreffen van asbest in de bodem is het Bureau Asbest Sanering (BAS) opgericht. Dit bureau werkt voor 7 Twentse gemeenten en neemt de onderzoeken en de sanering geheel voor haar rekening. De middelen hiervoor worden als subsidie ontvangen van de Provincie.

12. Ruimtelijke ontwikkelingen.
De komst van de nieuwe Omgevingswet brengt risico’s met zich mee. Die kunnen zich voordoen t.a.v. meerdere aspecten: niet tijdig klaar zijn, digitaliseringsproblemen (functioneel of financieel), tekortschietend omgevingsinstrumentarium (omgevingsplan/omgevingsvisie). Deze risico’s zijn op dit moment nog niet goed in te schatten.

13. Niet voldoen aan BIO/ AVG
Dit risico bestaat eruit dat niet wordt voldaan aan vereisten uit de Baseline Informatiebeveiliging Overheden (BIO) of aan vereisten uit de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Twenterand voldoet aan de minimum vereisten vanuit de BIO en vanuit de AVG. De beheersing van dit risico bestaat uit periodiek evalueren en acteren op de uitkomsten hiervan. Vanwege de cruciale rol die bewustzijn hier speelt wordt de in gang gezette bewustzijnscampagne vervolgd en uitgebreid naar proceseigenaren. Daarnaast speelt bij de beheersing de uitvoering van het geactualiseerde beveiligingsplan. Dat heeft geleid tot organisatiebrede toepassing van  tweefactor autorisatie. Er is een verzekering afgesloten waardoor de impact van bepaalde risico's, zoals bijvoorbeeld een hack of datalek wordt beperkt. Naast digitale beveiliging gaat het ook om bewustzijn van zorgvuldig omgaan met persoonsgegevens en documenten.

14. Regelgeving, BBV en uitkeringen gemeentefonds
Op het gebied van de uitkeringen gemeentefonds is er sprake van samenhang waarbij een wijziging op één gebied gevolgen kan hebben voor de andere gebieden. Het zogenaamde ‘trap op, trap af’ mechanisme. Wat hier bijvoorbeeld speelt is het risico dat wanneer de rijksuitgaven achterblijven – bijvoorbeeld omdat een Ministerie er niet in slaagt de voorgenomen investeringsuitgaven te doen – dit automatisch betekent dat ook de algemene uitkering van het gemeentefonds neerwaarts wordt aangepast, waardoor de inkomsten van de gemeente dalen.
Daarnaast vindt er een herverdeling plaats van de algemene uitkering. Hiertoe is in 2021 een verdeelvoorstel aangeboden aan de Raad voor het Openbaar Bestuur. De voorlopige uitkomsten – op basis van gegevens uit 2019 - van deze herverdeling zijn slechts een indicatie. Het gaat hierbij om voorlopige effecten. Voor Twenterand bedraagt dit effect (op basis van nieuwe berekeningen uit december 2021) € 21 per inwoner nadelig, met een ingroeipad vanaf 2023 van € 15 per inwoner per jaar. Na definitieve besluitvorming over de invoering van het verdeelvoorstel zal met de dan bekende gegevens nog een actualisatie plaatsvinden naar 1 januari 2023. Deze laatste actualisatieslag zal inzicht geven in de definitieve herverdeeleffecten voor gemeenten. De beheersing van dit risico bestaat uit het monitoren van ontwikkelingen op deze gebieden.
Het BBV wijzigt regelmatig, bijvoorbeeld als gevolg van een wijziging van de financiële verhoudingswet. Een onderdeel daarvan is de invoering van de rechtmatigheidsverantwoording. Ook die zal een nadere duiding in het BBV krijgen. Er is met een Plan van Aanpak al geanticipeerd op deze ontwikkeling.

15. Opduiken van onbekende afspraken met gevolgen.
Er is en wordt veel tijd gestoken in het compleet krijgen van dossiers zodat er een actueel overzicht bestaat van alle gemaakte afspraken en mogelijke verplichtingen (op basis van boetebedingen, etc.). Desalniettemin blijft de kans bestaan dat er nog iets opduikt wat gevolgen kan hebben. De financiële implicaties hiervan kunnen fors zijn.
Voor de beheersing van dit risico is het belangrijk dat contractbeheer op orde is. Bewustzijn is van groot belang inclusief aandacht voor de vraag wie bij afspraken dienen te worden ingeschakeld.

16. Personeel gerelateerde risico’s.
Twenterand beschikt over een krap personeelsbestand voor de uitvoering van alle taken. In dit verband speelt een aantal risico’s. Er komen regelmatig opgaven/taken bij zonder dat de daarvoor benodigde middelen in voldoende mate beschikbaar worden gesteld. Denk bijv. aan de invoering van omgevingswet en de taken op het gebied van klimaat/energietransitie. Dit kan leiden tot spanning tussen beschikbare en benodigde formatie, en daardoor te hoge werkdruk/verstoorde balans wat kan leiden tot (langdurige) uitval. Daarnaast kan de krapte op de arbeidsmarkt de invulling van reguliere en tijdelijke functies belemmeren wat mogelijk leidt tot meer verloop of hogere kosten door inhuur. Het aanbieden van arbeidsovereenkomsten voor tijdelijke functies brengt WW- en BW risico’s/verplichtingen met zicht mee, waarvoor Twenterand eigen risico drager is. Ook kan afscheid nemen van personeel aanleiding zijn tot het sluiten van vaststellingsovereenkomsten met financiële verplichtingen.

Risico 17. Onzekerheden als gevolg van de oorlog in oost Europa
De inval in Oekraïne door Rusland heeft grote impact, zowel economisch als maatschappelijk. Zo zien we al maanden economische signalen, waarbij schaarste van energie en andere grondstoffen leidt tot sterk  oplopende prijzen voor energie en levensmiddelen. Dit heeft gevolgen voor onze inwoners en het kan leiden tot extra inspanningen om bij te springen, bijv. extra tegemoetkomingen voor energiekosten voor lagere inkomens. Er zijn ook gevolgen voor onze eigen bedrijfsvoering te onderkennen, zoals hogere brandstofkosten, hogere investeringskosten bij projecten, etc. 
Daarnaast kan bij aanhoudende hoge inflatie niet worden uitgesloten dat er een economische recessie komt, met alle mogelijke risico’s van dien. 
We zien ook de humanitaire gevolgen waarbij een groot beroep wordt gedaan op ons gemeentelijk en maatschappelijk vermogen om vluchtelingen uit Oekraïne op te vangen, voor een periode van ongewisse duur. 
In verband met deze risico’s wordt in het benodigde weerstandsvermogen een raming van 1% van de jaarbegroting van Twenterand, afgerond € 1.000.000, als risico opgenomen.   

Conclusie

Terug naar navigatie - Conclusie

 

Het vereiste weerstandsvermogen bedraagt (zie tabel risico’s) € 5.660.000,- en de beschikbare weerstandscapaciteit bedraagt € 7.730.131 Dat betekent een dekkingsratio van bijna 1,37 en dat ligt 37% boven de norm van 1. 

 

Kengetallen: Financiële weerbaarheid en wendbaarheid

Terug naar navigatie - Kengetallen: Financiële weerbaarheid en wendbaarheid

Kengetallen: financiële weerbaarheid en wendbaarheid

M.i.v. 2016 is een aantal kengetallen voorgeschreven om de inzichtelijkheid en de transparantie van de jaarstukken te vergroten. Deze kengetallen beogen inzicht te geven in hoe solide de financiële positie van de gemeente is. 
De kengetallen drukken de verhouding uit tussen bepaalde onderdelen van de begroting of de balans en worden onderstaand toegelicht en geduid. Bij de duiding wordt gebruik gemaakt van het GTK 2020 (Gemeenschappelijk Financieel Toezichtkader), opgesteld door de twaalf provincies.  
De kengetallen zijn weergegeven in bijgaande tabel.   

Netto schuldquote en netto schuldquote, gecorrigeerd voor verstrekte leningen
De netto schuldquote bestaat uit de schuldenlast van de gemeente gedeeld door de eigen middelen en geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en aflossingen op de exploitatie en de hoogte van de investeringen uit het nabije verleden. Bij de netto schuldquote, gecorrigeerd voor verstrekte leningen gaat het om schulden exclusief doorgeleende gelden (aan bijv. een  woningbouwcorporatie die jaarlijks aflost). De netto schuldquote bedraagt 34,2% en daarmee valt Twenterand in de categorie minst risicovol, op basis van (de signaleringswaarden van) het GTK 2020.   

Solvabiliteitsratio
De solvabiliteitsratio geeft het eigen vermogen weer als percentage van het totale vermogen en hierbij geldt hoe hoger dit percentage, hoe beter de gemeente in staat is haar verplichtingen op de lange termijn te voldoen. De solvabiliteitsratio bedraagt 35,38% en daarmee valt Twenterand in de categorie neutraal, op basis van het GTK 2020.    

Grondexploitatie
Grondexploitatie geeft de grondpositie (waarde van de grond) weer als percentage van de totale geraamde baten. Voor deze ratio grondexploitatie geldt dat hoe lager deze is, hoe beter. De ratio grondexploitatie bedraagt 3,57% en daarmee valt Twenterand in de categorie minst risicovol, op basis van het GTK 2020.   

Structurele exploitatieruimte
Structurele exploitatieruimte geeft het verschil tussen baten en lasten als percentage van de totale baten. En schetst welke structurele ruimte de gemeente heeft om de eigen lasten te dragen, of welke stijging van baten of structurele daling van lasten daarvoor nodig is. Het beeld van deze structurele exploitatieruimte is over de jaren 2021 t/m 2024 overwegend negatief en daarmee valt Twenterand in de meest risicovolle categorie, op basis van het GTK 2020.   

Belastingcapaciteit
De belastingcapaciteit geeft de hoogte van de van de woonlasten van een gezin weer als percentage van de landelijk gemiddelde woonlasten van een gezin. Dit percentage bedraagt 95,86% en daarmee valt Twenterand in de categorie neutraal, op basis van het GTK 2020.   

 

Kengetallen Jaarrekening Begroting Jaarrekening Begroting Begroting Begroting
2020 2021 2021 2022 2023 2024
Netto schuldquote 49,50% 53,45% 34,20% 68,54% 79,86% 77,07%
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen 35,10% 37,60% 21,92% 53,22% 65,03% 62,73%
Solvabiliteitsratio 25,52% 21,09% 35,38% 21,55% 19,83% 20,29%
Structurele exploitatieruimte 3,33% -0,07% -0,58% 2,24% -1,78% -3,42%
Grondexploitatie 7,54% 12,81% 3,57% 1,37% 3,81% 3,07%
Belastingcapaciteit 94,87% 95,86% 95,86% 95,17% 96,53% 96,57%

Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De kapitaalgoederen vormen het gemeentelijk kapitaal waar zorgvuldig mee moet worden omgegaan. De kwaliteit van de kapitaalgoederen en het onderhoud ervan is bepalend voor het voorzieningenniveau en uiteraard voor de (jaarlijkse) lasten. Het is van belang, dat voor de openbare voorzieningen en gebouwen goede onderhoudsplanningen aanwezig zijn.

Beleid
De gemeentelijke kapitaalgoederen bestaan uit veel uiteenlopende onderdelen, zoals groenvoorzieningen, speelvoorzieningen, gebouwen voor uiteenlopende functies, bestrating wegen, rioleringen, sportterreinen, afvalcontainers en dergelijke. Voor deze onderdelen wordt op basis van beheerssystemen, die zijn vastgesteld door de raad, de onderhoudsbehoefte bepaald. Daarnaast worden door de betrokken medewerkers op basis van visuele waarnemingen de nodige correcties hierop aangebracht.

Wegen

Terug naar navigatie - Wegen

De gemeente Twenterand heeft de volgende lengte wegen en oppervlakte verharding in onderhoud en beheer:

Wegen/verharding Areaal
Lengte wegen 436 km
oppervlakte verharding 237 ha.

Door de CROW (landelijk kennisplatform voor de openbare ruimte) is een standaard ontwikkeld om de kwaliteit van de openbare ruimte te bepalen. Middels deze systematiek worden de wegen geïnspecteerd en wordt de onderhoudsbehoefte bepaald.

De benodigde onderhoudsmaatregelen zijn afhankelijk van de vastgestelde (technische) staat en de feitelijk optredende slijtage van een bepaalde weg door het gebruik of andere omstandigheden zoals weersinvloeden. Dit onderhoud wordt planmatig uitgevoerd, waarbij het doel is om binnen de beschikbare financiële middelen door tijdig en juist ingrijpen de technische levensduur en het goed functioneren van een weg zoveel mogelijk te verlengen. Daarom wordt gedurende de levensduur regelmatig de toestand van de wegen geïnspecteerd, zodat de noodzakelijke onderhoudsmaatregelen kunnen worden bepaald. Onder wegen worden zowel de asfaltwegen als de wegen met een elementenverharding (klinkers, trottoirs) verstaan.

De begroting voor het onderhoud van wegen wordt gemaakt aan de hand van ingevoerde inspectiewaarden in het beheersysteem Obsurv. In dit systeem worden per weggedeelte ca. elke twee jaar inspectiewaarden ingevoerd. Deze waarden komen voort uit een inspectieronde, waarbij de staat van het wegdek op diverse punten beoordeeld wordt. Aan de hand van de ingevoerde inspectiewaarden en diverse instellingen worden de benodigde maatregelen bepaald en de begroting gegenereerd.

Afgevlakte planning:
De begroting voor het onderhoud wordt per jaar berekend. Hierdoor kan het zijn dat er in 1 jaar een laag bedrag benodigd is, terwijl het volgend jaar een hoog bedrag benodigd is. Omdat dat minder praktisch en werkbaar is, wordt een afgevlakte planning gemaakt. Hierin wordt (waar mogelijk) geschoven met onderhoudsjaren zodat per jaar een min of meer gelijk bedrag benodigd is.

Aan de hand van de meest recente inspectiewaarden in het beheersysteem worden de begrotingscijfers bepaald.

Aan onderhoud asfaltwegen wordt in eerste instantie voorrang gegeven om zoveel mogelijk kapitaalvernietiging te voorkomen. Wanneer namelijk asfaltwegen niet tijdig worden onderhouden zet het schadebeeld zich door in de fundering. waardoor de kosten van herstel fors toenemen. Vanaf 2020 is voor de elementenverhardingen ook extra geld beschikbaar i.v.m. achterstallig onderhoud.

In de post onderhoud wegen worden ook de aanleg en het onderhoud van grasbetonstenen en bermbeton meegenomen.

Financieel overzicht: Wegen
Omschrijving Rekening 2020 Begroting 2021 Werkelijk 2021
Onderhoud 1.194.855 1.136.017 966.783
Kapitaallasten 206.150 304.785 228.686
Totaal 1.401.005 1.440.802 1.195.469

Openbare verlichting

Terug naar navigatie - Openbare verlichting

Het areaal van de openbare verlichting is geïnventariseerd en op basis van deze inventarisatie vindt de jaarlijkse vervanging plaats van armaturen en masten.

Openbare Verlichting Areaal
Lichtmasten/armaturen  7.250 , daarvan is 46% verled


De inventarisatie wordt periodiek bijgewerkt en actueel gehouden. In de investeringslijst is jaarlijks een bedrag opgenomen van bijna €134.000,-. De onderbouwing van dit bedrag is als volgt: Bij een theoretische technische levensduur van 20 jaar voor een armatuur en 40 jaar voor een mast komt men op een gemiddeld jaarlijks bedrag van €192.500,- voor vervanging. In het beleidsplan Openbare Verlichting, dat op 2 juli 2013 door de gemeenteraad is vastgesteld, is aangegeven dat het de verwachting is dat het bedrag van bijna €134.000,- per jaar voldoende is, aangezien in de praktijk blijkt dat de levensduur vaak enige jaren langer is. Wanneer gerekend wordt met een werkelijke vervangingstermijn van 28 jaar voor een armatuur en 50 jaar voor een mast betekent dit, dat het bedrag voldoende is.

Financieel overzicht: Openbare verlichting
Omschrijving Rekening 2020 Begroting 2021 Werkelijk 2021
Onderhoud 4.882 31.183 24.706
Kapitaallasten 37.158 62.294 40.317
Totaal 42.041 93.477 65.024

Gebouwen en civieltechnische kunstwerken

Terug naar navigatie - Gebouwen en civieltechnische kunstwerken

Er vindt driejaarlijks een herinspectie plaats van alle gemeentelijke gebouwen en zesjaarlijks van alle civieltechnische kunstwerken gelegen binnen de gemeente Twenterand (gebruik gemaakt wordt van van de systemen voor rationeel gebouwenbeheer en rationeel kunstwerkenbeheer van Antea). Het grootschalig onderhoud voor instandhouding van bestaande gebouwen en civieltechnische kunstwerken is voor de komende 10 jaren geregeld. In het Meerjarenonderhoudsplan (MJOP) wordt voor 10 jaar de toekomstige onderhoudsbehoefte aangegeven. Wanneer een gebouw of gebouwonderdeel of een civieltechnisch kunstwerk onderhoud vergt, worden de gewenste activiteit en de onderhoudscyclus vermeld, inclusief de daarbij behorende kosten. In de meerjarenbegroting is voor de storting in het onderhoudsfonds betreffende de gemeentelijke gebouwen ieder jaar een verhoging van €45.000,- en voor de kunstwerken ieder jaar een verhoging van €6.000,- opgenomen. Uit de inspecties blijkt dat indien men bovengenoemde jaarlijkse verhoging handhaaft, er voor de komende 10 jaar voldoende dekking aanwezig is om het noodzakelijke onderhoud uit te kunnen voeren. De gemeente heeft de volgende aantallen accommodaties/gebouwen en civieltechnische kunstwerken in beheer:

Accommodaties/gebouwen Areaal
aantal accommodaties/gebouwen 49
Civieltechnische kunstwerken  Areaal
aantal kunstwerken 57

Financieel overzicht: Bruggen en kunstwerken
Omschrijving Rekening 2020 Begroting 2021 Werkelijk 2021
Onderhoud 6.572 15.918 0
Mutatie reserve/voorziening groot onderhoud 5.885 37.729 132.431
Kapitaallasten 15.127 15.353 15.011
Totaal 27.584 69.000 147.442
Financieel overzicht: Gebouwen
Omschrijving Rekening 2020 Begroting 2021 Werkelijk 2021
Onderhoud 346.950 279.544 350.051
Mutatie reserve/voorziening groot onderhoud 415.775 487.269 415.611
Kapitaallasten 960.114 981.433 957.192
Totaal 1.722.839 1.748.246 1.722.854

Groen

Terug naar navigatie - Groen

Door de CROW (kennisplatform voor de openbare ruimte) is een landelijke standaard ontwikkeld om de kwaliteit van de openbare ruimte te bepalen. Op basis van die standaard heeft Sweco het rapport geschreven Keuzemodellen kwaliteitsniveaus Wegen en Groen (oktober 2010). Voor openbaar groen is een aantal kwaliteitsniveaus doorgerekend. Middels het pakket rationeel groenbeheer van Sweco zijn deze onderhoudsniveaus vertaald in de werkpakketten (technisch en financieel). De onderhoudsbudgetten staan onder druk vanwege enkele ontwikkelingen, die kosten verhogend werken (wijziging regelgeving, verbod op gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen op verhardingen, areaaluitbreiding en prijsindexatie). Er wordt gezocht naar maatregelen en aanpassing van werkzaamheden om binnen de bestaande budgetten de vastgelegde onderhoudsniveaus zoveel mogelijk te handhaven. Daarbij zal het voorkomen, dat die onderhoudsniveaus niet in de volle breedte worden gehaald. Mutaties in het areaal worden op structurele wijze bijgehouden en verwerkt.

Dat areaal bestaat uit: 

Openbaar groen Areaal
bomen 25.225 stuks
hagen 16,6 km
oppervlakte openbaar groen 157 ha.

Financieel overzicht: Openbaar groen
Omschrijving Rekening 2020 Begroting 2021 Werkelijk 2021
Onderhoud 1.913.573 1.806.632 1.206.851
Kapitaallasten 22.909 19.325 21.409
Totaal 1.936.482 1.825.957 1.228.260

Grondwater

Terug naar navigatie - Grondwater

Het hoge grondwaterbeheer is opgenomen in het Gemeentelijke Rioleringsplan 2019-2023. Voor zover bekend zijn binnen de gemeentegrenzen geen gebieden met grote problemen. Mochten zich toch problemen voor doen, dan zijn gelden beschikbaar binnen het product Riool om de oorzaak van de problemen te onderzoeken en zo nodig maatregelen te treffen.

Riolering

Terug naar navigatie - Riolering

De volgende rioolvoorzieningen zijn aanwezig in de gemeente:

Riolering Areaal
vrij verval riolering 235 km
(mini)gemalen 760 stuks

In 2018 is een nieuw GRP vastgesteld en is bepaald welke maatregelen er aan het rioolstelsel getroffen dienen te worden voor met name de komende planperiode van 5 jaar. In de eerste vier jaar is daar gedetailleerd naar gekeken en zijn ook de benodigde budgetten vastgelegd. Voor de periode daarna is dat ook gedaan, maar dan meer op hoofdlijnen. Op het gebied van de riolering gaat het om het onderhoud en beheer van bestaande riolering en gedeelten van de riolering, die vervangen moeten worden. In het GRP 2019-2023 is ingespeeld op de klimaatverandering. Er zijn maatregelen ingepland voor de locaties, waar via modelberekeningen is gebleken, dat daar bij toenemende hoeveelheden neerslag problemen kunnen gaan optreden. De gemeente Twenterand gaat in deze GRP-periode ervaring opdoen met risicogestuurd rioolbeheer. Wij gaan dus vervangen op basis van risico en dus op functioneren. Door verbetering van methodieken kunnen wij nauwkeuriger bepalen hoe lang een riool meegaat en wat de gevolgen van bepaalde schades zijn. Door risicogestuurd rioolbeheer blijven de kosten maatschappelijk aanvaardbaar. Zowel m.b.t. het opstellen van het nieuwe GRP als de doelmatigheid van te treffen maatregelen heeft overleg plaatsgevonden met het waterschap Vechtstromen. Het overleg met het waterschap heeft o.a. tot doel dat er zowel voor het waterschap als voor de gemeente een win- win-situatie ontstaat, m.a.w. zo slim mogelijk en tegen zo laag mogelijke kosten de noodzakelijke maatregelen treffen. Middels het kostendekkingsplan is de hoogte van de rioolheffing bepaald op basis van 100% kostendekkendheid. Planmatig wordt het rioolstelsel gereinigd en geïnspecteerd, waardoor de kwaliteit wordt bewaakt. Ter plekke van de overstorten en de gemalen worden permanent metingen verricht om de werking van het stelsel te kunnen monitoren. Er wordt gewerkt met het programma rationeel rioolbeheer van Sweco.

Financieel overzicht: Riolering
Omschrijving Rekening 2020 Begroting 2021 Werkelijk 2021
Onderhoud 259.031 241.894 285.301
Mutatie reserve/voorziening groot onderhoud 1.139 500 2.692
Kapitaallasten 2.012.469 726.998 480.460
Totaal 2.272.639 969.392 768.453

Kaderplan speelruimte

Terug naar navigatie - Kaderplan speelruimte

Voor het kaderplan speelruimte (door de Raad vastgesteld in 2018) is jaarlijks gemiddeld €76.000,- nodig. Dit is meegenomen in de begroting 2020 en verder. Alle centrale plekken en steunplekken blijven hiermee ingericht. 

Speeltoestellen Areaal
Aantal speeltoestellen 561 stuks

 

Tractie en gereedschappen

Terug naar navigatie - Tractie en gereedschappen

Tractie en gereedschappen hebben blijvend aandacht nodig in relatie tot bezetting en daarmee effectief gebruik. Door gewijzigde inzichten of anders uitvoeren van werkzaamheden is het zinvol het gebruik van deze middelen constant tegen het licht te houden. De kapitaallasten van de tractie zijn in de begroting opgenomen voor een vast bedrag. Het verschil tussen werkelijk en begroot wordt gestort c.q. onttrokken uit de reserve tractie. Jaarlijks wordt beoordeeld of de vervangingen, die zijn opgenomen in het tractieplan, noodzakelijk zijn.

Paragraaf Financiering

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

In de paragraaf financiering bij de begroting en de jaarrekening neemt het college, naast de verplichte onderdelen op grond van het BBV, in ieder geval op:
A.   de kasgeldlimiet;
B.   de renterisiconorm;
C.   een overzicht van verstrekte geldleningen.

Algemene ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Algemene ontwikkelingen

De gemeente dient een paragraaf Financiering in zowel de begroting als in het jaarverslag op te nemen, waarin aangegeven wordt op welke manier er uitvoering word gegeven aan de financieringsfunctie. Het uitgangspunt hierbij is het beheersen van risico’s, met name het renterisico. Daarnaast geeft de paragraaf inzicht in de rentelasten, het renteresultaat, de wijze waarop rente aan investeringen, grondexploitaties en taakvelden wordt toegerekend en de financieringsbehoefte.
Om volledig te voldoen aan de wetgeving op het gebied van treasury heeft de gemeente Twenterand een treasurystatuut. In dit treasurystatuut zijn de uitgangspunten, de doelstellingen, de beleidsmatige en organisatorische kaders (inclusief het toezicht op de uitvoering van de treasury) voor de treasuryfunctie vastgelegd. De wet FIDO definieert treasury als volgt: “het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op: de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s”. Onderstaand treft u aan de voor de gemeente Twenterand relevante informatie met betrekking tot de treasury-activiteiten van de gemeente in 2021.

Treasurybeleid

Terug naar navigatie - Treasurybeleid

De beleidsdoelstelling van het treasurybeleid van de gemeente Twenterand kan als volgt worden omschreven: De gemeente voert, gelet op haar publiekrechtelijke taak om maatschappelijk kapitaal te beheren, een risicomijdend treasurybeleid. Binnen dit risicomijdende beleid stelt de gemeente zich ten doel zo laag mogelijke kosten over leningen en/of een zo hoog mogelijk rendement over het belegd vermogen te realiseren, voor zover nog mogelijk binnen de opgelegde regeling voor schatkistbankieren. Dit binnen de daarvoor geldende randvoorwaarden en ter beperking van risico’s.

Renterisico's

Terug naar navigatie - Renterisico's

In de Wet Fido is de renterisiconorm opgenomen. Doel van deze norm is het beperken (spreiden) van het renterisico op de vaste schuld van de gemeente. Het toezichthoudende orgaan wordt met behulp van deze norm op een transparante wijze inzicht geboden in het renterisico als gevolg van renteaanpassing en herfinanciering van leningen.
Een hoofddoel van treasury is het beperken van de gevolgen van een stijgende rente. Aan de andere kant dient er optimaal geprofiteerd te worden van lage rentestanden. Met het bijhouden van de ontwikkelingen op de geld en kapitaalmarkt en de grote diversiteit in leningsproducten wordt continue geprobeerd om een zo optimaal mogelijk resultaat te behalen tegen een verantwoord risico, eventueel ondersteund door een liquiditeitsprognose.

Berekening renterisiconorm:

1. Begrotingstotaal € 99.439.844
2. Wettelijk percentage 20%
3. Renterisiconorm (1x2) € 19.887.969
4. Renteherzieningen € 0
5. Aflossingen € 4.081.951
6. Bedrag van renterisico (4+5) € 4.081.951
7. Ruimte onder renterisiconorm € 15.806.018

Renteberekening

Terug naar navigatie - Renteberekening

In het jaar 2021 is over opgenomen langlopende gemeentelijke geldleningen gemiddeld 1,26% rente betaald (2020: 1,49%, 2019: 1,89%, 2018: 2,09%, 2017: 2,14%).
In de begroting 2021 zijn deze rentelasten opgenomen. Voor het aantrekken van kort geld werd begrotingstechnisch rekening gehouden met een gemiddeld percentage van 1,00% (rente financieringstekort binnen de kasgeldnorm). De werkelijke rente is verantwoord op de het product/taakveld 'treasury'.

Kasgeldlimiet

Terug naar navigatie - Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet geeft het renterisico op de korte termijn weer. Hieronder vallen alle kortlopende financieringen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar. Onderstaand treft u een weergave aan van de in de loop van het jaar 2021 verzamelde gegevens met betrekking tot de renterisico’s op korte termijn. De wetgever beoogt met behulp van de kasgeldlimiet het renterisico op korte termijn van gemeenten in te perken. Dit wordt bereikt door aan gemeenten een limiet aan te geven tot hoe ver met kort geld gefinancierd mag worden. Deze (wettelijke) limiet is 8,5% van de totale lasten van de gemeente. Als de gemeente voorziet dat structureel de kasgeldlimiet wordt overschreden dan is de gemeente verplicht te consolideren, dat wil zeggen langlopende geldleningen aan te trekken.

(bedragen x € 1.000) 1e kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal
Kasgeldlimiet 8.452 8.452 8.452 8.452
Saldo gemeente 11.388 4.222 -949 31
Over-/onderschrijding 2.936 -4.230 -9.401 -8.421

Kortlopend geld

Terug naar navigatie - Kortlopend geld

Met de Bank Nederlandse Gemeenten is een ‘Overeenkomst financiële dienstverlening’ voor onbepaalde tijd afgesloten (opzegbaar). Hier is onder andere de kort-kredietverlening geregeld. Dit houdt in dat er een krediet in rekening-courant (kredietlimiet) van maximaal € 5,0 miljoen is overeengekomen.

Aangegane langlopende geldleningen

Terug naar navigatie - Aangegane langlopende geldleningen

In 2021 is een langlopende lening aangetrokken van € 10.000.000 bij de Bank Nederlandse Gemeenten. In de loop van het jaar is  € 4.081.951 afgelost. De som van de aangegane langlopende geldleningen bedraagt per 31 december 2021 € 43.739.312. Dit is volledig bestemd voor eigen financiering.

Schatkistbankieren

Terug naar navigatie - Schatkistbankieren

Op 15 december 2013 is de wet verplicht schatkistbankieren van kracht geworden. Vanaf dat moment zijn alle decentrale overheden (waaronder gemeenten) verplicht om hun overtollige middelen in de schatkist aan te houden. Het drempelbedrag is gelijk aan 0,75% van het begrotingstotaal en bedraagt voor de gemeente Twenterand € 745.799. Per 1 juli 2022 is het percentage verhoogd naar 2%, wat leidt tot een drempelbedrag van € 1.988.797 voor het derde en vierde kwartaal.
Er mag maximaal drie kwartalen op één volgend worden overschreden. Na de derde op één volgende overschrijding dient actie te worden ondernomen om de overschrijding de komende kwartaal op te lossen. Uit onderstaand overzicht blijkt dat in 2021 voldoende is voldaan aan de regeling schatkistbankieren. In het derde kwartaal van 2021 is het automatisch afromen van de overtollige middelen naar de schatkist door de BNG, ingesteld.

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1000)
Verslagjaar 2021
Drempelbedrag 746 746 1.989 1.989
Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4
Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen 1.620 1.443 2.154 217
Ruimte onder het drempelbedrag - - - 1.772
Overschrijding van het drempelbedrag 875 697 165 -

Kredietrisico's

Terug naar navigatie - Kredietrisico's

Ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak kunnen gemeenten leningen verstrekken.
Op deze verstrekte leningen loopt de gemeente kredietrisico. Het kredietrisico is het risico dat de tegenpartij niet aan haar contractuele verplichtingen kan voldoen (het terugbetalen van de verstrekte lening). Hieronder treft u een overzicht aan van de verstrekte leningen door de gemeente Twenterand.

Omschrijving Bedrag 31-12-2021
Lening Enexis tranche B € 142.372
Lening Zonnepark BV € 6.153.333
Lening Activiteitencentrum 'het Punt' € 4.169.906
BAGL GR Vechtdal € 932.591
Achtergestelde lening het Punt € 28.907
Lening Den Ham FC Twente Madness € 8.130
Lening de Groene Jager € 35.117
Lening Veenmuseum € 12.000
Lening Triangel € 182.284
Startersleningen € 1.047.299
Hypotheekverstrekkingen ambtenaren € 2.140.864
Lening korfbalvereniging TOP € 14.000
Lening Voorwaarts € 6.000
Lening IKB/Stadsbank € 52.622
Duurzaamheidsleningen € 5.441
Lening St.Kulturhus De Klaampe € 77.598
€ 15.008.464

Financiering

Terug naar navigatie - Financiering

Dit onderdeel geeft inzicht in de ontwikkeling van de financieringspositie van onze gemeente en de daarbij behorende financieringsbehoefte, rekening houdend met (geplande) (des-) investeringen en beschikbare interne en externe middelen. In feite gaat het hier om het opstellen van een liquiditeitsbegroting. De ontwikkeling van de financieringspositie is bepalend voor de leningenportefeuille. De activa van de gemeente Twenterand zijn per ultimo 2021 als volgt gefinancierd:

Uit de tabel blijkt dat de boekwaarde van de vaste activa (investeringen) wordt gefinancierd met langlopende middelen.

Boekwaarde vaste activa € 86.248.092
Vaste financieringsmiddelen
Reserves (inclusief rekeningresultaat) € 38.312.898
Voorzieningen € 14.497.745
Langlopende leningen € 43.739.312
Totaal financieringsmiddelen € 96.549.955
Financierings overschot € 10.301.863

Rentetoerekening

Terug naar navigatie - Rentetoerekening

De behoefte aan inzicht in de kosten op de taakvelden en de behoefte om de wijze van verantwoorden van rente in de begroting en jaarrekening te harmoniseren, hebben er toe geleid dat in het wijzigingsbesluit Besluit begroting en verantwoording (BBV) is opgenomen, dat de rentekosten aan de desbetreffende taakvelden moeten worden toegerekend met behulp van een (rente)omslag. Omdat de onderlinge vergelijking tussen gemeenten het uitgangspunt is voor de aanpassingen van het BBV is hier sprake van een verplichting.
Voor 2021 is een renteomslag gehanteerd van 1,00%. Met deze renteomslag blijft het resultaat op het taakveld treasury (zie tabel hieronder) binnen de norm, zoals voorgeschreven door het BBV.
De rente wordt samen met de afschrijvingslasten doorberekend aan de diverse taakvelden. Aan investeringen wordt geen rente rechtstreeks toegerekend.
Het grondbedrijf hanteert een ander percentage wordt zoals wordt voorgeschreven door het BBV.

Renteschema

Terug naar navigatie - Renteschema
De externe rentelasten over de korte en lange financiering 463.568
De externe rentebaten (idem) 325.852
Saldo rentelasten en rentebaten. 137.716
Rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend 52.861
De rente van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerend 71.047
Rentebaat van doorverstrekte leningen indien daar een specifieke lening voor is aangetrokken (=projectfinanciering), die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend 159.496
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente -35.588
Rente over eigen vermogen 244.339
Rente over voorzieningen 141.912
Totaal werkelijk aan taakvelden toe te rekenen rente 559.556
De aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag) 650.581
Renteresultaat op taakveld Treasury 91.025
Procentule afwijking (max. 25% afwijking, anders aanpassing rentepercentage) 16,27%

Paragraaf Bedrijfsvoering

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

In de paragraaf Bedrijfsvoering worden relevante thema’s op het gebied van bedrijfsvoering toegelicht en daarnaast bevat de paragraaf een terugblik op de Griffie in 2021. 
Bedrijfsvoering omvat het verzorgen van randvoorwaardelijke zaken, van informatie en van advies. Het betreft Personeel en Organisatie, (interne) Communicatie, Bestuursadvies en -ondersteuning van B&W, Planning & Control, Financiën , Informatisering & Automatisering, Bodediensten en Bestuurlijk Juridische zaken. In deze paragraaf wordt op een aantal thema’s die in 2021 speelden bij Bedrijfsvoering nader ingegaan. Het gaat om corona, TDFG, privacy, informatieveiligheid,  rechtmatigheidsverklaring en Griffie. 

Corona
Over geheel 2021 was er grote invloed van COVID-19. Het virus manifesteerde zich in meerdere varianten. Er waren maatregelen van kracht om de verspreiding ervan te beperken, er werd getest en gevaccineerd. Er waren grote maatschappelijke effecten, zoals in de horeca en cultuur. Dit alles vroeg gericht optreden van onze gemeente op meerdere gebieden. En dat terwijl de bedrijfsvoering van onze gemeente zelf natuurlijk ook werd beïnvloed door beperkingen.  
Vrijwel het gehele jaar was thuiswerken de norm en wanneer werken in het gemeentehuis nodig bleek, dienden maatregelen – afstand houden, mondkapjes, etc. – in acht te worden genomen. Gebruikmakend van de in 2020 opgedane ervaringen bleek dit geen belemmering te zijn om stappen gericht op onze ambities en doelstellingen te zetten. Wel had dit invloed op voorbereiding en uitvoering van plannen en projecten en ook is het in bepaalde processen moeilijker om afstemming te zoeken en coördinatie te borgen, zeker waar het gaat om complexe trajecten als bijvoorbeeld de P&C – cyclus.
Als werkgever hebben wij het thuiswerken gefaciliteerd met adequate middelen (laptop, mobiele telefoon, communicatietools etc.), door het delen van informatie, tips en online coaching en is er  ook voortdurend aandacht geweest voor in verbinding blijven met elkaar om het risico op sociale isolatie te beheersen. 

TDFG
Deze afkorting staat voor het project Twenterand Duurzaam Financieel Gezond. Omdat Twenterand, zo blijkt uit de meerjarenbegroting, er op lange termijn financieel niet goed voor staat is door bureau BMC in 2021 onderzoek verricht en een rapport uitgebracht met daarin een analyse van de financiële situatie van de gemeente Twenterand. Conclusie hieruit is dat de financiële positie van Twenterand onvoldoende gezond is en kwetsbaar is. Een conclusie die aantoont dat optreden noodzakelijk is en, zo beschrijft het rapport ook, dat het daarvoor nog niet te laat is. Deze analyse is fase 1 van het project en die is in september 2021 afgerond. In vervolg hierop zijn in fase 2 zijn keuzemogelijkheden in beeld gebracht om kosten te beperken en uitgaven te verhogen en worden toekomstscenario’s geschetst. Fase 2 loopt door tot in 2022. 

Privacy
De gemeente Twenterand is verplicht te voldoen aan de Europese privacyregels op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Hierin staan de belangrijkste regels voor de omgang met persoonsgegevens.
Het is  een illusie dat een gemeente als ‘AVG-proof’ kan worden betiteld. Er is namelijk continue aandacht nodig voor het bewust omgaan met privacygegevens. De belangrijkste in 2021 getroffen maatregel om zorgvuldig gebruik van persoonsgegevens te bevorderen, is de inzet van de tools om de privacybewustwording organisatiebreed te vergroten: het gebruik van de NanoLearning (door Junglemap) en bewustwordingssessies voor nieuwe medewerkers. Daarnaast is het management meegenomen in de resultaten van de nulmeting ‘iBewustzijn’ en halfjaarlijks met kwartaalrapportages op het gebied van informatiebeveiliging en privacy, waaraan het AVG-jaarplan ten grondslag ligt.
Bovenstaande heeft geresulteerd dat er in 2021 meer datalekken zijn gemeld. Dit is een goede ontwikkeling, omdat dit een signaal is dat medewerkers meer bewust zijn geworden van wat een datalek is en weten hoe zij dit moeten melden. Het streven is wel dat het aantal datalekken de komende jaren afneemt.

Informatieveiligheid
Onze gemeente wil de continuïteit van dienstverlening waarborgen. Informatievoorziening is daarvoor cruciaal, inclusief een betrouwbare en veilige ICT-infrastructuur. In een omgeving met snel veranderende cyberrisico’s is het van belang dat er actueel beleid is op het gebied van informatieveiligheid. Dit beleid is in 2021 volledig geactualiseerd en opnieuw  vastgesteld.
Eind 2020 was er een grote ransomware aanval bij de gemeente Hof van Twente. Naar aanleiding hiervan is ook onze eigen beveiliging kritisch tegen het licht gehouden. Deels intern en deels extern door Ordina Cybersecurity & Compliance in de vorm van een vulnerability scan en een penetratietest. Uitgangspunt daarbij is de Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO), die regels geeft rondom informatieveiligheid. Waar nodig zijn aanvullende maatregelen getroffen om de risico’s op dit gebied verder te beperken. Opleiding en bewustwording van medewerkers is daarbij een voortdurend punt van aandacht. Via de zelfevaluatie ENSIA (Eenduidige Normatiek Single Information Audit) wordt vanaf 2017 (jaarlijks) verantwoording afgelegd over de gemeentelijke inspanningen op het gebied van informatieveiligheid. De zelfevaluatie is eind december afgerond en de resultaten worden in het tweede kwartaal van 2022 verstrekt aan de raad.

Rechtmatigheidsverklaring
Met ingang van het verslagjaar 2022 dient er een rechtmatigheidsverantwoording in de jaarrekening te worden opgenomen. Dit onder voorbehoud van tijdige wetswijziging. Hierdoor wordt het college verantwoordelijk voor de afgifte van de rechtmatigheidsverantwoording, waarin wordt aangegeven  in hoeverre de gemeente (financieel) heeft gehandeld in overeenstemming met wet- en regelgeving, opgenomen in het normenkader. De accountant blijft toetsen of de jaarrekening getrouw is en controleert derhalve ook de rechtmatigheidsverantwoording. Het huidige afzonderlijke rechtmatigheidsoordeel in de controleverklaring van de accountant komt te vervallen.
Vooruitlopend hierop heeft gemeente Twenterand het controlejaar 2021 deels als een proefjaar gebruikt om ervaring op te doen. Op basis van een ‘PVA Rechtmatigheidsverantwoording’ is gewerkt aan kennis en bewustwording, zijn verantwoordelijkheden en taken belegd, zijn procesbeschrijvingen geactualiseerd met aandacht voor risico’s en beheersmaatregelen en is gewerkt aan rechtmatigheidsverklaringen van processen met de grootste financiële impact. 

Griffie

Terug naar navigatie - Griffie

Griffie


Maatschappelijk effect
De griffie richt zich op een hoogwaardige kwaliteit van bestuurlijke besluitvorming. De griffie ondersteunt en adviseert hierbij de raad, het bestuursorgaan dat besluiten neemt. De raad doet dat vanuit haar volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol. Een hoogwaardige kwaliteit van bestuurlijke besluitvorming is van belang voor het goed functioneren van de democratie. Dit beoogde maatschappelijk effect is geen stip aan de horizon, maar een vrij constant gegeven waar voortdurend aan gewerkt moet worden. De ambitie ligt met name in de term “hoogwaardige”, waarbij het van belang is om continu aan te sluiten bij en te anticiperen op de (veranderende) vraag uit de raad en de samenleving.


Ontwikkelingen 2021
De volgende ontwikkelingen en gebeurtenissen hebben in 2021 specifieke aandacht gevraagd van de griffie.  
• Hoe om te aan met de beperkingen die Covid-19 met zich mee brengt.
• In een werkgroep, met daarin vertegenwoordiging van raad, griffie en ambtelijke organisatie en externe ondersteuning, is gewerkt aan een aanpak om de leesbaarheid en inzichtelijkheid van de begroting en andere P&C documenten te verbeteren.
• Voorbereiding op de gemeenteraadsverkiezingen van 2022.
• Verminderde belangstelling voor “politiek” en opkomstbevordering.
• Efficiënte bezetting op de griffie.
• Groeiende en veranderende intergemeentelijke samenwerking binnen de Regio Twente.
• Nieuwe wettelijke verplichting tot ondertiteling van de uitzendingen en videoverslagen van de raadsvergaderingen en raadsdebatten, alsmede de archivering daarvan.


Middelen
Het budget voor griffie en raad is beperkt. Desalniettemin waren er voor 2021 voldoende middelen beschikbaar om de hierboven genoemde ontwikkelingen te volgen en waar nodig van een passende invulling te voorzien. Voor de laatst genoemde ontwikkeling (de wettelijk verplichte ondertiteling van de uitzendingen/videoverslagen van de raadsdebatten en de raadsvergaderingen, alsmede de archivering daarvan) is bij de begroting een extra budget beschikbaar gesteld: €11.000,- structureel en €8.000,- incidenteel. Deze bedragen bleken voldoende om de kosten te dekken.

Paragraaf Verbonden partijen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Vanwege de bestuurlijke, beleidsmatige en of financiële belangen en mogelijke risico’s wordt in de begroting en jaarstukken aandacht besteed aan derde rechtspersonen (de verbonden partij), waarmee de gemeente een bestuurlijke en financiële band heeft. De paragraaf verbonden partijen geeft inzicht in deze relaties van de gemeente. Onder verbonden partijen moet worden verstaan: privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisaties, waarin de gemeente een bestuurlijk én een financieel belang heeft, zoals deelnemingen (vennootschappen), gemeenschappelijke regelingen (Wet gemeenschappelijke regeling) en/of stichtingen en publiek private samenwerkingsconstructies. Onder ‘bestuurlijk belang’ wordt verstaan: een zetel in het bestuur of het hebben van stemrecht. Met een ‘financieel belang’ wordt bedoeld dat middelen ter beschikking zijn gesteld die verloren gaan in geval van faillissement van de ‘verbonden partij’ of als financiële problemen bij een ‘verbonden partij’ op de gemeente kunnen worden verhaald.

Wat willen we bereiken
Twenterand wil meedoen in partijen die een publiek belang dienen, zodat de visies en beleidsdoelstellingen van de gemeente ondersteund en uitgedragen worden. Indien participatie leidt tot inkomsten voor de gemeente worden deze inkomsten ingezet als technisch onderdeel van de gemeentebegroting. Hierbij worden de risicobeperkingen, die de Wet Financiering Decentrale Overheden gemeenten oplegt bij dergelijke deelnemingen, in acht genomen.

Wat doen we daarvoor
De gemeente Twenterand neemt actief deel in bestuurlijke overleggen van verbonden partijen, waarbij voorafgaand aan deze vergaderingen het college een standpunt inneemt ten aanzien van de agenda. Via de besluitenlijsten van het college worden de gemeenteraad en de inwoners over de externe vertegenwoordigingen geïnformeerd.

De verbonden partijen van de gemeente Twenterand zijn gerubriceerd naar de volgende categorieën:
A. Gemeenschappelijke regelingen

Regio Twente/GR Gezondheid
Veiligheidsregio Twente
GR Soweco
GR Stadsbank Oost Nederland
Gemeentelijk Belastingkantoor Twente
Omgevingsdienst Twente
B. Deelnemingen in vennootschappen (NV’s, BV’s, VOF’s en CV’s) en coöperaties

Cogas N.V.
Twence B.V.
N.V. Rova Holding
Wadinko N.V.
Bank Nederlandse Gemeenten (BNG)
Enexis
Zonnepark Oosterweilanden
C. Deelnemingen in Stichtingen en Verenigingen

Dimpact
Euregio
P-10 (plattelandsgemeenten)

In bijlage D van deze begroting wordt, conform de richtlijnen van de BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) en de financiële verordening van de gemeente Twenterand, een nadere uitwerking per verbonden partij weergegeven. De eventuele risico’s rondom de verbonden partijen zijn opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen.

Gemeenschappelijke regelingen: Regio Twente/GR Gezondheid

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regelingen: Regio Twente/GR Gezondheid

Programma:
Deze gemeenschappelijke regeling levert een bijdrage aan het realiseren van doelstellingen van alle programma’s en diverse doelenbomen. Op 8 juni 2021 heeft het college van B en W ingestemd met de Integrale bestuurlijke eindtoets veranderopdracht Regio Twente, waarmee de transitie van de Regio Twente formeel is afgerond. De transitie is bedoeld om meer focus en eenvoud aan te brengen in de regionale samenwerking Er staat een nieuwe structuur voorzien met meer focus en eenvoud in regionale samenwerking. De ‘oude’ organisatie Regio Twente is opgesplitst in vier verschillende onderdelen:

  • GR Gezondheid: een organisatie voor gezondheid met daarin de GGD, OZJT, Veilig Thuis Twente en Kennispunt Twente alsmede Samen14.
  • Twente Board: een organisatie waarin 3 o’s, onderwijs, ondernemers en overheid, samenwerken aan de sociaaleconomische structuurversterking. De inbreng vanuit Twenterand wordt ingebracht via het Bestuurlijk Overleg sociaaleconomische structuurversterking.
  • Recreatieschap Twente: een lichte samenwerkingsvorm waarin recreatieparken, recreatieve routes en fietspaden voor inwoners van Twente worden beheerd en onderhouden. Het strategisch beleid op dit gebied ligt bij de Twente Board.
  • Coalitions of the willing: vrijwillige samenwerkingen op het gebied van Milieu, Duurzaamheid en Afval (MDA) en RES en Twentse Kracht.
  • Resttaken: samenwerking op de onderwerpen Mobiliteit en Arbeidmarktregio.

Doelstelling:
Samenwerken aan een gezonde, veilige, leefbare en bereikbare regio.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De aangesloten (14) gemeenten zijn: Almelo, Borne, Dinkelland, Enschede, Hof van Twente, Haaksbergen, Hellendoorn, Hengelo, Losser, Oldenzaal, Rijssen-Holten, Tubbergen, Twenterand en Wierden. De regionale samenwerking wordt op een breed terrein verricht: algemeen bestuurlijk, economische zaken, volksgezondheid, milieu, ruimtelijke ordening en recreatie en toerisme.

De gemeente Twenterand heeft de Bestuursovereenkomst sociaal economische structuurversterking als enige van de 14 Twentse gemeenten niet ondertekend. Deze overeenkomst vormt de basis voor de samenwerking op sociaal-economisch gebied. De reden om niet te ondertekenen is de te grote onzekerheid over uittredingskosten. Bovendien wordt hiermee de gemeenteraad optimaal in staat gesteld om voor de begroting 2023 een afgewogen besluit te nemen over mogelijke deelname aan de nieuwe Agenda voor Twente. De gemeente Twenterand neemt deel aan de Agenda voor Twente voor de periode 2018-2022. In deze regionale agenda, bedoeld om de sociaaleconomische structuur van Twente te versterken, staan vier actielijnen centraal: Techniek als motor; Arbeidsmarkt & talent; Bereikbaarheid & vestigingsklimaat; Circulaire economie & duurzaamheid.

Financiële relatie / financieel belang:
De gemeenten dragen gezamenlijk bij aan de kosten van de Regio Twente. Verdeling van deze bijdrage gebeurt in de meeste gevallen op basis van inwonertal. Een uitzondering hierop is de JGZ-bijdrage, deze wordt verdeeld op basis van het aantal jeugdigen. De bijdrage aan Regio Twente bedraagt in 2021 €1.994.000,-. De stijging ten opzichte van 2020 hangt vooral samen met de geraamde loon- en prijsontwikkeling. 

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € 10.484
Eigen vermogen 31-12-2021 € 16.055
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 37.005
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 21.833
Financieel Resultaat 2021 € 489

Gemeenschappelijke regelingen: Veiligheidsregio Twente

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regelingen: Veiligheidsregio Twente

Programma:
Veiligheidsregio Twente (VRT) is een samenwerkingsverband van hulpverleningsdiensten en de veertien gemeenten in Twente. De samenwerking is gestoeld op de Wet Veiligheidsregio’s en de Wet Gemeenschappelijke Regelingen. De basis voor de ambtelijke organisatie van de VRT wordt gevormd door de volgende organisatieonderdelen: ‘Veiligheidsbureau’, ‘Brandweer Twente’, ‘GHOR’ (Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio) en ‘Gemeenten’. Deze organisatieonderdelen zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de wettelijke taken en werken onder de verantwoordelijkheid van het Algemeen Bestuur VRT multidisciplinair samen.

Doelstelling:
Veiligheidsregio Twente zet zich in voor effectieve voorbereiding op en bestrijding van crises en rampen. De VRT kent meerdere programma’s, waaronder:
- Multidisciplinaire onderwerpen
- Brandweer
- GHOR
- Gemeenten

In de programmabegroting 2021 van de VRT stonden de doelstellingen  voor 2021. 

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
Op grond van de Wet Veiligheidsregio’s werken de Twentse gemeenten samen binnen de gemeenschappelijke regeling op het gebied van crisisbeheersing en rampenbestrijding. Het Algemeen Bestuur van de VRT wordt gevormd door de Twentse burgemeesters.

Financiële relatie / financieel belang:
De gemeentelijke bijdrage wordt verdeeld over de Twentse gemeenten. Sinds 2016 wordt hierbij gebruik gemaakt van de Cebeon-verdeelsystematiek (Cebeon is het bureau dat de verdeelsystematiek voor het gemeentefonds periodiek onderhoudt.) De gemeente Twenterand droeg  in 2021 ruim 2 miljoen euro bij aan de VRT.  Dit bedrag is grotendeels gedekt uit de bijdrage die de gemeente Twenterand ontvangt vanuit het Gemeentefonds (cluster Openbare Orde en Veiligheid, subcluster Brandweer en Rampenbestrijding). Er moest voor 2021 extra geld begroot worden om aangesloten te blijven bij de programmabegroting van de VRT.

Beleidsvoornemens:
‘Stabiele factor in tijden van verandering’.  Dat is de rode draad van de koers voor de komende jaren. We leven in een wereld
waarin ontwikkelingen elkaar snel opvolgen. Dit biedt kansen, tegelijkertijd stelt het ons voor een aantal uitdagingen.  De Veiligheidsregio Twente focust de komende jaren op:

- Continuiteit en stabiliteit; het goed blijven doen, zoals we dat nu doen, met voldoende mensen en
middelen
- Een nieuwe meldkamerlocatie in Apeldoorn.
- Aansluiting blijven vinden en behouden bij de Twentenaren.
- Technologische veranderingen: kansen benutten en proactief reageren op potentiele bedreigingen.
- Anticiperen op crisistypen gerelateerd aan klimaatverandering
- Anticiperen op de wijziging van meerdere wetten die invloed hebben op onze taken

In 2021 heeft corona opnieuw een grote impact gehad op de werkzaamheden van de Veiligheidsregio Twente. Vanuit de Veiligheidsregio was er een regionaal kernteam, projectteam en regieteam handhaving actief om de gemeenten te ondersteunen bij de bestrijding van de coronacrisis. Daarnaast heeft het opleiden, trainen en oefenen in 2021 veelal digitaal plaatsgevonden. 

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € 2.822
Eigen vermogen 31-12-2021 € 2.034
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 55.396
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 57.791
Financieel Resultaat 2021 € 1.300

Gemeenschappelijke regelingen: Soweco

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regelingen: Soweco

Programma:
Deze gemeenschappelijke regeling levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma Maatschappelijke ontwikkeling en zelfredzaamheid en programma Economie en vrijetijdsbesteding.

Doelstelling:
Het doel van de GR Soweco is het uitvoeren van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) voor de betrokken gemeenten. Deze wet is het bieden van een passende werkplek aan personen die uitsluitend onder aangepaste omstandigheden in staat zijn tot het verrichten van arbeid. Het werk is gericht op behoud, herstel en bevordering van de arbeidsgeschiktheid. De GR SOWECO is in liquidatie en de nieuwe organisatie Ontplooj heeft een deel van de taken overgenomen. Zodra de liquidatie is afgerond en de GR is opgeheven dan vervalt ook de GR SOWECO als verbonden partij.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De aangesloten gemeenten waarmee een samenwerkingsverband bestaat zijn Almelo, Hellendoorn, Rijssen-Holten, Tubbergen, Wierden en Twenterand. De GR Soweco is ontstaan in 1969, toen de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) in werking trad.

Financiële relatie / financieel belang:
De exploitatie van Soweco kent een negatief resultaat  dat gedragen moet worden door de deelnemende gemeenten, waaronder de gemeente Twenterand. 

Beleidsvoornemens:
De gemeenten zijn verantwoordelijk voor alle mensen met arbeidsvermogen die ondersteuning nodig hebben. Dit is een grote opgave in het Sociaal Domein. Er stromen geen mensen meer in de Wsw, waardoor (naar verwachting) de SW populatie jaarlijks gemiddeld met 6% vermindert. De traditionele uitvoering voor de SW maakt steeds meer plaats voor een uitvoering voor alle doelgroepen binnen de Participatiewet. In anticipatie hierop wordt de GR opgeheven.
In maart 2020 is een akkoord gesloten tussen raad van commissarissen en directie van Soweco NV en het dagelijks bestuur van GR Soweco over de toekomstige lokale uitvoering van de Wsw. Dit akkoord is verwoord in de Contourennota. Deze nota is vervolgens in de 6 colleges van burgemeester en wethouders van de deelnemende gemeenten vastgesteld.
Als gevolg van dit akkoord heeft het AB op 2 juli 2020 (na consultatie van de gemeenteraden) het besluit genomen om de GR op te heffen en in liquidatie te brengen per 1 januari 2021.  Over 2021 wordt er geen jaarrekening van de NV meer gemaakt, de afwikkeling wordt meegenomen in de eindafrekening van de NV. Van de GR is nog wel een jaarrekening gemaakt omdat deze voorlopig nog in stand blijft. Dit draagt bij aan de drie geformuleerde doelen in de doelenboom Sociale zaken: ‘Naar vermogen participerende (niet)-uitkeringsgerechtigden in de maatschappij, ‘’Financieel zelfredzame inwoners’’ en ‘’Sociaal zelfredzame inwoners’’.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 GR € 4.469
Eigen vermogen 31-12-2021 GR € 5.131
Vreemd vermogen 1-1-2021 GR € 4.794
Vreemd vermogen 31-12-2021 GR € 924
Financieel Resultaat 2021 GR € 663.000

Gemeenschappelijke regelingen: Stadsbank Oost Nederland

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regelingen: Stadsbank Oost Nederland

Programma:
Sociaal Domein

Doelstelling:
De Stadsbank is een kredietbank, zoals bedoeld in de Wet op het consumentenkrediet. De Stadsbank heeft tot doel een verantwoord pakket aan te bieden van financiële dienstverlening.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De GR wordt gevormd door 22 deelnemende gemeenten in de Achterhoek en Twente. De portefeuillehouder Sociale Zaken heeft zitting in het Algemeen Bestuur. Het Algemeen Bestuur vergadert circa twee keer per jaar.

Financiële relatie / financieel belang:
In 2021 zijn we  € 228.340 kwijt geweest aan de Stadsbank. Deze uitgaven bestaan uit een bijdrage in de bestaanskosten (€ 91.386), afname standaard dienstverlening (€ 30.521), afname additionele dienstverlening (€ 104.893) en overige kosten (€ 1540). De standaard dienstverlening omvat producten als schuldenregeling, budgetbeheer, dwangakkoord en aanvraag WSNP.  De additionele dienstverlening omvat maatwerkafspraken per gemeente. Bij ons zijn de uitgaven aan additionele dienstverlening relatief hoog. Dit komt omdat we de bemensing van ons gemeentelijk Meldpunt Schulden via een detacheringsconstructie bij de Stadsbank regelen.  

De Stadsbank ziet de afname van de reguliere dienstverlening de laatste jaren gestaag teruglopen, zo ook voor onze gemeente. Dit wordt veroorzaakt doordat steeds meer gemeenten inzetten op preventie, bijvoorbeeld via vroegsignalering. Voor het jaar 2021 hebben de GR  gemeenten, in verband met de corona pandemie,  besloten te betalen voor de niet afgenomen reguliere dienstverlening. In ons geval bedroeg dit een bedrag van € 7603. We hebben aangegeven dat dit wat ons betreft voor de laatste keer was. We willen dat onze preventieve activiteiten op het gebied van schudhulpverlening zich vertalen in een afname van de standaarddienstverlening bij de Stadsbank en dus lagere kosten. De Stadsbank staat dus voor de uitdaging zijn bedrijfsvoering meer flexibel te maken en aan te passen aan de actuele situatie. 

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € 1.183
Eigen vermogen 31-12-2021 € 971
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 15.001
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 14.781
Financieel Resultaat 2021 € -117

Gemeenschappelijke regelingen: Omgevingsdienst Twente

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regelingen: Omgevingsdienst Twente

Tekst uit programmabegroting 2021

Programma:
Deze gemeenschappelijke regeling levert een bijdrage aan het realiseren van doelstellingen van programma Ruimte en heeft raakvlakken met bijna alle doelenbomen binnen dit programma. Primair gaat het om de uitvoering van alle milieutaken, maar ook milieu gerelateerde taken zoals: duurzaamheid en de invoering van de Omgevingswet.

Doelstelling:
Samenwerken aan een gezonde, veilige, leefbare en prettige regio.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De deelnemende Twentse gemeenten (14) zijn: Almelo, Borne, Dinkelland, Enschede, Hof van Twente, Haaksbergen, Hellendoorn, Hengelo, Losser, Oldenzaal, Rijssen-Holten, Tubbergen, Twenterand en Wierden. Ook de provincie Overijssel is deelnemer. De werkzaamheden worden milieu breed of wel omgevingsbreed verricht. Belangrijke thema's betreffen, volksgezondheid, milieu en ruimtelijke ordening.

Financiële relatie / financieel belang:
De gemeenten dragen gezamenlijk bij aan de kosten van de Omgevingsdienst Twente. Verdeling van deze bijdrage gebeurt in de meeste gevallen op basis van inwonertal. Een uitzondering hierop is de bijdrage van de provincie. Deze bijdrage is gerelateerd aan de grootste gemeente binnen de regio Twente. De bijdrage van de gemeente Twenterand aan de Omgevingsdienst Twente was in 2021 € 599.748,-. In de opstartfase om te komen tot de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Twente is in het Bedrijfsplan de intentie verwoord om binnen enkele jaren door te ontwikkelen naar een outputfinanciering'.  Op 5 maart 2021 heeft het Algemeen Bestuur van de OD Twente haar goedkeuring gegeven aan de beslisnota
“Gefaseerde invoering outputfinanciering OD Twente”.  Dit zal ertoe leiden dat de Ontwerp Programmabegroting OD Twente 2023 in plaats van een bijdrage vooraf  gebaseerd wordt op de diensten die worden gevraagd en worden geleverd door de Omgevingsdienst Twente. 

Beleidsvoornemens:
De gemeente Twenterand neemt deel aan de ontwikkeling van beleidsregels voor alle VTH-Taken (Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving). Primair zijn deze gericht op de milieutaken, maar dezen worden zodanig lokaal 'ingekleurd' dat ze ook voor de niet milieutaken toegepast kunnen worden. Te denken valt aan Risicoanalyses waarmee op basis van risico's bij niet naleving geprioriteerd uitvoering kan worden gegeven aan de VTH-taken. VTH-beleid betreffende kwaliteitsnormen en bodemkwaliteitskaarten. De gemeente Twenterand is vertegenwoordigd in het Portefeuillehoudersoverleg VTH en het Algemeen Bestuur van de Omgevingsdienst Twente.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € 1.671
Eigen vermogen 31-12-2021 € 2.348
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 1.616
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 1.784
Financieel Resultaat 2021 € 1.217
Financieel resultaat 2021 is nog niet vastgesteld en kan nog in hoogte afwijken o.b.v. bestuurlijk besluit.

Gemeenschappelijke regelingen: Gemeentelijk Belastingkantoor Twente

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regelingen: Gemeentelijk Belastingkantoor Twente

Programma:
Het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente (GBTwente) is een gemeenschappelijke regeling die een bijdrage levert aan het realiseren van de doelstelling van programma Fundament.

Doelstelling:
Het heffen en invorderen van gemeentelijke belastingen en de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
Het GBTwente wordt gevormd door de gemeenten Almelo, Borne, Enschede, Haaksbergen, Hengelo, Losser, Oldenzaal en Twenterand.
De gemeente Twenterand wordt in het algemeen bestuur vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Financiën.

Financiële relatie / financieel belang:
De gemeentelijke bijdrage wordt berekend op basis van het aantal aanslagen van de verschillende belastingen die voor de gemeente Twenterand worden uitgevoerd. De bijdrage voor 2021 is €614.866,-

Beleidsrealisatie: 
De visie van het GBTwente luidt: ‘Het GBTwente maakt belastingen begrijpelijk en persoonlijk’. Omdat het belastingproces een complex geheel van beleid, uitvoering en besteding is, waarbij veel verschillende stakeholders betrokken zijn, wil het GBTwente de gemeentelijke belastingen voor iedereen begrijpelijk maken op een persoonlijke manier. Kernwaarden die aansluiten bij deze visie zijn: deskundig, helder, integer en behulpzaam. De randvoorwaarde voor de komende jaren is het geven van financiële zekerheden. Het GBTwente hanteert een strategie die gericht is op: foutloos, sneller en goedkoper werken.
In 2021 is het project “Van M3 naar M2” door het GBTwente afgerond voor de gemeente Twenterand.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € 336
Eigen vermogen 31-12-2021 € 361
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 8.166
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 10.342
Financieel Resultaat 2021 € 24

Deelnemingen in vennootschappen: Cogas NV

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Cogas NV

Programma:
Deze deelneming levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling op het beleidsveld Milieu.

Doelstelling:
Cogas voorziet onder meer in de behoefte aan openbare nutsvoorzieningen in de gemeenten die in de vennootschap deelnemen en in haar concessie-en machtigingsgebieden. Twenterand valt onder het verzorgingsgebied van Cogas. Oorspronkelijk doel van de Cogas N.V. was het voorzien in een dekkende en betrouwbare energie- en kabelinfrastructuur op het grondgebied van de deelnemende gemeenten. Momenteel zijn het realiseren van duurzame en innovatieve energieoplossingen belangrijke doelen geworden.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De aandelen van de Naamloze Vennootschap Cogas Holding zijn in handen van 9 Overijsselse gemeenten. Cogas is gevestigd in Almelo. Aandeelhouders zijn de gemeenten Almelo, Borne, Dinkelland, Hardenberg, Hof van Twente, Oldenzaal, Tubbergen, Twenterand en Wierden.

Financiële relatie / financieel belang:
Twenterand bezit 558 aandelen à €454,-; totale (nominale) waarde van €253.332,-. Dit betreft 11 % van de aandelen. Hierop wordt jaarlijks dividend uitgekeerd. De dividenduitkering aan Twenterand wordt voor 2021 geraamd op €1.116.000,-.

De verkoop van het Cogas belang in CKI leidde tot een  (eenmalig) uitkering in 2021 aan de aandeelhouders (voor Twenterand bijna € 3,3 mln. eenmalig) en heeft structurele gevolgen voor de  dividenduitkeringen, die vanaf 2026 halveren.  

Beleidsrelatie: Voor de energietransitie focust Cogas met de projecten meer op haar verzorgingsgebied met de eigen aandeelhoudende gemeenten.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € 199.111
Eigen vermogen 31-12-2021 € 144.771
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 95.877
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 116.694
Financieel Resultaat 2021 € 5.492
In 2021 heeft Twenterand € 4.395.689 aan dividend ontvangen.

Deelnemingen in vennootschappen: Twence BV

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Twence BV

Programma:
Deze deelneming levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma Ruimte en specifiek aan het thema Duurzaamheid en Milieu.

Doelstelling:
Openbaar belang
Terugwinning van grondstoffen en energie uit huishoudelijk afval door duurzame en betaalbare verwerking van afval en bevordering van de samenwerking op het gebied van innovatief afvalbeleid (circulaire economie).

Welke doelen streeft de gemeente na met deze partij?
Behouden van verwerkingscapaciteit voor huishoudelijk afval tegen reële tarieven.
In stand houding van een bedrijf dat op een duurzame wijze afval verwerkt tot grondstoffen en energie.
We stemmen alleen in met extra investeringen als deze bij kunnen dragen aan beleidsdoelen van de gemeente Twenterand.
Beheren en exploiteren van milieuvoorzieningen, het verlenen van diensten op het gebied van milieubeheersing in het algemeen, het bewerken en verwerken van huishoudelijk afval en bedrijfsafval en het produceren en leveren van (duurzame) energie en secundaire grondstoffen.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
Twence is een overheidsbedrijf (uitsluitend gemeentelijke aandeelhouders) voor de verwerking van afval tot grondstoffen en energie. De Twentse gemeenten hebben gezamenlijk een aandeel van 96.35 % in Twence Holding B.V.

Financiële relatie / financieel belang:
Twenterand bezit 43.909 aandelen ( 5,17 %) ter waarde van €43.909,- (nominale waarde), waarop jaarlijks dividend wordt uitgekeerd. De uitgekeerde dividenduitkering (over boekjaar 2020) in 2021 is €274.164,- (incl. dividendbelasting) en een borgstellingsvergoeding van €87.294,-. In 2021 is de laatste borgstellingsvergoeding uitgekeerd.

Beleidsvoornemens:
In 2021 is er verder gewerkt aan de doelen van het Strategisch beleidsplan 2020 - 2023. De verwerkingsinstallatie voor GFT is in 2021 weer in gebruik genomen, na de brand van 2019. Ook is er een subsidietoezegging gekregen voor het bouwen van een CO2 afvanginstallatie. Deze installatie zal eind 2023 in gebruik genomen worden en heeft de mogelijkheid om circa 100.000 ton CO2 af te vangen.  Twence heeft zich in 2021 meer ingezet op hernieuwbare warmte en energie, zo wordt Grolsch aangesloten op het warmtenet en is het zonnepark 't Rikkerink in bedrijf genomen.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € 142.825
Eigen vermogen 31-12-2021 € 149.605
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 132.367
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 168.317
Financieel Resultaat 2021 € 12.082

Deelnemingen in vennootschappen: Rova Holding NV

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Rova Holding NV

Programma:
Deze deelneming levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma Ruimte en specifiek aan het thema Duurzaamheid en Milieu.


Doelstelling:
Het bevorderen van en/of het doen realiseren van integraal afvalketenbeheer en het leveren van kwalitatief hoogwaardige dienstverlening op het terrein van verwijdering van afvalstoffen, waaronder begrepen beleidsondersteuning en collectieve aanbestedingen ten behoeve van deelnemende overheden.

Welke doelen streeft de gemeente na met deze partij?
- het inzamelen en verwerken van huishoudelijk afval tegen zo laag mogelijke kosten voor de inwoners
- het in stand houden van een bedrijf dat op duurzame wijze diensten aan gemeenten verleend op het gebied van huisvuilinzameling, terugwinning van grondstoffen en BOR taken.


Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
ROVA is een afvaladvies-, regie- en verwijderingsorganisatie. Het werkgebied van ROVA telt 23 gemeenten in Midden en Oost-Nederland. Het betreft de organisatie, beheer en uitvoering van publieke taken voortvloeiend uit de afvalzorgplicht van de aangesloten gemeenten en de uitvoering van de gemeentelijke reinigingstaken.

Twenterand bezit 335 aandelen (3 %) ter waarde van €38.005,75 (nominale waarde) waarop jaarlijks dividend wordt uitgekeerd. Het normdividend bedraagt voor 2021 €100.000,-. Dit bedrag wordt ondergebracht bij de algemene dekkingsmiddelen. 


Beleidsvoornemens:
De ontwikkelvisie van ROVA houdt onder andere in dat afval als grondstof wordt gezien en dat ROVA er naar streeft om het dienstenpakket verder uit te breiden met taken op gebied van het Beheer van openbare ruimte. Nagenoeg alle ROVA gemeenten hebben de afgelopen jaren nieuwe afvalbeleidsprogramma’s aangenomen in de vorm van een grondstoffenplan. In alle gemeenten zijn de resultaten zeer positief. Een aantal ROVA-gemeenten laat nu al resultaten zien tot minder dan 50 kilo per inwoner per jaar. Toch ziet ROVA nog voldoende ambities. Verdere optimalisaties in de inzameling waaronder het vinden van oplossingen voor hoogbouw en het vinden van recycling oplossingen voor overblijvende reststromen zoals luiers vormen nog steeds een uitdaging.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € 38.966
Eigen vermogen 31-12-2021 € 40.320
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 53.383
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 58.840
Financieel Resultaat 2021 € 5.133

Deelnemingen in vennootschappen: Wadinko NV

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Wadinko NV

Programma:
Deze deelneming levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma Economie en vrije tijdsbesteding.

Doelstelling:
Wadinko is een regionale participatiemaatschappij, die de bedrijvigheid en daarmee de werkgelegenheid wil bevorderen in Overijssel, de Noord-Oostpolder en Zuidwest Drenthe. Wadinko heeft op dit moment één participatie binnen de gemeente Twenterand.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De aandeelhouders van Wadinko zijn de provincie Overijssel en 24 gemeenten uit het werkgebied van de voormalige Waterleiding Maatschappij Overijssel. Wadinko is gevestigd in Zwolle.

Financiële relatie / financieel belang:
Voor 2021 en verder is €42.500,- begroot aan dividend.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € 65.495,00
Eigen vermogen 31-12-2021 € 74.146
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 5.454
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 6.922
Financieel Resultaat 2021 € 8.651
In 2021 heeft Wadinko geen dividend uitgekeerd vanwege het feit dat diverse participaties gebruik hebben gemaakt van NOW.

Deelnemingen in vennootschappen: Bank Nederlandse Gemeenten (BNG)

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Bank Nederlandse Gemeenten (BNG)

Programma:
Deze deelneming levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma Fundament en specifiek aan het beleidsveld Middelen.

Doelstelling:
BNG vertaalt haar missie in de volgende strategische doelstellingen:
- behoud van substantiële marktaandelen in de Nederlandse publieke sector en semipublieke domein;
- behalen van een redelijk rendement voor aandeelhouders.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De BNG is opgericht in 1914 en gevestigd in Den Haag. Het is de bank van en voor de overheid en instellingen voor het maatschappelijke belang. De BNG probeert zo goedkoop mogelijke financiële dienstverlening aan de gemeenten te bieden. Daardoor heeft zij toegevoegde waarde voor haar aandeelhouders en de Nederlandse publieke sector. De BNG is een structuurvennootschap.

Financiële relatie / financieel belang:
De aandelen zijn voor de helft in handen van de Staat, de andere helft is in handen van gemeenten en provincies. De BNG is, gemeten naar balanstotaal, de grootste overheidsbank van Nederland. De nominale waarde van de aandelen BNG van de gemeente Twenterand is €59.670,- (23.868 aandelen à € 2,50).  Dit betreft 0,04% van het aandelenkapitaal. Voor 2022 en verder is €24.000,- begroot aan dividend.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € 5.097.000
Eigen vermogen 31-12-2021 € 5.062.000
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 155.262.000
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 143.995.000
Financieel Resultaat 2021 € 236.000
In 2021 heeft Twenterand € 43.000 aan dividend ontvangen

Deelnemingen in vennootschappen: Enexis

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Enexis

Programma:
Deze deelneming levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling op beleidsveld Milieu en programma Fundament.

Doelstelling:
Een op zo duurzaam mogelijke wijze verzorgen van een betrouwbaar en betaalbaar energietransport nu en in de toekomst.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
Twenterand bezit  42.621 aandelen Enexis. Dit betreft 0,0285% van het aandelenkapitaal. 

Financiële relatie / financieel belang:
Voor 2022 en verder is €32.000,- begroot aan dividend.

Beleidsvoornemens:

Geen; gezien de beperkte omvang van het aandelenbezit wordt Enexis als beleidsarm gezien. 

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € 4.116.000
Eigen vermogen 31-12-2021 € 4.241.000
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 4.635.000
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 5.154.000
Financieel Resultaat 2021 € 199.000
In 2021 heeft Twenterand € 21.000 aan dividend ontvangen.

Deelnemingen in vennootschappen: Zonnepark Oosterweilanden

Terug naar navigatie - Deelnemingen in vennootschappen: Zonnepark Oosterweilanden

Programma:
Zonnepark Oosterweilanden B.V. wekt duurzame energie op d.m.v. zonnepanelen en levert daarmee een bijdrage aan de duurzaamheidsopgaven van de gemeente.

Doelstelling:
Het doel van Zonnepark Oosterweilanden B.V. is het opwekken van duurzame energie en het stimuleren van het gebruik van duurzame energiebronnen.

Bestuurlijke relatie/bestuurlijk belang:
De gemeente Twenterand is 100% aandeelhouder van Zonnepark Oosterweilanden B.V.

Financiële relatie/financieel belang:
Zonnepark Oosterweilanden B.V. exploiteert het zonnepark op ca. 13,9 ha. Vanaf 2021 zijn de eerste winsten meegenomen in de meerjarenbegroting. 

Beleidsvoornemens:
In 2021 is voor het eerst dividend uitgekeerd. Dit is (deels) gestort in een duurzaamheidsfonds, waarmee duurzaamheidsinitiatieven binnen de gemeente Twenterand worden bevorderd. De stortingen van de opbrengsten in en de uitnames uit het duurzaamheidsfonds zijn gezamenlijk budgetneutraal.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € -151
Eigen vermogen 31-12-2021 € 146
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 6.809
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 6.773
Financieel Resultaat 2021 € 597

Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: Dimpact

Terug naar navigatie - Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: Dimpact

Programma:

Deze deelneming draagt binnen bedrijfsvoering bij aan het realiseren van actuele informatie die veilig, beschikbaar, betrouwbaar en toegankelijk is in efficiënte systemen.

Doelstelling:
Doel van Dimpact is het mogelijk maken van ‘excellente publieke dienstverlening en interactie met burgers, bedrijven en instellingen’ voor gemeenten. De klant centraal stellen en de nieuwe informatie-architectuur spelen daarin een prominente rol. Dimpact heeft geen winstoogmerk, alle leden zijn eigenaar van de coöperatie. Gezamenlijk sturen zij de ontwikkelingen aan. Samenwerking, kennisdeling en hergebruik van oplossingen zijn daarbij de basis. Het namens de deelnemende gemeenten selecteren en aanschaffen van applicatie(licentie)s levert wezenlijke prijsvoordelen op.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
Op 1 januari 2021 bestaat het ledenbestand uit 39 gemeenten, die gezamenlijk zo'n 2.700.000 inwoners vertegenwoordigen. Dimpact vertegenwoordigt daarmee zo’n 16% van Nederland.
Dimpact kent de volgende officiële (statutair vastgelegde) organen:
• de Algemene Leden Vergadering (ALV);
• de Raad van Commissarissen (RvC);
• het bestuur.

Financiële relatie / financieel belang:
De basisbijdrage voor 2021 bedroeg € 123.000 

Beleidsvoornemens:
De speerpunten van Dimpact voor de komende periode zijn op hoofdlijnen:
1. Excellente publieke dienstverlening en klantinteractie mogelijk maken voor gemeenten;
2. Goed (her)gebruik van bestaande diensten door leden;
3. Innovatiekracht vergoten;
4. Inspelen op de landelijke beweging en Common Ground - door (mee) te bouwen aan een moderne informatie-architectuur als fundament voor de publieke dienstverlening;
5. Samenwerken vanuit een integraal dienstverleningsconcept;
6. Diensten-portfolio uitbouwen vanuit deze strategische doelen en inzichten;
7. Wendbaarder en slagvaardiger organiseren van Dimpact.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2020 € 2.179
Eigen vermogen 31-12-2020 € 2.351
Vreemd vermogen 1-1-2020 € 2.022
Vreemd vermogen 31-12-2020 € 1.981
Financieel Resultaat 2020 € 172
* cijfers 2021 waren niet bekend ten tijde van het opmaken van de jaarrekening.
ALV juni 2022

Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: Euregio

Terug naar navigatie - Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: Euregio

Programma:
Deze deelneming levert een bijdrage aan alle programma’s en diverse doelenbomen. Het gaat in het algemeen om bestuurlijke samenwerking en internationale contacten.

Doelstelling:
De Euregio heeft tot doel het stimuleren, ondersteunen en coördineren van regionale grensoverschrijdende samenwerking.

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De Euregio is een grensoverschrijdend samenwerkingsverband van Nederlandse en Duitse gemeenten, steden en (Land-)Kreise.

Financiële relatie / financieel belang:
Voor de Nederlandse gemeenten is de bijdrage aan de Euregio € 0,29 per inwoner.

Beleidsvoornemens:
De Euregio werkt vanuit drie inhoudelijke commissies op de terreinen Maatschappelijke ontwikkeling, Economie en Arbeidsmarkt en Duurzame Ruimtelijke Ontwikkeling.

(Bedragen x € 1.000)
Eigen vermogen 1-1-2021 € 2.305
Eigen vermogen 31-12-2021 € 2.305
Vreemd vermogen 1-1-2021 € 23.389
Vreemd vermogen 31-12-2021 € 12.188
Financieel Resultaat 2021 € 14.712

Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: P-10 (Plattelandsgemeenten)

Terug naar navigatie - Deelnemingen in verenigingen en stichtingen: P-10 (Plattelandsgemeenten)

Programma: 
De P10 levert een bijdrage aan de programma’s Economie en Vrije tijdsbesteding en Fundament

Doelstelling:
De P10 bestaat uit de 29 grootste plattelandsgemeenten van Nederland, die in gezamenlijk verband hun ambities en beleidsvoornemens onder de aandacht brengen van de landelijke en Europese politiek. De deelnemende plattelandsgemeenten zijn: Aa- en Hunze, Altena, Berkelland, Borger-Odoorn, Bronckhorst, De Wolden, Dinkelland, Fryske Marren, Goeree-Overflakkee, Het Hogeland, Hof van Twente, Hollands Kroon, Horst aan de Maas, Hulst, Leudal, Medemblik, Midden-Drenthe, Noardeast-Fryslân, Ooststellingwerf, Opsterland, Peel en Maas, Schouwen-Duiveland, Sluis, Tubbergen, Twenterand, West-Betuwe, Westerkwartier, Westerveld, Weststellingwerf,   

De P10 maakt zich sterk voor de volgende onderwerpen:
• Demografische ontwikkelingen
• Relatie plattelandsgemeente en gemeentefonds
• Recreatie en toerisme
• Functieveranderingen op het platteland
• Nieuwe economische kansen in de buitengebieden
• Veiligheid in het landelijke gebied (aanrijtijden)
• Leefbaarheid in de kernen (voorzieningen, zorg, onderwijs)
• Natuur- en waterbeheer, duurzaamheid

Bestuurlijke relatie / bestuurlijk belang:
De gemeente Twenterand wordt in het Algemeen bestuur vertegenwoordigd door de burgemeester en de wethouder van Economie en vrije tijdsbesteding.

Financiële relatie / financieel belang:
Twenterand betaalt een jaarcontributie van circa €7.750,-

Beleidsvoornemens:
Opkomen voor de gedeelde belangen van de gemeente aangesloten bij P-10

Paragraaf Grondbeleid

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Het grondbedrijf heeft een goed jaar achter de rug. De verkopen liepen goed met name in Zuidmaten Oost en Oosterweilanden. In beide complexen is meer verkocht dan geraamd. Ook kon de provincie instemmen met de uitbreiding van de 2e fase van Garstelanden Oost. Voor dit plan is meer dan voldoende belangstelling en de verwachting is dan ook dat de gronden snel verkocht worden. 

Langzamerhand wordt wel de druk gevoeld dat nieuwe gebieden in exploitatie genomen moeten worden willen we op middel lange termijn kunnen voldoen aan de vraag. Met name in Vriezenveen is de vraag naar woningbouw veel hoger dan het aanbod. In Westerhaar hebben we als gemeente slechts nog een 6 tal kaveltjes. Wel wordt hier gesproken over de ontwikkeling van het Trio-terrein. Op dit moment is er echter nog geen zicht wanneer dit opgepakt gaat worden. In Vroomshoop Oost hopen we een versnelling te bewerkstelligen  in de 3e en 4e fase van Vroomshoop Oost. Dit gebied is door de provincie aangemerkt als sleutelgebied.   

Hoofdlijnen van het grondbeleid

Terug naar navigatie - Hoofdlijnen van het grondbeleid

Onderstaand wordt per complex ingegaan op de huidige situatie.

Oosterweilanden.

De 1e fase is nagenoeg geheel verkocht. Voor de 2e fase wordt het bestemmingsplan voorbereid en zal naar verwachting na de vakantie in 2022 worden begonnen met het bouwrijp maken van dit gedeelte. Door de grote belangstelling wordt ook al nagedacht over een verdere uitbreiding van dit plan met een 4e fase. De 3e fase is bevroren voor een periode van ten minste nog 12 jaar door de aanleg van het Zonnepark Oosterweilanden.

Almeloseweg Oost.

Ook dit plan is nagenoeg geheel verkocht. In de eerste helft van 2022 worden de resterende percelen nog overdragen waarna dit project kan worden afgesloten.

Garstelanden Oost

De provincie heeft ingestemd met het bestemmingsplan. De voorbereiding m.b.t. het bouwrijp maken is opgepakt en medio 2022 hopen we de verkoop te starten. Er zijn 2 geïnteresseerden die samen de hele fase zullen gaan kopen. Daarmee zal een kleine kavel in fase 1  groter worden.

Rest kavel bedrijven

In Kroezenhoek is nog 1 kavel die begin 2022 zal worden gepasseerd. Daarmee is dit plan geheel verkocht. In Vroomshoop Oost liggen 3 kavels naast de gemeente werf. Mogelijk zal de grootste kavel gebruikt gaan worden door gemeente zelf omdat er meer voertuigen gestald moeten worden i.v.m het overgaan van Soweco en Larcom medewerkers naar de gemeentelijke organisatie. Op 1 kavel ligt een optie die in het 1e kwartaal van 2022 zal worden overgedragen. Voor de resterende kavel heeft zich inmiddels een belangstellende gemeld en hiermee worden gesprekken gevoerd.

Zuidmaten Oost

Het bestemmingsplan zal in het 1e kwartaal van 2022 worden vastgesteld. Er zijn 2 zienswijzen ingediend die eerst moeten worden afgehandeld. De verwachting is dat hier op een minnelijke manier uit is te komen. Alle kavels in fase 3 voor zover dit mogelijk verkocht of in optie. Getracht wordt de verkoop in fase 4 in het najaar van 2022 te starten.

Kruidenwijk
De laatste kavels binnen dit plan zijn overgedragen. Dit complex wordt na het woonrijp maken van het laatste gedeelte  financieel afgesloten. 

Vroomshoop centrum fase 1 
Evenals in kruidenwijk zijn ook hier alle kavels uitgegeven. Ook dit complex zal ook na het woonrijp maken  financieel afgesloten worden.

Mozaïek

Dit plan is bouwrijp gemaakt. Het middengedeelte is middels een prijsvraag in de markt gezet en wordt in 2022 overgedragen aan de marktpartij.  Het terrein van de voormalige kerk is door de projectontwikkelaar voor eigen rekening bouwrijpgemaakt en de bijdrage aan de gemeente en de grondruil hebben plaatsgevonden. Van de 11 nog resterende kavels zijn er 6 welke in de verkoop zijn gegaan. De overige 5 kunnen pas in de verkoop na de sloop van de gymzaal. Hiervoor moet eerst vervangende nieuwbouw plaatsvinden.

Jaarwinst

Terug naar navigatie - Jaarwinst
Jaarwinst
De winst over 2021 is als volgt opogebouwd:
Resultaat van de complexen in exploitatie 210.929
Vrijval voorziening grondbedrijf Zuidmaten Oost 367.704
Resultaat overige gronden -138.673
Resultaat Centrum Vroomshoop 2e fase -93
Resultaat grondbedrijf 439.867
De verdeling van het resultaat grondbedrijf wordt dan:
Dotatie aan de reserve risico's grondbedrijf 439.867
Dotatie aan de algemene risico reserve 0
439.867
Voorgesteld wordt om het voordeel van € 439.867 toe te voegen aan de reserve risico's grondbedrijf

Toelichting

Terug naar navigatie - Toelichting

Bij de actualisatie van de exploitatie is door grondprijsverhoging van o.a. Oosterweilanden de exploitatie van negatief in een positief verwacht resultaat veranderd. Hierdoor kon het gereserveerde verlies vrijvallen. Ook Zuidmaten Oost is door een prijsverhoging licht positiever uitgevallen. 

Voor de berekening van de winst uit de complexen is de methode aangehouden welke de BBV voorschrijft. Onderstaand vindt u hiervan een opstelling.

Toelichting
Voor de berekening van de winst uit de complexen is de methode aangehouden die door het BBV voorgeschreven wordt. Onderstaand vindt u hiervan de opstelling.
Bedrijventerreinen
kosten inkomsten winst boekwaarde
totaal gemaakt % totaal gemaakt % verwacht t/m dienstjaar genomen tot dj dienstjaar 0 grex verschil
Garstelanden 3.118.362 1.864.190 59,78% 3.451.816 1.509.906 43,74% 333.454 87.197 81.240 5.957 435.524 354.284 81.240
Almeloseweg Oost 11.098.515 10.382.341 93,55% 11.891.533 11.221.625 94,37% 793.019 700.054 694.313 5.742 -144.971 839.284 -984.255
Oosterweilanden 10.234.141 5.926.811 57,91% 10.960.684 4.759.104 43,42% 726.543 182.692 38.795 143.897 1.206.501 1.167.707 38.794
restkavels bedrijven 597.098 560.820 93,92% 1.055.699 444.824 42,14% 458.601 181.494 141.820 39.674 257.816 115.996 141.820
Totaal bedrijven 25.048.116 18.734.163 27.359.733 17.935.460 2.311.617 1.151.437 956.167 195.270 1.754.870 2.477.271 -722.401
Woningbouw
kosten inkomsten winst boekwaarde
totaal gemaakt % totaal gemaakt % verwacht t/m dienstjaar genomen tot dj dienstjaar 0 grex verschil
Kruidenwijk 2.137.493 1.336.400 62,52% 4.357.913 4.357.913 100,00% 2.220.420 1.388.248 1.260.612 127.636 -1.760.902 -3.021.513 1.260.611
Zuidmaten Oost 11.049.583 8.922.007 80,75% 11.069.404 6.151.246 55,57% 19.821 8.894 0 8.894 2.770.761 2.770.761 0
vroomshoop centrum 1e fase 5.186.132 5.032.713 97,04% 5.199.027 5.182.088 99,67% 12.895 12.473 247.623 -235.150 98.248 -149.375 247.623
Smithoek 1.024.574 488.157 47,64% 1.333.728 7.553 0,57% 309.154 834 1.000 -166 481.604 480.604 1.000
Mozaïek 1.286.745 270.214 21,00% 1.953.972 105.972 5,42% 667.227 7.599 0 7.599 164.242 164.242 0
restkavels woningbouw 1.304.803 1.296.536 99,37% 1.874.794 1.304.194 69,56% 569.991 394.000 287.154 106.846 279.495 -7.659 287.154
Totaal woningbouw 21.989.330 17.346.027 25.788.838 17.108.966 3.799.508 1.812.047 1.796.388 15.659 2.033.448 237.060 1.796.388
Totaal exploitaties 47.037.446 36.080.190 53.148.571 35.044.426 6.111.125 2.963.484 2.752.555 210.929 3.788.318 2.714.332 1.073.987

Resultaten 2021

Terug naar navigatie - Resultaten 2021
Complex Boekwaarde Vermeerderingen Verminderingen Overheveling Saldo complex Verantwoorde Dotatie vz Boekwaarde Verwachte Verwachte Cum. genomen Tot. verwacht
31-12-2020 2021 2021 2021 31-12-2021 resultaten verw verlies 31-12-2021 uitgaven inkomsten winst t/m 2021 resultaat
Kruidenwijk -1.543.195 69.694 -287.400 -1.760.901 127.636 -1.633.265 801.093 0 1.388.248 2.220.420
Zuidmaten Oost 2.613.421 1.232.510 -1.075.170 2.770.761 8.894 2.779.655 2.127.576 4.918.158 8.894 19.821
Smithoek 391.198 89.406 480.604 -166 480.438 536.417 1.325.175 834 309.154
Centrum vroomshoop 1e fase 239.690 195.901 -337.500 98.091 -235.150 -137.059 153.573 16.936 12.473 12.895
Restkavels woningbouw 275.778 3.686 -421 279.043 106.846 385.889 8.719 570.600 394.000 569.991
Garstelanden 630.771 17.083 -212.330 435.524 5.957 441.481 1.254.172 1.941.910 87.197 333.454
Almeloseweg oost 1.249.064 22.823 -1.417.420 -145.533 5.742 -139.791 716.735 669.908 700.054 793.019
Oosterweilanden 3.807.176 155.070 -2.729.244 1.233.002 143.897 1.376.899 4.280.830 6.201.580 182.693 726.543
Mozaiek 79.519 190.695 -105.972 164.242 7.599 171.841 1.016.532 1.848.000 7.599 667.227
Restkavels bedrijven 389.104 9.062 -140.350 257.816 39.674 297.490 36.278 610.875 181.494 458.601
Totaal 8.132.527 1.985.930 -6.305.807 0 3.812.650 210.929 0 4.023.579 10.931.924 18.103.142 2.963.485 6.111.125
Bovenstaand overzicht is op basis van eindwaarde opgesteld. De contante waarde van de complexen t.o.v. 2020 is gestegen van € 5.438.911,= naar € 5.778.667,= in 2021.

Storting voorziening

Terug naar navigatie - Storting voorziening
Dotatie voorziening
Dotatie aan de voorziening grondbedrijf
Stand voorziening per 1 januari 2021 367.704
Af:
Vrijval voorziening Zuidmaten Oost 367.704
Stand voorziening per 31 december 2021 0

Parameters actualisatie

Terug naar navigatie - Parameters actualisatie

Voor de actualisatie van de exploitaties van de verschillenden plannen zijn de volgende parameters aangehouden:

1. De rentetoerekening vast te stellen op 0,95%.
2. Stijgingspercentage van de kosten te stellen op 3 % per jaar.
3. Stijgingspercentage van de kosten voor eigen personeel te handhaven op 2.5%
4. Percentage onvoorzien te handhaven op:
     - Eerste verkennende berekening 20%
     - Bestekberekeningen 15%
     - Actualisatie lopende complexen 10%.
5. Percentages onvoorzien overige kosten te handhaven op:
     - 5% bij uitgifte gronden tot 50%
     - 3% bij uitgifte gronden van 51 tot 75%
     - 2% bij meer dan 75% uitgegeven grond.
6. Toerekening eigen personeel
    Aan woningbouw in totaal € 203.524,= per jaar
    Aan bedrijventerreinen in totaal € 43.642,= per jaar
7. Voor het maken van bestekken door derden 5% van de kosten van bouw en woonrijp
     maken.
8. Website, communicatie en reclame
     - € 2.500 bij start van het project
     - € 250 jaarlijks voor actualisatie.
9. Uitgifte tempo voor de bedrijventerreinen stellen op 2 ha. per jaar en het tempo voor
     woningbouwkavels ongewijzigd te laten.
10 De uitgifte prijzen voor het bedrijventerrein Oosterweilanden te verhogen voor standaard
     kavel te verhogen van € 100,- naar € 110,- per m2. Voor de ‘zichtlocaties’ langs de
     Rusluieweg te verhogen naar € 115,= per m2. 
11 De overige uitgifte prijzen ongewijzigd te laten.

Paragraaf Lokale heffingen

Paragraaf Lokale heffingen

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen

De paragraaf Lokale Heffingen geeft inzicht in de diverse gemeentelijke belastingen en de consequenties voor de inwoners van Twenterand. Lokale heffingen hebben tot doel dat de gemeente door het verwerven van eigen middelen dekking vindt voor haar uitgaven in het kader van de uitvoering van de gemeentelijke taken. De invoering, wijziging of intrekking van lokale heffingen wordt door de gemeenteraad, via de vast te stellen verordening, gedaan. De belastingverordeningen 2021 werden in de raadsvergadering van 15 december 2020 vastgesteld.
De lokale heffingen bestaan uit de gemeentelijke belastingen, rechten en retributies. Deze vormen een belangrijke inkomstenbron voor de gemeente, welke vooral door de burgers dienen te worden opgebracht. Lokale belastingen worden onderscheiden in heffingen waarvan de besteding gebonden dan wel ongebonden is. Ongebonden lokale heffingen (OZB en hondenbelasting) worden tot de algemene dekkingsmiddelen gerekend, omdat zij niet aan een inhoudelijk begrotingsprogramma zijn gerelateerd. De besteding is niet gebonden aan een bepaalde taak. Gebonden heffingen, zoals de afvalstoffen- en rioolheffing, worden verantwoord op het betreffende programma en worden niet tot de algemene dekkingsmiddelen gerekend.
Voor het betalen van rechten en retributies verricht de gemeente diensten. De kosten van de gemeentelijke dienstverlening worden doorberekend in de tarieven. Het beleid is er op gericht deze kosten zoveel mogelijk te beperken en daar waar mogelijk rechtvaardiger te verdelen. Hierdoor wordt een evenwichtige lastenverdeling bereikt.
Volgens artikel 26 van het Besluit Begroting en Verantwoording dient de paragraaf een verantwoording te bevatten van hetgeen in de begroting is opgenomen en bevat aldus:
a. de verantwoording van de geraamde inkomsten;
b. het beleid ten aanzien van de lokale heffingen;
c. een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen, waarin inzichtelijk wordt gemaakt hoe bij de heffingen, waar de geraamde baten de geraamde lasten niet mogen overtreffen, de inkomsten zich verhouden tot de lasten;
d. een aanduiding van de lokale lastendruk;
e. een beschrijving van het gevoerde kwijtscheldingsbeleid.

Hieronder worden in hoofdlijnen de belangrijkste ontwikkelingen benoemd op lokaal fiscaal gebied.

a. Overzicht gemeentelijke belastingopbrengsten

Van elke euro die huishoudens en bedrijven in Nederland aan belastingen en sociale premies betalen gaat in 2021 3,7% naar de gemeenten. De decentrale overheden nemen samen 5,2% voor hun rekening, de rijksoverheid 94,8%. Het aandeel van de gemeente Twenterand aan ontvangen belastingen en retributies bedraagt in dit geheel bijna 16,3 miljoen euro.

Grafiek: uit Coelo-atlas overzicht van de lokale lasten 2021

Belastingopbrengsten

Terug naar navigatie - Belastingopbrengsten
Omschrijving Raming 2021 Realisatie 2021
Afvalstoffenheffing € 2.255.275 € 2.308.872
Begraafplaatsrechten € 580.000 € 810.218
Forensenbelasting € 5.000 € 5.307
Leges burgerzaken € 418.070 € 436.731
Leges omgevingsvergunning € 789.500 € 1.292.219
OZB eigenaren woning € 5.096.439 € 5.109.899
OZB eigenaren niet-woning € 1.501.831 € 1.458.296
OZB gebruikers niet-woning € 1.061.749 € 1.063.125
Rioolheffing € 3.569.863 € 3.697.851
Toeristenbelasting € 95.000 € 117.139
€ 15.372.727 € 16.299.656

Beleid ten aanzien van de lokale heffingen

Terug naar navigatie - Beleid ten aanzien van de lokale heffingen

Beleidskaders

Het beleid betreffende de lokale heffingen is opgenomen in:
• de diverse belastingverordeningen en –regelingen;
• het coalitieakkoord 2018-2022;
• landelijke wet- en regelgeving.

Hervorming lokaal belastinggebied
Het vorige kabinet heeft in een brief d.d. 24 juni 2016, kenmerk 2017-0000356712, aan de Tweede Kamer bouwstenen gegeven voor een hervorming van het lokaal belastinggebied. Verschuiving van Rijks- naar gemeentebelastingen zou op de agenda van het het nieuw te vormen kabinet moeten staan. De staatssecretaris van Financiën heeft op 18 mei 2020 het syntheserapport ‘Bouwstenen voor een beter belastingstelsel’ aan de Tweede Kamer aangeboden. Het rapport over de uitbreiding bevat meerdere varianten en ondersteunt de door de VNG uitgesproken wens om te komen tot een uitbreiding van het eigen belastinggebied. In het meest recente regeerakkoord van 15 december 2021 staat dat ten aanzien van de financiering van lokale overheden het nieuwe kabinet voorlopig vast wil houden aan de bestaande financieringssystematiek. Een uitbreiding van het lokaal belastinggebied lijkt er dan in ieder geval tot 2025 niet te komen.

Bezwaar en beroep bij kwijtschelding
Momenteel is geen bezwaar mogelijk tegen een beschikking uitstel van betaling. Tegen een beschikking kwijtschelding van gemeentelijke belastingen is nu administratief beroep bij het college mogelijk. In de toekomst is in beide gevallen eerst bezwaar bij de invorderingsambtenaar mogelijk en is daarna de fiscale rechter bevoegd (rechtbank in eerste aanleg, gerechtshof in hoger beroep en Hoge Raad in cassatie). Wanneer deze landelijke wijziging in werking treedt is nog niet bekend.

De Omgevingswet en leges
Op 1 januari 2022 zou de nieuwe Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (WKB) in werking treden. Dit is echter voorlopig uitgesteld tot 1 juli 2022. Dit geeft het Rijk, gemeenten, provincies, waterschappen en uitvoeringsorganisaties meer ruimte om de implementatie van de wet op een zorgvuldige en verantwoorde wijze af te ronden. Door deze inwerkingtreding van beide wetten kan er veel veranderen. Dit is sterk afhankelijk van de lokale ambities, beleidsinvulling en inrichtingskeuzes. Het principe van legesheffing verandert niet. Ook de wettelijke grondslag voor het heffen van leges verandert niet. Toch zijn er een aantal zaken die wel gaan veranderen:
•    Nieuwe activiteiten toegestaan om leges over te heffen
•    (Mogelijk) minder vergunningplichten
•    De ‘knip’: het splitsen van de bouwtechnische en de ruimtelijke vergunning
•    Gemeentelijke kosten worden hoger of lager
•    Gemeentelijke kosten verschuiven
•    Meer integrale vergunningen (meerdere gezagen betrokken)
•    Planactiviteiten worden minder complex (of juist complexer)
De VNG vraagt met de notitie 'Discussie-leidraad leges en de stelselwijziging Omgevingswet' aandacht voor het onderwerp en het belang voor gemeenten om hier - op basis van de eigen keuzes - over na te gaan denken. Ook worden suggesties gedaan voor de onderwerpen. Zij vragen gemeenten om hierover met hen van gedachten te wisselen. Via de regionale implementatiecoaches (RIO's) zullen er (digitale) discussies-sessies worden opgezet, om deze materie samen verder uit te diepen.

Benchmark woonlasten
Vanaf 2020 is de macronorm OZB vervangen door de benchmark woonlasten. Deze benchmark beoogt (door middel van meer vergelijking) de informatievoorziening over de ontwikkeling van de lokale lasten te bevorderen, zodat hiermee door de gemeenten ten aanzien van de keuzes omtrent de ontwikkeling van de lokale lasten rekening gehouden kan worden. De benchmark vergelijkt voor alle gemeenten binnen een provincie de hoogte van de woonlasten voor meerpersoonshuishoudens met een koopwoning. De woonlasten zijn de som van de gemiddeld betaalde ozb, de afvalstoffenheffing en de rioolheffing minus een eventuele heffingskorting.

Waterzorgheffing 
Wateroverlast en verdroging vragen steeds meer maatregelen in de publieke ruimte. Meer percelen kunnen in de heffing worden betrokken, want van de maatregelen in de publieke ruimte heeft iedereen profijt. De huidige verordening Rioolheffing (model VNG) dekt dan niet meer de lading 
Het schept een beeld van een belasting voor een buizenstelsel. Bij belastingplichtigen die daar niet op zijn aangesloten roept dat weerstand op. De gemeentelijke watertaken omvatten een breed palet. Zorgplichten voor afval-, hemel- en grondwater hebben een centrale plaats in de ordening van de publieke ruimte. Gemeenten moeten maatregelen nemen om wateroverlast en -schade te voorkomen. Denk aan het onderhoud van bermen en slootkanten om overtollig water af te voeren, zodat er over een droge weg kan worden gereden. Iedereen heeft daar profijt van. De VNG heeft hiervoor een nieuw modelverordening Riool- en Waterzorgheffing opgesteld. Bij invoering is een zorgvuldige communicatie en belangenafweging naar nieuwe belastingplichtigen van belang. Bijvoorbeeld cultuurgronden en natuurterreinen dragen nu veelal nog niet bij in de kosten van de gemeentelijke watertaken.

Lokale heffingen

Terug naar navigatie - Lokale heffingen

Lokale heffingen worden onderscheiden in heffingen waarvan de besteding gebonden dan wel ongebonden is. De paragraaf lokale heffingen heeft betrekking op beide. Ongebonden lokale heffingen (zoals de OZB) worden tot de algemene dekkingsmiddelen gerekend, omdat zij niet aan een inhoudelijk begrotingsprogramma zijn gerelateerd. De besteding is niet gebonden aan een bepaalde taak. Gebonden heffingen, zoals de afvalstoffen- en rioolheffing, worden verantwoord op het betreffende programma en worden niet tot de algemene dekkingsmiddelen gerekend.

Kostendekking

Terug naar navigatie - Kostendekking

Kostendekking
Met ingang van 2017 moet door gewijzigde regelgeving (Besluit Begroting en Verantwoording) meer inzicht gegeven worden in de kostendekkendheid van heffingen. Bij de toepasselijke heffingen zijn de lasten-batenoverzichten en specifieke beleidsuitgangspunten vermeld. Naast de lasten die direct uit de taakvelden zijn af te leiden, mogen ook overheadkosten en BTW worden toegerekend. De BTW is berekend als opslag over de ‘derdenkosten’. De afschrijvingslasten zijn ontstaan uit investeringen waarbij deels sprake is van derdenkosten. De BTW daarover is ook meegenomen.

Mate van kostendekking van de gebonden belastingen

De gebonden heffingen mogen maximaal kostendekkend zijn. Dit wordt op begrotingsbasis bepaald. In werkelijkheid waren de lasten en baten per heffing:

Overzicht afval

Terug naar navigatie - Overzicht afval
Overzicht van de taakvelden die geheel of deels in de heffing worden meegenomen
Afvalstoffenheffing Lasten taakveld Overhead (0.4) BTW Totale lasten Heffing Overige baten (0.8) Totale baten Kosten dekkendheid
7.3 Afval 1.976.690 400.000 405.919 2.782.610 -2.308.872 -555.645 -2.864.517 102,94%
6.3 Inkomensregelingen 81.907 81.907 -2,94%
Totaal 2.058.597 400.000 405.919 2.864.517 -2.308.872 -555.645 -2.864.517 100,00%

Overzicht riool

Terug naar navigatie - Overzicht riool
Overzicht van de taakvelden die geheel of deels in de heffing worden meegenomen
Rioolheffing Lasten taakveld Overhead (0.4) BTW Totale lasten Heffing Overige baten (0.8) Totale baten Kosten dekkendheid
7.2 Riolering 3.173.765 567.018 228.456 3.969.239 -3.697.851 -509.272 -4.207.123 105,99%
5.7 Openbaar groen en (openlucht) recreatie 84.015 17.643 101.658 - -2,56%
6.3 Inkomensregelingen 136.225 136.225 - -3,43%
Totaal 3.394.005 567.018 246.099 4.207.122 -3.697.851 -509.272 -4.207.123 100,00%

Begraafrechten

Terug naar navigatie - Begraafrechten
Overzicht van de taakvelden die geheel of deels in de heffing worden meegenomen
Begraafrechten Lasten taakveld Overhead (0.4) BTW Totale lasten Heffing Overige baten (0.8) Totale baten Kosten dekkendheid
7.5 Begraafplaatsen en crematoria 449.606 250.000 699.606 -810.218 -304 -810.523 115,85%
Totaal 449.606 250.000 - 699.606 -810.218 -304 -810.523 115,85%

Woonlastenontwikkeling

Terug naar navigatie - Woonlastenontwikkeling

Onder woonlasten verstaan we: onroerendezaakbelastingen, afvalstoffen- en rioolheffing. Het zijn belastingen en tarieven waarmee ieder huishouden in een gemeente jaarlijks te maken krijgt.

Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (Coelo) publiceert jaarlijks de Atlas van lokale lasten. Men vergelijkt daarin per gemeente de woonlasten van een woning met een voor die gemeente gemiddelde waarde. Onderstaand overzicht geeft de hoogte van de woonlasten in Twenterand voor een gemiddeld meerpersoonshuishouden in 2019, 2020 en 2021 weer. 

Woonlastenontwikkeling in Twenterand:

Woonlastenontwikkeling 2019 2020 2021
OZB Eigenaar 338,56 360,30 382,35
afvalstoffenheffing (meerpersoons) 165,83 169,49 179,64
Rioolheffing 240,12 249,96 260,04
Totale woonlasten 744,51 779,75 822,03

Woonlastenontwikkeling vergelijk Twentse gemeenten

Terug naar navigatie - Woonlastenontwikkeling vergelijk Twentse gemeenten

De gemeentelijke woonlasten voor een eigenaar/bewoner van een woning stegen in 2021 met 5,4%. Voor een huurder van een woning stegen deze met 4,8%, omdat deze geen onroerendezaakbelasting betalen.

In onderstaand overzicht uit de publicatie over 2021 worden de lokale lasten van de Twentse gemeenten met elkaar vergeleken.

bruto woonlasten eigenaar-gebruiker woning stijging in % tov 2020
éénpersoonshuishouden meerpersoonshuishouden 1-pers meerpers
2020 2021 2020 2021
Almelo 839 845 839 886 0,60% 5,60%
Borne 786 820 813 845 4,30% 3,90%
Dinkelland 752 773 778 797 2,70% 2,40%
Enschede 797 818 832 852 2,70% 2,40%
Haaksbergen 847 908 898 956 7,10% 6,50%
Hellendoorn 859 876 905 938 1,90% 3,60%
Hengelo 705 755 729 795 7,10% 9,00%
Hof van Twente 748 808 778 840 8,00% 8,00%
Losser 860 880 887 898 2,30% 1,20%
Oldenzaal 669 761 698 797 13,80% 14,20%
Rijssen-Holten 590 594 632 636 0,80% 0,70%
Tubbergen 678 695 705 723 2,50% 2,50%
Twenterand 745 785 780 822 5,40% 5,40%
Wierden 755 798 781 825 5,70% 5,70%
Overijssel 737 764 766 796 3,70% 3,90%
Nederland 705 737 776 811 4,50% 4,50%

Kwijtscheldingsbeleid

Terug naar navigatie - Kwijtscheldingsbeleid

Elke gemeente moet bij het vaststellen van kwijtschelding landelijke regels toepassen. Binnen deze mogelijkheden zijn de volgende eigen beleidskeuzes gemaakt:
- Voor de ozb, riool- en voor de afvalstoffenheffing is kwijtschelding mogelijk, waardoor minima geen woonlasten betalen;
- Voor extra containers wordt geen kwijtschelding afvalstoffenheffing verleend en ook geen kwijtschelding rioolheffing bij een grondslag > 500m3
- Bij de normkosten van bestaan wordt uitgegaan van 100% van de bijstandsnorm;
- Ondernemers voor de privébelastingen zijn gelijkgesteld met particulieren;
- Kosten voor kinderopvang worden in aanmerking genomen als uitgaven bij de berekening van de betalingscapaciteit en;
- Bij de normkosten van bestaan voor AOW’ers wordt uitgegaan van 100% van de netto AOW-norm.

In 2021 is in totaal voor een bedrag van ruim € 218.000 verleend aan kwijtscheldingen.

Paragraaf Corona

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Ook 2021 stond voor een groot deel in het teken van het corona virus. Dit manifesteerde zich in meerdere varianten en het leidde tot maatregelen om de verspreiding ervan te beperken, er werd getest en gevaccineerd. Er waren grote maatschappelijke effecten, zoals in de horeca en cultuur. Dit alles vroeg gericht optreden van onze gemeente op meerdere gebieden. En dat terwijl de bedrijfsvoering van onze gemeente zelf natuurlijk ook werd beïnvloed door beperkingen. 
In deze paragraaf is de financiële impact van corona op Twenterand voor 2021 samengevat. In de tabel is op verschillende beleidsterreinen geschetst wat de gemeente heeft gedaan en welke compensatie daarvoor van het rijk is ontvangen. 
Onder de streep is er € 904.050 meer aan compensatie ontvangen dan er aan maatregelen is besteed. Hierbij zijn enkele kanttekeningen op zijn plaats. In 2021 zijn middelen ontvangen die in 2022 worden besteed zoals bijv. ten behoeve van verkiezingen. Daarnaast weten we dat er ook in 2022 effecten optreden die inspanningen van de gemeente vragen en waarvan niet vaststaat dat die ook gecompenseerd gaan worden. Echter, de bestaande coronareserve van € 633.438 wordt daarvoor toereikend geacht en daarom wordt voorgesteld om genoemde € 904.050 vrij te laten vallen en toe te voegen aan de Algemene Risico Reserve. 

2021 Onderwerp Toelichting bron omvang landelijk betreft tijdvak omvang Twenterand komt binnen via Werkelijke boe- kingen 2021 c.q verplichting naar/uit reserve
RESTANT 2020 IN RESERVE CORONA € 632.538
1 Uitgaven Jeugd Het jongerenwerk van Zorgsaam heeft samen met Impacter doormiddel van Rijkssubsidie (subsidieregeling Perspectief jeugd en jongeren) een project opgestart om jongeren meer perspectief te bieden in coronatijd. Jongeren zijn samen met de professional aan de slag gegaan om acties en activiteiten die maatschappelijke effecten van corona bestrijden op te starten. Er is voor de subsidieregeling ‘mentale ondersteuning en welzijn’ input gehaald uit het werkveld. Tot een concrete uitvoering van deze subsidieregeling is het in 2021 helaas niet gekomen vanwege de aangescherpte maatregelen rondom corona. € 63.947
Uitgaven POH jeugd Extra bijdrage van t.b.v. inzet poh jeugd € 20.000
Inkomsten Perspectief jeugd en jongeren 2021 zie regel hierboven maartbrief 19 miljoen 2021 € 26.626 algemene uitkering
Inkomsten Perspectief jeugd en jongeren 2020 zie regel hierboven maartbrief 2021 2020 € 28.817
Inkomsten Perspectief jeugd en jongeren 2021 ZonMW subsidie aangevraagd inzake Perspectief voor de jeugd. Bedrag van € 49.550 toegekend. subsidie 2021 € 47.611 ZonMW
Inkomsten Jongerenwerk Om jongeren uit bepaalde risicogroepen te benaderen en te bereiken wordt de huidige extra inzet van jongerenwerk uit het Jeugdpakket verlengd tot eind 2021. Het kinder- en jongerenwerk speelt ook een signalerende rol op het gebied van psychische problemen of huiselijk geweld. Er is voor de extra inzet op jongerenwerk een bedrag van € 14 miljoen aan de algemene uitkering toegevoegd. Voor meer informatie wordt verwezen naar de brief aan de Tweede Kamer van 12 februari 2021 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 25295, nr. 988) maartbrief 14 miljoen 2021 € 19.131 algemene uitkering
Inkomsten Mentale ondersteuning 2021 Jongeren hebben behoefte aan laagdrempelige ondersteuning voor mentaal welzijn. Als onderdeel van het aanvullend steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl van 12 februari 2021 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 25295, nr. 988)10 zet het kabinet daarom met gemeenten in op het organiseren van activiteiten om mentale weerbaarheid van jongeren te versterken, door bijvoorbeeld: geven van trainingen, zoals weerbaarheidstrainingen, inzet op extra coaching van jongeren, inrichten van meer inloophuizen waar jonge ervaringsdeskundigen andere jongeren hulp bieden voor mentale ondersteuning, inrichten van buddyprojecten waarbij jongeren gekoppeld worden aan een leeftijdsgenoot voor mentale steun. Om dit te kunnen realiseren is een bedrag van € 11,5 miljoen aan de algemene uitkering toegevoegd. Voor meer informatie wordt verwezen naar de brief aan de Tweede Kamer van 12 februari 2021 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 25295, nr. 988) maartbrief 11,5 miljoen 2020/2021 € 16.074 algemene uitkering
Inkomsten Activiteiten en ontmoetingen Jongeren hebben behoefte aan laagdrempelige ondersteuning voor mentaal welzijn. Daarom zetten we met gemeenten in op het organiseren van activiteiten om mentale weerbaarheid van jongeren te versterken, door inzet op meer mogelijkheden tot ontmoeting in (tijdelijk onbenutte) ruimten zoals bibliotheken, buurthuizen, wijkcentra, sporthallen en evenementenhallen beter en veilig te benutten voor sociale en ondersteuningsactiviteiten. Er is een bedrag van € 8 miljoen aan de algemene uitkering toegevoegd. Voor meer informatie wordt verwezen naar de brief aan de Tweede Kamer van 12 februari 2021 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 25295, nr. 988) maartbrief 8 miljoen 2021 € 11.061 algemene uitkering
Inkomsten Jeugd aan zet Het programma maatschappelijke diensttijd (MDT) (uitgevoerd door de ministeries van VWS, SZW en OCW) is van harte bereid om de jongeren in deze crisistijd te ondersteunen. Via dit programma wordt al een grote groep jongeren bereikt en tijdens de coronacrisis extra ondersteund. Het programma MDT zit nog in de groeifase en zoekt meer verbinding met gemeenten, zodat het programma MDT kan doorgroeien naar een landelijk dekkend netwerk. Om deze win-win situatie te versterken wordt ook ten behoeve van de wintereditie van Jeugd aan Zet een financiële bijdrage verstrekt van € 3,1 miljoen aan gemeenten in Nederland. Er nemen 307 gemeenten deel en per gemeente is een bedrag van € 10.000 beschikbaar gesteld24. Hiermee kunnen gemeenten in deze coronatijd jongeren ondersteunen en tegelijkertijd kunnen jongeren een maatschappelijke bijdrage leveren waar deze nu nodig is. meicirculaire 3,1 mln. 2021 € 10.000 algemene uitkering
€ 75.373
2 Uitgaven Bijzondere bijstand TONK Er is weinig gebruik gemaakt van deze TONK-regeling. Slechts drie aanvragen. Dat is conform de landelijke trend. Verruiming van de regeling daar waar het gaat om de drempelbedragen hebben we overwogen, maar we zijn uiteindelijk niet hiertoe overgegaan, omdat dit geen merkbaar resultaat heeft opgeleverd bij gemeenten die dit wel hebben gedaan.
Inkomsten Bijzondere bijstand TONK De Tijdelijke Ondersteuning voor Noodzakelijke Kosten (TONK) is bedoeld voor huishoudens die door de huidige omstandigheden te maken hebben met een onvoorzienbare en onvermijdelijke terugval in hun inkomen, en die daardoor noodzakelijke kosten niet meer kunnen voldoen en waarvoor andere regelingen niet of onvoldoende soelaas bieden. Dat geldt bijvoorbeeld voor werknemers die hun baan verliezen en geen recht (meer) hebben op een uitkering, of voor zelfstandigen die vanwege de coronamaatregelen hun opdrachten zien verdwijnen maar geen aanspraak op de Tozo kunnen maken. Maar ook burgers die al in 2020 ingestroomd zijn in een uitkering (WW, Bijstand of Tozo) vanwege de coronacrisis, maar waarvoor de hoogte van de uitkering onvoldoende is om de vaste lasten te betalen, komen in aanmerking voor de TONK. De TONK kan dan voorzien in (gedeeltelijke) tegemoetkoming voor noodzakelijke kosten. Het beschikbare budget voor de TONK is verhoogd naar een bedrag van € 260 miljoen voor het eerste half jaar van 2021. Voor het eerste kwartaal van 2021 komt € 65 miljoen beschikbaar via de Algemene uitkering van het gemeentefonds volgens de eerder afgesproken verdeelsleutel. In de tweede tranche wordt het resterende budget van € 195 miljoen over gemeenten verdeeld. Voorafgaand aan de toekenning van de tweede tranche wordt gekeken of de verdeelsleutel aanpassing behoeft op basis van wat in de praktijk zichtbaar is over het gebruik van de regeling. Voor meer informatie wordt verwezen naar de brief aan de Tweede Kamer van 21 januari 2021 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 35420, nr. 217). maartbrief 65 miljoen + 195 miljoen Q1 2021 t/m Q3 € 328.001 algemene uitkering
Inkomsten Herorientatie zelfstandigen Bij de aankondiging van het tweede steun- en herstelpakket (Kamerstuk 35 420, nr. 105, 28 augustus 2020) is aangegeven dat gemeenten vanaf 1 januari 2021 ondersteuning bieden aan zelfstandig ondernemers die zich willen heroriënteren. Dit kan grotendeels vanuit de extra impulsen en extra budgetten voor crisisdienstverlening worden betaald. Voor aanvullend maatwerk voor zelfstandig ondernemers is in 2021 incidenteel een bedrag van € 6,39 miljoen aan het gemeentefonds toegevoegd. Het bedrag wordt over alle gemeenten verdeeld. De verdeelsleutel is identiek aan die wordt gebruikt voor de Tozo-voorschotten, namelijk naar rato van het aantal zelfstandig ondernemers in de gemeente. Een bedrag van € 0,11 miljoen is toegevoegd aan het BTW-compensatiefonds. € 11.374
€ 339.375
3 Uitgaven Extra kosten uitvoering TOZO Extra kosten uitvoering TOZO. De Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandig Ondernemers is gericht op inkomensondersteuning en kredietverstrekking. In 2021 zijn de volgende regelingen van kracht geworden: TOZO 2 t/m 5 € 1.513.744
Inkomsten TOZO DDe Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandig Ondernemers (TOZO) is één van de maatregelen van het kabinet om ondernemers te ondersteunen tijdens de coronacrisis. € 1.513.744
€ -
4 Uitgaven Afvalverwerking In 2021 zijn er circa 10.000 euro kosten in rekening gebracht door corona vanwege extra logistieke kosten. Deze kosten worden opgevangen binnen het product, aangezien er meer opbrengsten zijn. € -
Inkomsten Afvalverwerking Door de coronacrisis hebben gemeenten zowel extra kosten gemaakt als inkomsten gemist met betrekking tot afvalinzameling. Met name het restafval is, door onder andere het thuiswerken, in hoeveelheid gegroeid. Veel gemeenten hebben contracten gesloten met een variabele prijs voor de verwerking hiervan. Deze prijs is door de brede toestroom, gestegen. Tegelijkertijd ontvangen de gemeenten voor andere afvalstromen een vergoeding. Maar omdat deze stromen zijn toegenomen, is de vergoeding hiervoor gedaald. In overleg met de VNG is besloten de kosten ad € 32 miljoen voor 2020 te vergoeden. Een bedrag van € 28 miljoen is toegevoegd aan de algemene uitkering. De overige € 4 miljoen is toegevoegd aan het BTW-compensatiefonds. maartbrief 28 miljoen € 50.590 algemene uitkering
€ 50.590
5 Uitgaven Bestrijden eenzaamheid ouderen 2021 Sinds januari 2020 loopt de uitvoering van het Actieplan ''Samen tegen Eenzaamheid'. Door een vroege start met eenzaamheidsbestrijding loopt Twenterand binnen de regio enigszins voorop maar er is nog veel van doen om de in het actieplan gestelde ambities waar te maken. Hoewel hier hard aan wordt getrokken, ontbrak het de projectgroep medio mei - juni aan tijd & capaciteit om hier op korte termijn extra activiteiten aan toe te voegen. De door het ministerie van VWS beschikbaar gestelde regio-adviseur gaf echter bij de projectgroep aan dat de extra middelen elders in den lande veel gebruikt worden voor doorontwikkeling van de bestaande eenzaamheids-aanpak en dat deze middelen ook in 2022 besteed zullen mogen gaan worden. In 2022 zal het college worden voorgesteld deze middelen toe te voegen aan het actieplan "Samen tegen Eenzaamheid".
Inkomsten Bestrijden eenzaamheid ouderen 2021 Eenzaamheid is door corona toegenomen. Op lokaal niveau zetten gemeenten met lokale partners al in op het bestrijden van eenzaamheid. Maar nog niet iedereen wordt persoonlijk bereikt. Het kabinet stelt middelen ter beschikking zodat – via gemeenten en lokale partners – kan worden ingezet op onder meer de volgende acties: * Extra contact met ouderen: huisbezoeken, digitaal en belcontact. Hierdoor ontstaat tevens meer zicht op hoe het werkelijk met ouderen gaat. *Extra helpende handen: boodschappen, hulpvragen doorzetten, helpen contact met anderen te maken. * Inzet op verbinding tussen mensen: creëren van meer mogelijkheden elkaar coronaproof te ontmoeten, mensen aan elkaar koppelen om samen activiteiten te organiseren. * Extra inzet op zingeving: alternatieve dagbesteding helpen organiseren, deelname culturele activiteiten. maartbrief 36,5 miljoen € 67.515 algemene uitkering
€ 67.515
6 Uitgaven Verlies Soweco door corona € 50.635
Inkomsten Compensatie SW bedrijven decembercirculaire € 159.361
€ 108.726
7 Uitgaven Extra begeleiding kwetsbare groepen Er is een enquête geweest over de inzet van deze gelden. De rode draad in deze antwoorden is beweging. Op dit moment zijn hier nog geen concrete plannen voor. Hier willen we samen met organisaties naar gaan kijken. In oktober is een extra waardering aan de mantelzorgers gegeven in de vorm van gebak. € 2.232
Inkomsten Extra begeleiding kwetsbare groepen De coronacrisis maakt dat de levens van iedereen met begeleiding er heel anders uitziet: dagbesteding gaat soms niet door (horeca is bijvoorbeeld gesloten), er komen minder mensen langs, niet iedereen begrijpt de maatregelen even goed. Ook is er meer begeleiding en ondersteuning nodig voor mensen met andere beperkingen. Bijvoorbeeld kwetsbare mensen met een medische aandoening die zeer bang zijn besmet te raken gezien de risico’s dat deze besmetting fataal kan zijn of zeer ernstige consequenties kan hebben. Dit maakt dat extra ondersteuning nodig is zodat lokaal kan worden geïnvesteerd in bijvoorbeeld: * Extra in te zetten op het organiseren van alternatieve dagbesteding om structuur te creëren in de dag. * Het bieden van passend vervoer en extra locaties voor alternatieve en verspreide vormen van dagbesteding die voldoen aan de RIVM-richtlijnen die nog niet zijn gefinancierd via de meerkostenregeling voor Wmo en Jeugd. * Extra ambulante begeleiding om proactief mentale en sociale problemen op te sporen (extra huisbezoeken). * Extra (begrijpelijke) informatievoorziening over wat kan en mag en veilig is. Er wordt voor 2021 een bedrag van € 37 miljoen aan de algemene uitkering toegevoegd voor de extra begeleiding van kwetsbare groepen. Daarnaast wordt de decentralisatie-uitkering Maatschappelijke opvang met € 10 miljoen verhoogd (zie paragraaf 3.1-2). maartbrief 37 miljoen 2021 € 85.296 algemene uitkering
€ 83.064
8 Uitgaven voorschoolse voorzieningen peuters In mei 2021 zijn de laatste uitgaven geweest m.b.t. de kosten voor de compensatie van de eigen bijdrage van ouders. Totale uitgaven: € 8.843 (eind 2020 was er totaal aan rijksbudget € 69. 610,- beschikbaar (daarvan was nog € 14.296,- over van 2020, wat in de reserve corona is gestort). Vervolgens is er in 2021 nog een bedrag van € 10.453,- aan rijksgeld binnengekomen voor de compensatie van de eigen bijdrage van ouders. Totaal was er dus € 24.749,- beschikbaar. Het restant wat nu nog over is betreft een bedrag van € 15.906. € 8.843
Inkomsten Mutaties voorschoolse voorziening peuters Vergoeden eigen bijdrage van ouders die gebruik maken van de gemeentelijke regelingen: peuteraanbod, SMI en Voorschoolse Educatie (VE) Gemeenten ontvangen van het Rijk middelen om een bepaalde groep ouders die kosten hebben gemaakt voor kinderopvang tijdens de sluiting van de opvang van 16 december tot 8 februari te vergoeden. Het betreft ouders die in deze periode een eigen bijdrage hebben betaald voor de gemeentelijke regelingen rondom kinderopvang (Sociaal medische indicatie, Voorschoolse Educatie en het peuteraanbod). Voor de periode van 16 december tot 8 februari wordt de decentralisatie-uitkering Voorschoolse voorziening peuters in verband hiermee met € 5,1 miljoen opgehoogd. Met deze ophoging kunnen gemeenten de eigen bijdrage van de ouders die gebruik maken van de gemeentelijke regelingen vergoeden voor de tweede periode van sluiting. De verdeling van het toegevoegde bedrag vindt plaats naar rato van het aandeel van iedere gemeente in de decentralisatieuitkering Voorschoolse voorziening peuters voor het jaar 2021. Bijlage 3.1-2 bevat de bedragen per gemeente. maartbrief 5,1 miljoen € 10.453 decentralisatie uitkering
€ 1.610
9 Uitgaven Extra inhuur tbv achterstanden jeugd De coronapandemie heeft voornamelijk in mentale zin zijn effect op jongeren. Bij jongeren die zich om welke redenen dan ook al in een problematische situatie bevinden, constateren we als gevolg van de coronapandemie een toename van het aantal hulpvragen. Dit heeft geleid tot een groei van de wachtlijst bij onze jeugdconsulenten. Tijdelijke capaciteitsuitbreiding is hiervan het directe gevolg. De kosten hiervan worden uiteindelijk gedekt uit de corona-reserve. € 57.000
Uitgaven Meerkosten corona 2021 - WMO 2015 en Jeugdwet Regionaal is een meerkostenregling opgesteld. Meerkosten moeten een duidelijk gevolg zijn van de coronamaatregelen en zouden onder reguliere omstandigheden niet zijn gemaakt. Doelmatigheid, proportionaliteit en rechtmatigheid zijn een belangrijk onderdeel in de regeling. De meerkostenregeling wordt regionaal uitgevoerd op basis van solidariteit. Er is tot februari 2022 gelegenheid voor het indienen van de aanvragen over 2021. Een eerste indicatie van de aanvragen geeft dat het hele budget gebruikt gaat worden, daarom is in de jaarrekening dit volledig als verplichting opgenomen. € 115.587
Inkomsten Meerkosten corona 2021 - WMO 2015 en Jeugdwet In de voorjaarsnota 2021 heeft het kabinet een eerste raming van de omvang van de meerkosten in het sociaal domein opgenomen (€ 141 miljoen). Hiermee onderschrijft het Rijk de afspraak over de meerkosten nogmaals. Deze raming is gebaseerd op de compensatie die in 2020 is uitgekeerd. In de raming is rekening gehouden met het effect van vaccinaties en het afschalen van een deel van de maatregelen vanaf de zomer. Dit budget is indicatief en wordt nog niet als voorschot aan gemeenten uitgekeerd. Dit ter voorkoming van verdeelproblemen bij het definitief vaststellen van de compensatie. De raming wordt, volgens afspraak, geactualiseerd in de najaarsnota, nadat onderzoek naar de omvang van de meerkosten heeft plaatsgevonden om tot een betrouwbare raming te komen voor de meerkosten in 2021. Op basis van die definitieve raming wordt de omvang van de compensatie vastgesteld en bij decembercirculaire 2021 uitgekeerd aan gemeenten. Zowel het onderzoek als besluitvorming over de compensatie vindt in gezamenlijk overleg tussen het Rijk en VNG plaats. decembercirculaire 2021 € 111.161
€ -61.426
10 Uitgaven Uitvoering Wet WOZ Extra kosten door het GBT gemaakt in 2021 door de coronacrisis € 5.937
Inkomsten Reele compensatie inkomstenderving De gemeenten ontvangen van het Rijk compensatie voor de gederfde inkomsten van 2020 op basis van het verschil tussen begrote inkomsten 2020 (gegevens begroting) en gerealiseerde inkomsten 2020 (gegevens jaarrekening). De compensatie betreft in ieder geval de volgende posten: toeristenbelasting, parkeerbelasting, terrasprecario- en reclamebelasting, marktgelden, evenementenleges, havengelden en kwijtschelding / oninbaar verklaren lokale heffingen als gevolg van corona. Voor de leges geldt dat, wanneer er een groot verschil blijkt tussen begrote en gerealiseerde leges, dit nader door het Rijk en de VNG zal worden bekeken. Het Rijk zal, zodra de eerste jaarrekeningen van de gemeenten bekend zijn (naar verwachting medio juli) starten met het in beeld brengen van de derving per gemeente. De uitkomst van de derving zal ter verificatie aan de betreffende gemeente worden voorgelegd. De gemeenten ontvangen na afronding van het verificatieproces een voorlopige indicatie van de compensatie. Het streven is dat voor alle gemeenten de definitieve hoogte van de compensatiebedragen in het najaar bekend is en om deze bedragen vervolgens in december 2021 aan gemeenten uit te keren. Over de details van het proces zullen gemeenten (in overleg met de VNG) de komende maanden nader worden geïnformeerd. decembercirculaire € 93.000
€ 87.063
11 Uitgaven ReÏntegratie De inkomsten worden betrokken bij de reguliere werkzaamheden waarbij werk met werk wordt gemaakt. € 152.765
Inkomsten Reïntegratie Flankerend beleid: re-integratie van bijstandsgerechtigden: Het kabinet stelt in 2020 en 2021 extra middelen voor de re-integratie van bijstandsgerechtigden beschikbaar (€ 40 miljoen in 2020; € 90 miljoen in 2021 inclusief afdracht aan het BTW-Compensatiefonds). Daarnaast ontvangen gemeenten in 2021 een tijdelijk impuls voor re-integratie (€ 50 miljoen inclusief afdracht aan het BTWCompensatiefonds). meicirculaire 90 mln 2021 € 152.765
Inkomsten Schulden en bijzondere bijstand Flankerend beleid: gemeentelijk schuldenbeleid en bijzondere bijstand: Het kabinet stelt in 2020 en 2021 extra middelen voor het gemeentelijk schuldenbeleid (€ 15 miljoen in 2020; € 30 miljoen in 2021) en de bijzondere bijstand (€ 5 miljoen in 2020; € 10 miljoen in 2021) beschikbaar, gelet op de voorziene toename van de armoede- en schuldenproblematiek meicirculaire 40 mln 2021 € 51.779
€ 51.779
12 Uitgaven Cultuur De gemeente Twenterand heeft rijksgelden ontvangen in 2020 en 2021 om financiële steun te geven aan buurtcentra, jeugdvrijwilligersorganisaties en culturele organisaties vanwege het coronavirus. Er zijn 11 organisaties die een aanvraag voor 2020 hebben ingediend en 9 organisaties hebben een aanvraag voor 2021 ingediend. Een aantal organisaties heeft geen gebruik gemaakt van deze mogelijkheid omdat ze niet aan de subsidievoorwaarden voldeden of geen aanvraag hebben ingediend. Om te voorkomen dat organisaties tussen “wal en schip” raken, is een veegactie gestart. In december 2021 is hiervoor nieuwe regeling vastgesteld die organisaties de gelegenheid biedt alsnog een aanvraag indienen voor hun omzetverlies vanwege corona. € 148.251
Inkomsten Cultuur In de Kamerbrief Uitwerking maatregelen tweede specifieke pakket voor de culturele en creatieve sector van 16 november jl. gaat de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in op de verdeling van de reeds eerder toegekende € 149,7 miljoen ter ondersteuning van de lokale culturele infrastructuur. Veel van de culturele instellingen die door gemeenten worden ondersteund, komen door de coronacrisis in de problemen omdat activiteiten niet kunnen doorgaan en eigen inkomsten dalen. Met deze extra middelen worden gemeenten in staat gesteld om deze belangrijke instellingen te ondersteunen en zo de lokale culturele infrastructuur in stand te houden. De verdeling van de middelen vindt plaats naar rato van de Iv3-uitgaven van 2019 aan cultuur. Daarmee is het bedrag dat gemeenten krijgen, gerelateerd aan de aanwezige culturele infrastructuur die door gemeenten wordt ondersteund. decembercirculaire 2020 2021 € 90.846 decentralisatie uitkering
Inkomsten Cultuur Het kabinet heeft besloten om de steunpakketten voor de culturele en creatieve sector te verlengen. In totaal gaat het om € 147,25 miljoen voor het derde kwartaal. Hiervan is € 45 miljoen voor instellingen in de basisinfrastructuur, instellingen die subsidie ontvangen via de Erfgoedwet en instellingen met een meerjarige subsidie van de rijkscultuurfondsen. € 25 miljoen is voor verlenging van de directe steun aan makers. € 25,75 miljoen is voor de opengestelde monumentenlening van het Nationaal Restauratiefonds, de termijn hiervoor is verlengd. Voor de regionale en lokale cultuur reserveert het ministerie van BZK € 51,5 miljoen voor gemeenten en provincies. Dit bedrag komt bovenop de € 60 miljoen voor de lokale cultuur en buurt- en dorpshuizen in de eerste helft van 2021. (Tekst meicirculaire; Daarnaast reserveert het kabinet voor het derde kwartaal 2021 € 51,5 miljoen voor de regionale en lokale cultuur waarvan € 36,5 miljoen voor de instandhouding van de regionale en lokale culturele infrastructuur ) en 15 mln ter compensatie voor de inkomstenderving door het kwijtschelden van huren. september en decembercirc. € 162.983
€ 105.578
13 Uitgaven Verkiezingen Bij de in 2021 gehouden Tweede Kamerverkiezingen waren, door de te nemen coronamaatregelen, de kosten hoger dan regulier. Hiervoor zijn van het rijk compensatiegelden ontvangen. € 73.069
Inkomsten Verkiezingen Het kabinet stelt een aanvullende compensatie van € 26,9 miljoen ter beschikking aan gemeenten in verband met de maatregelen die vanwege COVID-19 aanvullend noodzakelijk zijn voor de Tweede Kamerverkiezing. Daarvan wordt € 22 miljoen uitgekeerd via het gemeentefonds. Deze compensatie van € 22 miljoen is bedoeld voor onder meer de extra organisatie, het inrichten van stemlokalen en instellen van stembureaus voor vervroegd stemmen, het drukken, opslaan en beveiligen van stembescheiden, de portokosten van briefstembescheiden, het instellen van afgiftepunten en van briefstembureaus. Dit bedrag wordt uitgekeerd in de vorm van een decentralisatie-uitkering op basis van het aantal kiesgerechtigden per gemeente. meicirculaire 2021 € 42.968 decentralisatie uitkering
€ -30.101
14 Uitgaven Lagere uitgaven stimulering lokale economie De detailhandel is de afgelopen twee jaar hard getroffen door de corona(maatregelen). De gemeente heeft samen met de provincie, crisisarrangementen opgesteld om deze groep ondernemers te steunen. Of dit uiteindelijk afdoende is zal de toekomst gaan uitwijzen. In 2020 was er het 1e crisisarrangement, een bonnenactie, die is afgerond (€ 20.000). In 2021 is invulling gegeven aan het 2e crisisarrangement (in totaal € 30.000); het eerste deel betrof een horeca actie, de tweede een bonnenactie. Momenteel loopt er een 3e crisisarrangement (€ 10.000) voor “Twenterand Bruist"(bijdrage opstartkosten voor evenementen). Inmiddels is de gemeente ook in gesprek met ondernemers voor een aanvraag 4e crisisarrangement (€ 10.000,-). Daar waar de detailhandel het moeilijk heeft zien we een tegengestelde beweging op de bedrijventerreinen. Er is veel vraag naar grond voor uitbreiding van bestaande bedrijven, maar ook ondernemers buiten Twenterand hebben zich gemeld. € 32.824
Inkomsten Lokale economie Provinciale subsidie t.b.v. lokale economie als gevolg van corona. 2021 € 37.000 Provincie
€ 4.176
15 Uitgaven Lagere inkomsten uit verhuur of exploitatie "De TVS-regeling is bedoeld voor de verhuurders van sportaccommodaties die (een deel van) de huursom in de periode van 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2021 hebben kwijtgescholden aan amateursportorganisaties. De tegemoetkoming wordt aangevraagd door verhuurders, zoals gemeenten, sportbedrijven of particuliere verhuurders. Waar moet aan worden voldaan? - De huur moet daadwerkelijk schriftelijk zijn kwijtgescholden voordat de aanvraag wordt ingediend. - De huurder moet voldoen aan de definitie van een amateursportorganisatie, zoals benoemd in de regeling. Elke vereniging wordt schriftelijk geïnformeerd over de kwijtschelding. Voor het eerste kwartaal is in totaal € 50 miljoen beschikbaar, voor het tweede kwartaal € 30 miljoen. Bij overschrijding van het beschikbare bedrag wordt er naar rato verstrekt. Alle aanvragers ontvangen dan hetzelfde percentage van hun aanvraag. Per kwartaal wordt een aanvraag ingediend. € 133.549
Inkomsten Tegemoetkoming verhuurders sportaccommodaties In 2021 is een aanvraag ingediend voor het 4e kwartaal 2020, en het 1e en 2e kwartaal 2021. Voor het 4e kwartaal is een compensatie van € 22.469 ontvangen (€ 52.402 aangevraagd), voor het 1e kwartaal 2021 een compensatie van € 50.136 (€ 54.658 aangevraagd). Het verschil tussen de kosten en de ontvangst ad. € 34.455 is reeds onttrokken uit de reserve corona, conform B&W besluit. Voor het 2e kwartaal 2021 is een compensatie van € 24.844 ontvangen (ook € 24.844 aangevraagd). Voor het 4e kwartaal 2021 is nog een regeling in de maak voor een compensatie voor de periode van 28 november 2021 tot en met 14 januari 2022. min. VWS (DUS-i) € 97.448
€ -36.101
16 Uitgaven Zwembaden en ijsbanen Lagere entree-opbrengst zwembaden de Stamper en de Zandstuve. € 68.137
Inkomsten Zwembaden en ijsbanen Zwembaden en ijsbanen Zwembaden en ijsbanen zijn een onmisbaar onderdeel van de Nederlandse sportinfrastructuur. Gemeenten en exploitanten van deze accommodaties hebben er het afgelopen jaar alles aan gedaan om deze accommodaties open te houden. Vanwege de coronamaatregelen was dit economisch niet rendabel, maar het was maatschappelijk wel zeer wenselijk. Om de financiële gevolgen te verzachten is er voor 2020 € 100 miljoen beschikbaar en € 80 miljoen voor de eerste helft van 2021. Voor 2020 is een spuk bijdrage aangevraagd en toegekend voor de Zandstuve voor € 28.821 en voor de Stamper € 70.750. Voor het eerste halfjaar 2021 is voor de Zandstuve een bedrag van € 9.645 toegekend en voor de Stamper een bedrag van € 51.628. Er komt nog een derde aanvraagronde voor de periode november en december 2021. VNG/ VWS € 160.843
€ 92.706
17 Uitgaven Onderwijsachterstanden gestort in VOB, moet t.z.t. over afgerekend worden. € 113.608
Inkomsten Onderwijsachterstanden Rijksbijdrage inhalen covid-19 gerelateerde onderwijsvertragingen - SPUK bijdrage min. Onderwijs € 113.608 € -
€ 0
18 Uitgaven Openbare gezondheidszorg Extra kosten huisartsen: huur covid unit en huur locatie Klaampe en Punt t.b.v. vaccinatie. € 18.964 € -18.964
19 Uitgaven Diverse overige corona gerelateerde kosten I.v.m. corona zijn diverse beschermings- en veiligheidsmaatregelen getroffen, denk aan kuchschermen (publieksbalies), posters, desinfectiedispensers en communicatie/attentie materiaal en thuiswerken. Het gaat hier om een verzameling van kleinere kostenposten. € 16.014 € -16.014
€ 3.500.055 € 2.595.105 € 1.537.488